Vóór we met 130 naar het Zuiden racen om in de hitte te ontspannen, maakte het kabinet zijn bekend. Eindelijk. Het is een hele stapel maatregelen en plannen. Voornemens vooral. Er is jaren over gepolderd, en er is van alles bedacht om de opwarming van de aarde te beperken, maar de meest vervuilende bedrijfstakken (scheepvaart, luchtvaart) blijven buiten schot.

Laat ik het maar eerlijk zeggen: ik loop al weken te twijfelen. Niet over het klimaat, niet over de noodzaak alles te doen wat mogelijk is om de aarde leefbaar te houden, maar over de beste aanpak in het Nederland van 2019.

Mijn eerste reactie was kritisch en teleurgesteld. Ik vond dat het kabinet veel te weinig veel te laat doet. Dat het angst en ontkenning nog steeds te veel ruimte geeft. Ja, zelfs aanmoedigt. Dat het zo weinig leiding geeft.

Maar waar ik niet uitkom, is de vraag is of duidelijkere maatregelen meer weerstand hadden opgeroepen en daardoor een averechts effect hadden gehad – na al die jaren van proces-treuzelen en meehuilen met de wolven in het bos.

Is dit land bestuurbaar?

Dat leidt tot de vraag: is effectief beleid mogelijk in Nederland?

Dit is een gek land. Best fatsoenlijk. Over het algemeen niet asociaal. In de uitvoering van beleid gaat het vaak mis, vooral in het sociale domein. Zie het hemeltergende gestuntel van de staatssecretaris van belastingzaken met de

Beleid in Nederland is vaak twee onverenigbare standpunten aan elkaar knopen

Beleid in Nederland is vaak twee onverenigbare standpunten aan elkaar knopen. Gas blijven pompen zonder dat de huizen verder scheuren. Het belang van een goede publieke omroep onderstrepen en die voortdurend prikkelen commercieel te denken. De Natura 2000-richtlijn omhelzen én voorlopig nog even meer toestaan in landbouw, industrie en vervoer.

De Raad van State hield deze koers vast toen zij besloot dat in weer drie concrete gevallen het in strijd met de wet is. Dat de uitbreiding van de al negen banen brede A27 bij het Utrechtse landgoed Amelisweerd niet door mag gaan. Net als een industrieterrein op de voormalige luchthaven Twente, en zelfs nieuwe windmolens op het industrieterrein bij Delfzijl kunnen niet worden gebouwd zonder adequaat plan voor de stikstofuitstoot.

Vuurwerk blijft, maar zachter

De hardnekkigheid van dit type niet-en-toch-wel-beleid bleek onlangs toen het kabinet – ook na jaren aarzelen – zijn ‘aanpak voor een jaarwisseling’ bekendmaakte. Midden in de zomer, als er minimale belangstelling voor oudjaar is.

Korte samenvatting: een paar procent van het beschikbare knalvuurwerk wordt verboden, veiligheidsbrillen worden verplicht meegeleverd en verder zoeken de gemeenten en de politie het maar lekker zelf uit. Jaren zwaar oogletsel, een pleidooi voor een vuurwerkverbod van de Onderzoeksraad voor Veiligheid en een jaarlijkse levensgevaarlijke stadsguerrilla tegen politie en hulpverleners zijn niet genoeg om iets te beslissen. Uit ‘respect voor de traditie’ in ‘de onveiligste nacht van het jaar’. en gemeenten zijn niet blij; de vuurwerkbranche om tegengestelde redenen ook niet.

Het meest monumentale voorbeeld van tegenstrijdige doelstellingen tot in het oneindige naast elkaar volhouden is Schiphol. De onhoudbaarheid van het stikstofbeleid was net door de Raad van State vastgesteld of de minister van infrastructuur Cora van Nieuwenhuizen de Tweede Kamer dat Schiphol weer mag groeien. De luchtvaart is een belangrijke uitstoter van lawaai, CO2 en fijnstof.

Schiphol: meer maar minder

Na jaren vergeefs polderen aan ‘Schipholtafels’ krijgen de omwonenden in half West-Nederland de rekening van ons aller vlieglust en onze economische groeiverslaving gepresenteerd. Mét de bekende truc: Schiphol mag groeien voorbij het plafond van per jaar, maar de luchtvaart moet zelf zorgen schoner te worden. Dat lukt natuurlijk niet in een handomdraai. Dus kan je er vergif op innemen dat het een variant wordt van het stikstof-sprookje: nu groeien, straks schoner worden.

Tussentijdse conclusie: het zou voor iedereen goed zijn als de VVD bij de volgende kabinetsformatie eens níet Infrastructuur en waterstaat kreeg. Of Justitie. De ideologisch gedreven eenzijdigheid op die onderwerpen wordt sleets. En er was iets met klimaatopwarming. Daar was een beetje haast bij. Dat was niet alleen de verantwoordelijkheid van één projectminister.

