De afgelopen tien dagen reisde ik door de Koerdische regio in Irak, waar het Turkse leger een militaire operatie voert tegen Turks-Koerdische organisatie PKK en hun Iraanse tak PJAK. Zij gebruiken de regio als uitvalsbasis voor hun decennialange strijd om meer autonomie voor de Koerdische bevolking in eigen land.

Turkije voert die militaire operatie vrijwel geheel vanuit de lucht, en daarbij spelen door een centrale rol. Ze hangen vrijwel dagelijks boven de regio op zoek naar doelwitten en sloegen de afgelopen maanden tientallen keren toe. 

De Koerdische leiders van de autonome regio zijn niet blij met het geweld, maar kunnen of willen er weinig tegen doen. Ze onderhouden nauwe economische banden met Turkije en zijn militair veel zwakker dan hun buurland. Bovendien tekende Turkije in 1984 een overeenkomst met Irak om de PKK in de regio aan te pakken als zij dat nodig vinden. 

De inwoners van de regio, die overwegend sympathie koesteren voor de eveneens Koerdische PKK en een afkeer voelen van Turkije, zitten daardoor opgescheept met een oorlog tussen buitenstaanders. Een oorlog die ook nog eens wordt gevoerd met wapentechnologie die het geweld heel anders maakt dan voorheen. 

En dat ziet er zo uit...

De afgelopen maanden beschreef ik hoe steeds vaker en door steeds meer landen worden ingezet in oorlogen. Dat heeft een enorme impact op de manier waarop oorlog wordt gevoerd. Maar wanneer je de mensen spreekt die het geweld van dichtbij meemaken, besef je pas echt wat dit betekent. 

Zo benadrukken landen die drones inzetten dat ze heel gericht toeslaan, terwijl de mensen die ik sprak dat heel anders ervaren. Voorheen had je tenminste nog een frontlinie en wist je waar het gevaar vandaan kwam, nu kan het geweld altijd en overal toeslaan, vertelde een inwoner van het dorp Kunamasi. Daardoor heerst er altijd angst en is oorlog in zekere zin dichterbij dan ooit.

Op de foto hieronder zie je de Iraakse journalist Rebaz Majeed en mij in een bomkrater staan even buiten het bergdorp Qamish, pal aan de grens met Iran. Om ons heen liggen flarden bebloede kleding, kapotgescheurde zandzakken en stukken camouflagenet. Vermoedelijk was hier ooit een bunker van de PJAK, maar de dorpelingen durfden dat niet te bevestigen, noch te ontkennen uit angst zichzelf verdacht te maken en daarmee zelf een doelwit te worden. 

Foto Hawre Khalid

Aan de enorme krater zie je ook dat je beter niet in de buurt van de inslag van een ‘precisiewapen’ kunt staan. Heel precies zijn precisiewapens namelijk niet. Zo sprak ik een jonge vrouw die haar onderbeen verloor toen een luchtdoelraket 25 meter van haar vandaan insloeg. Haar zoontje kreeg een bomscherf in zijn hoofd, een Iraanse toeriste die 100 meter verderop in een rivier stond verloor een arm. 

Een andere toerist zette onderstaand filmpje online waarop te zien is hoe de prachtige dag bruut werd verstoord door het plotse geweld. De dodelijke effecten van de inslag zijn niet te zien, maar je kunt je voorstellen wat dit met je gevoel van veiligheid doet als dit altijd en overal kan gebeuren.

Youtube plaatst cookies bij het bekijken van deze video Bekijk video op Youtube
Turkse luchtaanval in Kunamasi (pas op: schokkend)

Onterend politiek machtsspel

De Koerdische regio in Irak is prachtig en de inwoners behoren tot de meest gastvrije en vriendelijke mensen die ik ooit heb ontmoet, maar het gebied is omgeven door vijanden en wordt bestuurd door een op zichzelf gerichte politieke elite. De Turkse droneaanvallen zijn een volgende fase in een voortdurend politiek machtsspel dat daarvan het gevolg is. 

Maar wat deze oorlog anders maakt, is dat je hem nauwelijks ziet en hij in stilte plaatsvindt. Er is geen frontlinie, je ziet geen soldaten of tanks, aanvallen halen zelden het nieuws en leiden nooit tot onderzoek. Lokale politici en de internationale gemeenschap laten het geweld stilzwijgend passeren, terwijl Turkije simpelweg dat burgers slachtoffer worden van het geweld. 

Veel inwoners van de regio voelen zich daarom in de steek gelaten. En dat doet ook wat met hun gevoel van eigenwaarde, zei een oude man in Qamish. Als een land jouw land aanvalt, wil je terugvechten en je verzetten tegen het onrecht dat je overkomt. Dat kan niet bij drones. Dat geweld moet je simpelweg ondergaan en accepteren. Dat is heel pijnlijk en mensonterend.

Wordt vervolgd...

Groet,

Lennart

PS Ook de Nederlandse luchtmacht is hard op weg een dronemacht te worden. Dat heeft vergaande gevolgen voor de manier waarop ze oorlogen voert. In zet ik mijn vier grootste zorgen op een rij.