Iemand die ik niet ken: Dubbelfrisss

Al zes jaar schrijf ik over ontmoetingen met iemand die ik niet ken. Want de wereld om ons heen – en hoe we die beleven – wordt niet alleen gevormd door vrienden en familie, maar ook door miljarden mensen die we nog nooit hebben ontmoet. Vandaag: een ontmoeting met Dubbelfrisss.
Om twee over zeven fluit een van de bouwvakkers ons wakker. Carnaval Festival. Ons appartementencomplex wordt nog altijd gerenoveerd.
De twaalfhonderd bewoners van ons pand die thuis opgesloten zitten ten spijt, er wordt elke dag, de hele dag, gesloopt en geslepen. En gefloten dus. Ik weet niet of ik dat vrolijk of wreed vind en of dat op dit punt nog iets uitmaakt.
De onderlinge verdraagzaamheid tussen bewoners en bouwvakkers is gelukkig gegroeid sinds we drie maanden geleden aan elkaar werden overgeleverd. Mijn buurman, zijn gele rookhanden tot een toeter gevouwen, riep eerst ‘Schande... Schán-de!’ naar de jongens die elke morgen met een sloophamer de gevel en zijn ziel uitholden, maar is daarmee gestopt. Op hun beurt draaien de bouwvakkers geen speedcore meer.
Kussen onder mijn arm, nog even slapen
En er is nog iets wat verbroedert: gezamenlijk aftellen tot de bouwvak.
Ook mijn verzet brak. Eerst was er die ochtend dat m’n lief en ik, oordoppen in, koptelefoon eroverheen, ónder de topper van de boxspring zijn gaan liggen.
De ochtend daarna liep ik met mijn kussen onder de arm naar mijn ouderlijk huis, om daar nog even te slapen. Ik had de nacht doorgewerkt (dan trilt de keukentafel niet). Halverwege de tocht realiseerde ik me dat ik een telefonisch interview had gepland op dit potsierlijke tijdstip.
Een vinger in mijn linkeroor tegen de herrie, schreeuwend in de telefoon, ontspanden plots mijn schouders
Daar zat ik, bellend in de berm langs de provinciale weg, mijn kussen onder mijn shirt gestoken zodat het de met McFlurry-bekers opgeluisterde grond niet zou raken. Daar, op mijn hurken, een vinger in mijn linkeroor tegen de herrie van voorbijrazende vrachtwagens, schreeuwend in de telefoon, ontspanden plots mijn schouders. Ik begon te neuriën. Carnaval Festival.