Het is ook niet makkelijk om te regeren in een ingewikkelde wereld

Moment van troost: het is ook niet makkelijk om te regeren in een ingewikkelde wereld. Zelfs simpel beleid levert vaak weinig tot niets op, hoogstens politieke winst of verlies. Neem de verhoging van de maximumsnelheid tot 130 kilometer per uur in 2012. Leek simpel. Een heleboel bordjes plaatsen en karren maar. Goed voor de belevingspartij VVD.

Wat blijkt? Vrijwel niemand is eerder op z’n bestemming. Op de 82 kilometer van Almere naar Joure leverde de verhoging van 120 naar 130 kilometer per uur een tijdwinst van op. De enige winnaar is het gevoel, lekker avontuurlijk van Gouda naar Den Haag sjezen – o nee, grote stukken zijn 100 kilometer, je mag alleen tussen Zoetermeer en het ADO-stadion.

Als het kabinet had gewild

Als het kabinet dit jaar echt meters had willen maken om de CO2-uitstoot te beperken én fossiele brandstof te besparen dan had het die 130 kilometer weer kunnen terugdraaien. Naar 120 of liefst 100 kilometer per uur. Een verlaging naar 120 kilometer scheelt al tien procent CO2. En het scheelt gaan rijden. Maar geen woord erover in het klimaatakkoord. Elke procent die we minder hard rijden, levert bovendien 3,8 procent op.

Het kabinet zette maar liefst vier bewindslieden in om het klimaatakkoord te presenteren. De minister-president was er niet bij: Mark Rutte had een alibi, hij zwaaide de Nederlandse vlag in China en Japan, maar het was toch symbolisch. Die leiderloze brede kabinetsdelegatie was ook een teken dat niemand echt verantwoordelijk is voor het onderwerp ‘voorkomen dat de wereld onbewoonbaar wordt’.

Zo doen we dat in Nederland: zwaar zwoegen zonder dat iemand zijn of haar naam aan het resultaat verbindt. Het ‘Klimaatakkoord’ bevat niettemin 237 pagina’s vol voornemens waar het kabinet draagvlak voor hoopt te hebben verzameld. Rekeningrijden, inkrimping van de veestapel en een nationale CO₂-heffing voor de industrie. Het klinkt fermer dan het is.

Rekeningrijden, later, misschien

Rekeningrijden wordt via het achterdeurtje van het veel minder fiscaal belaste elektrisch rijden binnengesmokkeld en dan nog als onderwerp voor weer een varianten-studie, om mogelijk vanaf 2026 in enige vorm te worden ingevoerd. Een mogelijke concessie-op-termijn van de klimaatremmers binnen de coalitie, VVD en CDA.

Het bedrijfsleven is de kalkoen die mag meepraten over de bereiding van het kerstmenu

De CO2-heffing voor de industrie waartoe na eindeloos gesteggel met de linkse oppositie en gerapporteer door de planbureaus werd besloten, moet nog worden uitgewerkt. Het bedrijfsleven is de kalkoen die mag meepraten over de bereiding van het kerstmenu. Met zoveel onzekerheid is het wel vrij roekeloos om als kabinet te zeggen dat je mikt op een reductie van 49 procent voor de CO2-uitstoot in 2030, flink meer dan het Europese doel van 40 procent. Alsof je die 40 procent gaat halen in dit tempo.

Zelfs op de korte termijn lukt het niet aan te geven hoe de CO2-uitstoot wordt teruggebracht. Dat is geen vrijblijvende vraag. Ook in hoger beroep heeft de rechter klimaatorganisatie Urgenda en de overheid voor de verplichting gesteld in 2020 25 procent minder CO2 uit te stoten dan in 1990. Volgens de laatste berekeningen zit Nederland daar nog 9 megaton vanaf.

Het kabinet heeft maatregelen gepresenteerd die hoogstens 4 megaton opleveren. Daaronder de sluiting van de Hemwegkolencentrale. In het najaar kijkt het kabinet of er meer moet gebeuren. Drie maanden voordat het 2020 is.

Voor landbouw en veeteelt komt het hoge woord er op al die bladzijden samenzang niet uit. Schoner en minder wordt ‘aangevlogen’ via de kantoorpoëzie in het Actieplan Vitalisering Varkenshouderij. Het akkoord droomt van ‘versterking van natuurwaarde in de Natura 2000-gebieden’ terwijl honderden boeren vergeefs wachten op vergunning om hun stal nog even uit te breiden door toedoen van de jongste uitspraken van de Raad van State. De rechter, niet de polder treedt op.

