Wat is er mis met de Wet openbaarheid van bestuur?
Niemand is blij met de Wet openbaarheid van bestuur? Wat is er mis mee?
Gemeenten en andere overheidsorganen klagen de laatste tijd steeds meer dat er misbruik wordt gemaakt van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Burgers vinden dat de Wob niet goed wordt nageleefd en dat ambtenaren te veel openbare documenten achterhouden. In november wordt een voorstel voor een nieuwe wet ingebracht door GroenLinks. De vraag is: wat is er mis met de Wet openbaarheid van bestuur en wat moet er anders?
Wat is de Wet openbaarheid van bestuur?
Met de Wob kunnen burgers documenten opvragen of inzien bij de overheid, zoals rapporten, adviezen, gespreksverslagen, vergunningen en correspondentie. In de praktijk wordt de wet vooral gebruikt om de overheid tot openbaarheid te dwingen, omdat een vraag om documenten of informatie via een communicatie-afdeling of een ambtenaar niet gehonoreerd wordt. Ik heb bijvoorbeeld eens de zakelijke agenda opgevraagd van een burgemeester, maar kreeg die niet. Via de Wob (en uiteindelijk de rechter) moest de gemeente die alsnog verstrekken.
Hoe werkt de Wob?
Op het eerste gezicht vrij simpel. Je schrijft een brief of e-mail aan een bestuursorgaan waarin je om documenten vraagt. Je hoeft niet te vertellen waarom je die wilt hebben. Een bestuursorgaan is een persoon of college ‘met enig openbaar gezag bekleed’ en kan dus van alles zijn: een politiekorps, het Openbaar Ministerie, een gemeente of een waterschap.
Het bestuursorgaan heeft vervolgens 28 dagen om een besluit te nemen, maar kan dat besluit met vier weken verdagen. Als er dan nog geen besluit is genomen, kan je het bestuursorgaan in gebreke stellen en dreigen met het opleggen van een dwangsom bij niet-tijdig beslissen. Geeft het bestuursorgaan na twee weken nog geen gehoor, dan moet het in de eerste veertien dagen 20 euro dwangsom per dag betalen, de volgende veertien dagen 30 euro per dag en de dagen erna 40 euro per dag, tot een maximum van 1.260 euro.
Het uitgangspunt van de Wob is dat alle documenten openbaar zijn, tenzij er zeer zwaarwegende redenen zijn om ze niet te vestrekken. Als het gaat om staatsveiligheid en fabricagegegevens van bedrijven bijvoorbeeld. In alle overige gevallen maakt een bestuursorgaan zelf de afweging tussen de belangen van betrokkenen en openbaarmaking. Privacy van ambtenaren en vertrouwelijkheid van intern overleg zijn veelgebruikte weigeringsgronden. Iedere weigering moet goed gemotiveerd zijn.
In de praktijk is de Wob niet makkelijk te gebruiken. Als een bestuursorgaan niet wil meewerken, moet je goed thuis zijn in het bestuursrecht om effectief te Wobben.
Wat is het probleem?
Het grootste probleem is dat de Wob te juridisch is. Wat in feite een administratief proces zou moeten zijn - je vraagt documenten op - ontaardt als snel in een juridisch steekspel waar dikwijls de rechter aan te pas moet komen. Voor gewone burgers is dat juridische gehalte een grote drempel om de Wob effectief te gebruiken. Voor bestuursorganen is de Wob tijdrovend.
Daarnaast klagen bestuursorganen over misbruik van de Wob. In een interview met de Volkskrant eind augustus stelt verantwoordelijk minister Ronald Plasterk (PvdA, Binnenlandse Zaken) dat bestuursorganen de laatste jaren ‘overspoeld’ worden door Wob-verzoeken. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) zegt een toename te zien in het misbruik van de Wob onder haar leden. Sommige mensen vragen erg veel of moeilijk te vinden documenten op in de hoop dat een bestuursorgaan niet tijdig kan antwoorden en ze dus een dwangsom moet uitkeren. Cijfers over de omvang van dit ‘probleem’ kan de VNG echter niet geven.
