Mini-docu: De lantaarnpaal van de toekomst is een lichtgevende plant
Je DNA laten testen om te voorspellen hoe oud je wordt en welke ziektes je krijgt. Een app gebruiken om je ideale slaappatroon te bepalen. Of een plant hacken om hem licht te laten geven. Het zijn allemaal vormen van bio-hacking: het manipuleren van biologische organismen met behulp van moderne technologie. Is dit de toekomst? En willen we dat?
In de Verenigde Staten is bio-hacking een trend. Bio-hacking staat voor het manipuleren van biologische organismen, het menselijk lichaam in het bijzonder. Door genetische codes te herschrijven en elektronische apparatuur in het lichaam te integreren, trachten idealisten, ondernemers en kunstenaars de mens te optimaliseren en gezond te houden.
Bio-hacking houdt zich onder meer bezig met de implantatie van elektronische hardware in het lichaam. Een bekende en eenvoudige ingreep is de inbreng van een klein magneetje in de vingertop, waardoor je elektromagnetische velden kunt voelen. Ook wordt er ook druk geëxperimenteerd met een visuele prothese, waarbij een bril met camera gekoppeld aan de oogzenuw visuele informatie naar de hersenen stuurt.
Een lichtgevende boom is immers duurzamer dan een lantaarnpaal
Genetische manipulatie, altijd verketterd door ‘groene’ activisten, staat eveneens centraal in de bio-hacking. Een belangrijke doorbraak vond vorig jaar plaats toen een bedrijf dat een genetisch gemanipuleerde lichtgevende plant wilde ontwikkelen, in een mum van tijd zeven maal de beoogde funding ophaalde. Glowing Plant verenigde de vooruitstrevende voorvechters van duurzaamheid en die van genetische manipulatie. Een lichtgevende boom is immers duurzamer dan een lantaarnpaal.
Revolutie in de gezondheidszorg
Bio-hacking kan de gezondheidszorg fundamenteel veranderen, zo geloven de hackers. Die overtuiging heeft ook 23andMe, een bio-hacking-bedrijf opgericht door Anne Wojcicki die eerder op Wall Street werkte. Wojcicki is ervan overtuigd dat genetische manipulatie de basis is van een revolutionaire, op het individu gerichte gezondheidszorg. Met de groei van data-inzameling zal dit alleen maar makkelijker en zorgvuldiger worden, zo is de verwachting.
Technologische apparatuur, geïmplanteerd in het lichaam, stelt een persoon in staat zijn biologische processen te monitoren, analyseren en optimaliseren. Denk aan een simpele app die je ideale slaappatroon meet, advies geeft voor beter slaapgedrag en zo je gezondheid vergroot. Of DNA-tests, die voorspellen hoe oud je wordt en met welke ziektes je te kampen krijgt.
Dergelijke metingen kunnen ervoor zorgen dat de gezondheidszorg zich richt op preventieve, in plaats van op dure en soms niet vol te houden zorg via medicatie. Dat stuit niet alleen de farmaceutische industrie tegen de borst, maar ook de Amerikaanse Food and Drug Administration, die 23andMe vorig jaar november verbood reclame te maken voor een genetisch doe-het-zelf-testpakket. 23andMe ontwikkelde dat pakket om iedereen toegang te geven tot zijn of haar genetische informatie en op basis daarvan zelf beslissingen te nemen over een gezonde manier van leven.
Van bio-hacking naar bio-terrorisme
Toch blijft het de vraag hoe zuiver en ethisch de motieven van 23andMe zijn. Te meer omdat Google één van de grootste investeerders van het bedrijf is; een investeerder die altijd tuk is op het verzamelen van persoonsgegevens. 23andMe verdedigt zich met het argument dat delen van informatie juist bijdraagt aan de bestrijding van fatale ziektes. Bio-hacking en privacy gaan nog niet makkelijk samen, zo blijkt.
Een tweede bezwaar is dat bio-hacking het het veel eenvoudiger maakt massavernietigingswapens te fabriceren. Recent voorbeeld: de ricinebrieven uit 2013, onder andere verstuurd aan president Barack Obama. De ricine werd via een eenvoudig proces gewonnen uit zogenoemde wonderbonen, gewoon in de keukens van een karateleraar uit Toledo, Ohio en een huisvrouw (en parttime actrice) uit Dallas, Texas. Vrijwel zonder kennis van chemicaliën wordt het mogelijk de natuur te hacken en een biologisch wapen te maken.
Tijd dus voor een duidend verslag over dit fenomeen van videocorrespondenten Eline Jongsma en Kel O’Neill, die een bio-hackers-bijeenkomst bezochten.