Het moest al sinds 1997

Het is niet zo dat de Nederlandse regering pas door de Urgenda-vonnissen erachter kwam dat zij de uitstoot van broeikasgassen moest zien te beperken. Dat moest als sinds het Kyoto Protocol van 1997. Sinds die tijd ging de CO2-uitstoot in Nederland , meer dan die in de VS (plus 1 procent), en veel meer dan die in heel Europa (min 21 procent).

De nu gepresenteerde rustig-aan CO2-maatregelen passen binnen de ultra-ontspannen benadering die het kabinet ook nu heeft gekozen. Niemand meer bang maken dat je je leven overhoop moet gooien of onbetaalbare dingen moet doen voor dat klimaatgedoe. Draagvlak was de naam van het verhaal.

Het Klimaatakkoord werd gebracht als weer een succes van ‘de polder’. Na het (roken, snoepen, drinken) en het Pensioenakkoord. Dat was ook zo, werkgevers en werknemers deden mee, plus een aantal bedrijven en milieugroeperingen. Daarna gaf het kabinet er z’n eigen draai aan. Men hoopt dat GroenLinks en PvdA na wat concessies ook aan boord komen. Draagvlak voor goede bedoelingen dus.

Maar ieder voordeel heeft één of meer nadelen. Door de dreiging van ingrijpende en dure maatregelen weg te nemen heeft het kabinet opnieuw de urgentie er afgehaald. Terwijl in Mexico midden in de zomer anderhalve meter hagel valt, Antarctica wegspoelt en in Frankrijk de wijndruiven boven 45 graden staan te stomen, bouwt het kabinet in Nederland draagvlak om bij de volgende opknapbeurt de badkamerramen te isoleren.

De overheid doet de rechtsstaat à la carte

Een ander, ook niet gering nadeel is dat het kabinet vrij achteloos twee rechterlijke vonnissen naast zich neerlegt als ‘ook maar een mening’, ‘we doen ons best’. Dat moeten burgers en bedrijven eens proberen als de staat een boete heeft opgelegd, of de rechter de overheid gelijk gaf in een geschil. De overheid geeft hier het kwalijke voorbeeld van een democratische rechtsstaat à la carte.

Het Klimaatakoord is een kinderslaapmiddel met giftige bijwerkingen.

Dat is de oogst van polarisatie als politiek verdienmodel. VVD en CDA, maar ook SP en FvD hebben adequate klimaatmaatregelen jaren ondermijnd, met twijfel of actie wel nodig is, met eenzijdige aandacht voor kosten en draagkracht, zonder actief te zoeken naar oplossingen voor die terechte zorg.

En nu zijn we er uit. Leve de polder. Alleen doen we te weinig en te langzaam. Maar hé, we hebben de beste ingenieurs en een waterkoning, ons kan niks gebeuren als de zee een metertje stijgt. Onze technische universiteiten zijn ons exportproduct. Jammer dat we die op peil hielden die ons vreemde talen en culturen en historisch besef konden bijbrengen – handig om onze vondsten in het buitenland uit te leggen, nodig om onze strijd tegen de voorspelde rampspoed te boekstaven.

Niemand bang maken

Het kabinet en de polder hebben niemand aan het schrikken gemaakt. Er is draagvlak voor rustig aan doen. Consequentie is dat we zijn gerustgesteld over het probleem. Gevolg daarvan is dat Nederland niet genoeg doet. Vredig de afgrond in.

Nee, ik denk toch niet dat het kabinet het goed genoeg heeft gedaan met dit polderparcours en het pappen-en-nathouden-project genaamd Klimaatakkoord. Met de beste wil van de wereld kan ik niet gerust zijn over al die eensgezindheid.

De functie van politiek is niet alleen het ontwikkelen van beleid waar bijna niemand tegen is. De politiek verantwoordelijken zijn gekozen om de zorgen en aspiraties van hun achterban te verwoorden, maar ook om het publiek debat aan te gaan. Zij zijn er om – als het er op aankomt, en dat doet het nu – voorop te gaan en te leiden naar een gemeenschappelijke toekomst die past bij hun overtuigingen.

Daarin zijn D66, ChristenUnie, GroenLinks, PvdA, Partij voor de Dieren moediger geweest dan de andere partijen. Terwijl niets in hun VVD, CDA, SP en FvD belet om een leefbare toekomst van Nederland en de wereld als een urgent vraagstuk aan te pakken.

Klimaatbeleid is geen ideologische voorkeur. Het is overlevingsdrang.

Meer lezen?

Het stikstofbeleid staat symbool voor onze politieke cultuur: wat niet mag toch even toestaan De Raad van State haalde een streep door het slimmigheidje waarmee de regering boeren en natuurmensen te vriend hield zonder de uitstoot van stikstof te hoeven verminderen. Politiek Dagboek over een politieke cultuur die niet-kiezen tot kunst heeft verheven. Lees het artikel hier terug