Mensen die veel Wobben klagen op hun beurt over de gesloten cultuur bij bestuursorganen. Veel Wob-verzoeken worden zonder deugdelijke motivatie terzijde geschoven, documenten worden te vaak onterecht niet verstrekt en als er al documenten worden verstrekt, worden er veel passages onleesbaar gemaakt .
Bestuursorganen doen er volgens Wobbers te lang over om documenten te verstrekken. Een verdaging met vier weken is eerder regel dan uitzondering, ook bij eenvoudige en zeer beperkte Wob-verzoeken. Ik heb eens een evaluatie opgevraagd bij het politiekorps Amsterdam-Amstelland en daar moest ik maanden op wachten. Als je er met het bestuursorgaan niet uit komt, moet je uiteindelijk in beroep bij de rechter. Die procedure kan jaren duren.
Een aantal instanties valt niet onder de Wob, terwijl die wel met belastinggeld worden gefinancierd, zoals ziekenhuizen en scholen. Daarnaast besteedt de overheid steeds meer taken uit aan private bedrijven. Ik wilde bijvoorbeeld eens de locaties van de kentekenherkenningscamera’s van Rijkswaterstaat opvragen. Die camera’s worden echter beheerd door een privaat bedrijf en vielen dus niet onder de Wob.
Wat zeggen de cijfers over misbruik?
Het lijkt wel mee te vallen met het misbruik. Consultant Paul Olthof zette onlangs op een rij hoeveel Nederlandse gemeenten in 2012 dwangsommen moesten betalen. Slechts een deel daarvan is als gevolg van te laat beslissen op een Wob-verzoek, in Brabant bijvoorbeeld 4 van de 48 uitgekeerde dwangsommen. Kampioen dwangsommen (dus het totaal) is Eindhoven. Die moest in 2012 ruim een ton uitkeren. Dat lijkt veel, maar is per inwoner nog geen 55 cent. De overige gemeenten nog veel minder. Excessief Wobben is in ieder geval geen financieel probleem. Het kan natuurlijk zijn dat bestuursorganen extra mankracht moeten vrijmaken, maar op een goed Wob-forum op Linkedin kunnen de leden maar weinig voorbeelden vinden.
Daarnaast wordt in Nederland in vergelijking met andere landen maar weinig geWobd. In de VS is het heel normaal dat bestuursorganen een aparte afdeling hebben die zich bezighoudt met het afhandelen van Freedom of Information Act requests. In Noorwegen en Zweden zijn de procedures voor het aanvragen van documenten zeer kort en eenvoudig. En Nederlandse ambtenaren zijn internationaal gezien zeer traag in het afhandelen van de verzoeken.
Wat nu?
Dat is niet helemaal duidelijk. Niemand is blij met de huidige Wob. Oud-minister Piet Hein Donner bepleitte in 2011 een beperking van de wet, ten nadele van de openbaarheid. ‘Wetten zijn als worstjes,’ zei hij. ‘Je kunt maar beter niet weten hoe ze gemaakt worden.’ Dit plan ligt in de ijskast.
Tweede Kamerlid Linda Voortman van GroenLinks brengt in november een nieuws wetsvoorstel in. Over de inhoud wordt nog onderhandeld, maar vermoedelijk staat erin dat de overheid zoveel mogelijk documenten actief openbaar moet maken. In een openbaar register komen alle documenten te staan, zodat burgers gericht informatie kunnen opvragen. Als er een conflict is tussen ambtenaar en Wobber, beslist een onafhankelijke informatiecommissaris. Daarnaast moeten veel meer documenten digitaal beschikbaar komen. Openbaarheid is geen gunst, zegt GroenLinks, maar een recht. Piet Hein Donner is thans vice-voorzitter van de Raad van State en moet over het GroenLinks-voorstel adviseren.
Ben je geïnteresseerd in de Wob, volg dan de volgende mensen op twitter: @brenno, @rogervleugels, @pieterkleinrtl, @sjorsvanbeek, @rejozenger of mij (@tokmetzis). Of word lid van de Wob Specialists groep van Linkedin.