Nu te beluisteren: heel korte stukjes (ja echt, korte stukjes op De Correspondent!)
Voor mijn serie ‘Iemand die ik niet ken’ schrijf ik sinds zeven jaar portretten van mensen die ik toevallig ergens ontmoet. Die stukjes kun je vanaf nu ook beluisteren als audioverhalen van een minuut of vijf. Je vindt ze in onze audio-app en op Spotify en SoundCloud.
Waarom ik schrijf over mensen die ik niet ken
De serie kende door de jaren heen een aantal gare inleidingen. Iets met ‘verbroken betoveringen’ en ‘momenten die het ongrijpbare verklaren’. Vergeef me: ik probeerde niet poëtisch te zijn, ik vond het gewoon lastig om in een paar woorden te vangen hoe zulke ontmoetingen je kunnen omhelzen of je kunnen uitwringen.
Wat ik eigenlijk wilde zeggen was: het is heel vet als mensen die elkaar niet kennen, ineens met elkaar te maken krijgen
Maar volgens mij ben ik eruit. Wat ik eigenlijk wilde zeggen was: het is heel vet als mensen die elkaar niet kennen, ineens met elkaar te maken krijgen. Vanwege de van tevoren uit te tekenen of onvoorziene gesprekken (maar zelden iets daartussen) die dat oplevert.
In de ontmoetingen valt het construct ‘ego’ óf helemaal weg, óf wordt het juist voor even extreem uitvergroot, omdat we nog niet hebben uitgevogeld hoe we ons in zo’n plotselinge botsing tot elkaar (willen) verhouden.
En omdat ik geloof dat die momenten waarop we elkaar schampen voor een belangrijk deel bepalen hoe we anderen en onszelf zien. Immers: geen vruchtbaarder grond voor vooroordelen dan in het onbekende. Maar ook: geen helderder spiegel, geen strakker projectiescherm.
Zo prikken we als vreemden gaatjes in elkaar, bestuiven we elkaar, hangen we als slingers om elkaar heen, ketsen we van elkaar af, beïnvloeden en veranderen we elkaar – en blijven we elkaar, ondanks dat alles, toch ‘onbekende’ noemen.
Iets meer nadruk op de tyfus
Zeven jaar geleden liep ik een vrouw, door de leeftijd bevlekt, ruggengraat als een vraagteken, tegen het lijf in de supermarkt. Of eigenlijk: zij mij. Ze blokkeerde gangpaden, deed eindeloos moeilijk aan de kassa en liet vervolgens alle andere klanten voor. Toen we in gesprek raakten bleek ze niet irritant, maar eenzaam, of toch tenminste een combinatie van de twee.
Waren we op dat punt nog vreemden? Ik schreef er een stukje over en kreeg van toenmalig eindredacteur Andreas Jonkers (die heeft trouwens net zijn eerste boek uitgebracht, check het hier) de vraag: maar over wie gaat het? Over iemand die ik niet ken, dus.
Afijn: ze zijn te beluisteren, die korte portretten. Ik heb ze ingesproken, middagen aan één stuk op de studiozolder van onze audioredacteur Jacco Prantl, die af en toe aanwijzingen gaf. ‘Iets meer nadruk op die tyfus’, en: ‘Het is juist authentiek dat je Engelse uitspraak zo beroerd is.’ Hij maakte er vervolgens compacte luisterverhalen van.
Vanaf nu verschijnt er elke maandag één in onze audio-app en op Spotify en SoundCloud. Ik hoop dat je ervan geniet.