Griet Op de Beeck: Wie zichzelf is, kan de juiste keuzes maken

Als ík kan veranderen, als ik echt mezelf kan zijn, kan iedereen het, schrijft Griet Op de Beeck in haar bijdrage voor de bundel Hoop. Het is haar eigen evolutie waardoor ze positief naar de toekomst kan kijken.
Hoop is prachtig, in principe. Maar je kunt hoop ook gebruiken om harde waarheden over jezelf voor je uit te schuiven: in plaats van je pijn te accepteren, blijf je hopen op een miraculeuze redding.
Zo bezien kan een groot trauma je uiteindelijk verder brengen dan een klein: bij een grote beschadiging wordt de druk zo groot dat je er echt iets aan moet doen. Terwijl mensen met minder pijn een leven lang hun wond kunnen blijven koesteren, waardoor hun groei stokt.
De Vlaamse auteur en columnist Griet Op de Beeck moest van heel diep komen, maar kan nu ook heel hoog reiken. De achtbaan van het leven.

Mijn eigen evolutie
Het mag al fout klinken, maar datgene waar ik hoop uit put is mijn eigen evolutie, mijn domein van expertise bij uitstek tenslotte. Natuurlijk niet omdat ik de hoop zou zijn voor de mensheid, maar omdat ik zeker weet: als ík het kan, kan iedereen het. Ik verklaar me nader.
Ik kom van ver. Mijn jeugd was niet meteen een feestje te noemen, en dat had zo zijn gevolgen. Ik deed mijn best, glimlachte naar iedereen die het wou zien, ik had een lief, vrienden en een niet eens oninteressante baan, het leek op een leven.
Maar eigenlijk, onder die façade van wenselijk gedrag, ging ik kapot van de zelfhaat, werd ik gekweld door grote angsten, ervoer ik een verpletterend gevoel van leegte, zag ik overal redenen tot wanhoop en werd ik overspoeld door de diepste soorten eenzaamheid.
Ik was een schim van mezelf, en wist dat goed te camoufleren, bij momenten zelfs tegenover mezelf
Ik was een schim van mezelf, en wist dat goed te camoufleren, bij momenten zelfs tegenover mezelf. En ik aanvaardde gewoon dat dat het bestaan was, of toch in elk geval het mijne, dat ik maar moest proberen om niet te veel brokken te maken en de eindmeet te halen.
Tot ik toch eens stil ben blijven staan en goed heb gekeken naar waarom ik ben geworden wie ik ben geworden, tot ik voorbij de gebruikelijke angst, schaamte en overlevingsmechanismen ben gegaan die echte antwoorden in de weg staan, tot ik de juiste hulp heb durven vinden om antwoorden te krijgen op vragen die ik zelf niet eens had kunnen bedenken, maar die cruciaal waren.
En wat bleek? Dat er wel degelijk verklaringen bestaan, dat het van daaruit echt mogelijk is om datgene wat je in de weg zit vast te pakken en om te buigen. Wie zo’n soort gevecht aangaat, wordt heftig beloond. Ik had me destijds niet eens een voorstelling kunnen maken van hoe mijn leven nu voelt, als de schrijver die zichzelf de toestemming heeft gegeven om de schrijver te worden die ze nooit dacht te mogen of kunnen zijn, als de mens die steeds dichter komt bij dat punt waarop haar leven van haar is.
We ontkennen dat we geketend zijn
Ik denk dat veel mensen, ook diegenen zonder grootse trauma’s in hun verleden, nog niet op dat punt zijn. We hebben allemaal de neiging om te ontkennen dat we, in meerdere of mindere mate, getekend zijn, en dat die beschadigingen ons verhinderen om echt te gaan voor het ‘beter’, dat bijna altijd bestaat.
We wuiven lastige vragen weg, omdat we het ook niet te moeilijk moeten maken, omdat al dat gewroet toch nergens toe zou leiden.
We wijten dat onbestemde gevoel bij het ontwaken aan het slechte weer of dat het overal wel wat is. We relativeren wat ons is overkomen of aangedaan, we minimaliseren ongemakkelijke emoties, we klasseren onze twijfels stoer als waarschijnlijk onterecht. We zetten ons over de dingen heen omdat we sterk en aimabel moeten zijn. We dromen misschien soms in stille hoekjes weleens over ooit, wie weet, misschien, maar maken onszelf wijs dat het ondertussen ook zo wel goed is allemaal.
We klampen ons vast aan de waarheden waarvan we onszelf in de loop der jaren hebben overtuigd. We vermijden het om echte gesprekken te voeren, waarin die veronderstelde zekerheden zouden kunnen worden belaagd. We vergeten te geloven dat we het waard zijn.
Wie echt zichzelf is, kan de juiste keuzes maken
Ik denk dat de wereld, waar het niet goed mee gaat, ons nodig heeft, ons allemaal. Maar wel als die versie van onszelf die we eigenlijk altijd al bedoeld waren te zijn. Want wie echt helemaal zichzelf is, en enig inzicht heeft in hoe zijn hoofd en hart werkt, die is ook in staat om juiste keuzes te maken. Voor juiste mensen op belangrijke posities, bijvoorbeeld.
Als alle Amerikanen dit soort zelfonderzoek hadden gedaan, was Trump nooit verkozen geraakt
Ik maak me sterk: als alle Amerikanen dit soort zelfonderzoek hadden gedaan, zouden ze geweten hebben waar hun angsten en frustraties vandaan kwamen. Dan hadden ze niet hoeven wijzen naar dé maatschappij of dé traditionele politici of dé vreemdelingen als bron van alle kwaad, dan hadden ze geen boodschap aan de illusie van makkelijke oplossingen en was Trump nooit verkozen geraakt.
Wie helemaal zichzelf is, is ook in staat om te ontdekken hoe hij terug kan geven zoals niemand anders dat zou kunnen, om zo te proberen het verschil te maken, hoe klein misschien ook. Wie helemaal zichzelf is, kan echte aansluiting vinden bij anderen om zich te verenigen voor datgene waarvoor mensen samen moeten komen om het voor elkaar te krijgen.
Misschien is dat wel het enige antwoord dat we hebben op het ongrijpbare tumult van deze vreemde, in zware crisis verkerende wereld. Want wat is de wereld anders, tenslotte, dan een verzameling van ons allemaal?
Dit is een bijdrage uit de bundel ‘Hoop’. Meer informatie over het boek vind je hier.