Antwoord op de Kamervragen naar aanleiding van mijn noodhulp-artikel

Drie weken terug stelde PvdA Kamerlid Roelof van Laar Kamervragen naar aanleiding van mijn artikel over competitie tussen noodhulporganisaties van de Verenigde Naties. Hij wilde weten of minister Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) het beeld dat ik schets - VN-organisaties die elkaar beconcurreren om de leiding in het noodhulpveld - herkent, wat de impact ervan is voor Nederlandse hulp, en of ze er iets aan denken te doen. De antwoorden kwamen deze week.

Minister Ploumen ontkent het beeld dat ik in mijn artikel schets niet. Ze geeft toe dat het ene VN-cluster beter functioneert dan het andere, en dat er ruimte is voor verbetering. Maar ze benadrukt ook (terecht meen ik) dat de coördinatie tussen organisaties al wel vele malen beter is dan een paar jaar geleden.

Ik vond met name deze zin van de minister relevant: "Er zijn afdoende afspraken over de coördinatie [van noodhulp] en het voorkomen van concurrentie. Het probleem is dat, in crisissituaties en onder hoge druk, de naleving van deze afspraken soms nog voor verbetering vatbaar is."