Het Klokhuis maakte een serie over de dood die ook voor volwassenen leerzaam is

Lisanne van Sadelhoff
Gastcorrespondent Verlies & Verbinding
Het concept, ontwerp en technische realisering van de website is gedaan door Moniker, een artistiek ontwerp bureau voor digitale ervaringen.

Het Klokhuis heeft een vierdelige serie gemaakt over de dood en rouw. Het is een serie die ik als kind had willen zien – en nu iedereen aanraad. Ook volwassenen.

‘Sinds jij dood bent, is het warme gevoel weg.’

‘Sinds jij dood bent, voel ik me opgelucht.’

‘Sinds jij dood bent, ben ik acht jaar ouder geworden en zit ik in de derde van het vmbo.’

Ik schrijf en spreek nu al zo’n twee jaar over rouw, maar kom zelden zulke eerlijke uitspraken tegen als hierboven. Ze zijn door kinderen opgestuurd naar digitaal onderdeel van de vierdelige tv-serie Dood en Afscheid van Het Klokhuis.

Elke aflevering duurt een behapbaar kwartier en presentator Eva Cleven behandelt steeds één afgebakend thema. Dat klinkt wellicht spreekbeurterig – ‘nu ga ik het hebben over…’ – maar zie maar eens binnen vijftien minuten antwoord te geven op filosofische en allesomvattende vragen als ‘wat is dood?’ en ‘wat is rouw?’. Het Klokhuis schuwt ze niet. Steevast beginshot: een kerkhof, maar dan wel in het winterzonnetje, lichtstralen door de bomen. Pianomuziekje eronder. 

Laten we praten over de dood, ook met kinderen

De dood is spannend, eng misschien ook wel, en veel volwassenen willen kinderen behoeden voor pijn en verdriet. Een begrijpelijke reflex, maar helaas strookt het soms niet met wat het leven ons brengt. Manu Keirse, een van de bekendste rouwexperts van Nederland en Vlaanderen, geeft vaak aan dat hij zich erover verbaast dat we wel seksuele voorlichting geven op scholen, Toen ik hem sprak voor een verhaal over wat rouw met een gezin kan doen (‘veel’, zei hij dat het zou helpen als mensen meer zouden weten over verlies en verdriet. ‘Zodat ze er niet zo van schrikken.’

Dat was ook precies wat ik ervoer toen mijn moeder overleed. Ik schrok me kapot en die schok hield maanden aan. Ik wist niet wat me overkwam. Ik dacht dat ik gek werd. Ik dacht dat ik verkeerd rouwde. Dat kwam denk ik deels omdat ik nog nooit over rouw had nagedacht of gesproken. Ook niet met mijn ouders na het overlijden van mijn opa’s en oma’s. 

Rouwonderwijs kan ervoor zorgen dat rouw meer onderwerp van gesprek wordt

‘Een paar generaties terug woonden we nog met z’n allen onder één dak en werden mensen minder oud’, stelde Keirse tijdens ons gesprek. ‘Kinderen zagen grootouders, ouders, broers of zusjes in hun woonkamer sterven. Aan zwarte kleding kon iedereen zien: dit gezin rouwt. Nu is de levensverwachting gestegen en is de dood verhuisd naar later, en naar ziekenhuizen en verzorgingstehuizen. Kinderen groeien vaak op zonder met de dood geconfronteerd te worden. En dan leren ze niet dat rouwen normaal gedrag is, afkomstig van normale, evenwichtige mensen die in staat zijn lief te hebben.’

Rouwonderwijs zou er volgens Keirse voor kunnen zorgen dat rouw meer onderwerp van gesprek wordt. 

Met mijn artikelen probeer ik de deur open te zetten naar dat gesprek. Laten we praten over de dood en over rouw, dat grillige wezen dat maar wat doet en niet in tijd of fasen vast te leggen is. 

Het gebrek aan gesprekken over rouw is ook iets wat heel veel Correspondentleden in hun reacties omschreven als ronduit pijnlijk. Ik ontving in de afgelopen jaren mails van weduwnaars en weduwen die voor het eerst na het overlijden van hun partner in de supermarkt kwamen, en daar dorpsbewoners aantroffen die ineens haast hadden, of buitenproportioneel veel interesse in het etiket van een potje jam, zak pasta of fles wijn.

Ik heb ouders horen vertellen dat een buurman zei ‘dat het leven ook wel weer doorging, hè’. Hun dochter was toen drie maanden dood.

Een vrouw vertelde me dat ze voor het eerst op haar werk kwam na het ziekbed van haar vader en zijn daaropvolgende dood. Ze was zes weken afwezig geweest. Slechts één collega kwam op haar af: ‘Goh, ben jij op vakantie geweest?’

Ongeremde gesprekken over rouw

Als er nog mensen zijn die zonder remming over rouw en de dood praten, dan zijn het kinderen. 

‘Ik kon er niet met mijn hoofd bij’, vertelt Rayane over de dood van zijn opa, in de eerste aflevering van Dood en Afscheid. ‘Ik vond het zo eng, ze was net een spook’, vertelt Fay over haar overleden moeder. Rouw omschrijft ze later in de serie ‘alsof er een stomp in je maag wordt gegeven’. 

‘Ik dacht dat hij gewoon effe weg was’, vertelt Iris over de tijd na het overlijden van haar broertje. ‘En op een gegeven moment dacht ik: nee, hij is er niet meer.’

Een vraag als ‘hoe is het met je verdriet?’ zou net zo gangbaar mogen worden als ‘hoe was het op de camping in Zuid-Frankrijk?’

legt in de eerste aflevering uit wat er in het lijf gebeurt als iemand sterft. Grote vraag, kinderlijke setting. Want presentatrice Cleven zit in kleermakerszit op een ziekenhuisbed, de arts zit aan haar voeteneind. Alsof ze praten over hun favoriete vakantielanden.

En zo zou het ook eigenlijk moeten: een vraag als ‘hoe is het met je verdriet?’ zou net zo gangbaar mogen worden als ‘hoe was het op de camping in Zuid-Frankrijk?’.

Er zijn weinig tv-programma’s met zo’n afgebakende en duidelijke doelgroep als Het Klokhuis. Toch is deze vierdelige serie niet alleen aan te bevelen voor kinderen. Ze is goed voor iedereen die rouwt, en iedereen die niet rouwt. 

‘Je moet blijven praten’, zegt Iris, die haar broertje verloor. ‘Als je dat niet doet, kom je in een hokje terecht, vol met emoties, en daar kun je niet alleen uit.’ Door er woorden aan te geven wordt het zware licht gemaakt, en dankzij die kinderlijke eerlijkheid is Dood en Afscheid ontwapenend. En dat is precies wat we nodig hebben in onze gesprekken over rouw.

Meer lezen?