Lieve Nora,

Twee jaar geleden schreef ik Die was toen net geboren, net zoals jij nu. Ik lichtte hem in die brief stiekem in over jullie (meervoud!) moeder. Dat is namelijk mijn beste vriendin, onze vaste constante.

Tegen de tijd dat je deze brief kunt lezen, weet je dat natuurlijk allang. Grote kans dat je eerste herinnering aan mij er ongeveer zo zal uitzien: ik zit in de hoek van de bank, je broer besluipt me met een fleecedeken. We hebben net drie kwartier naar filmpjes van bussen op YouTube zitten kijken, hoogstwaarschijnlijk naar: ‘Connexxion in Haaglanden (Den Haag, Westland, Delft, Zoetermeer)

Je broer heeft vaak ‘bus!’ geroepen. Eerst naar de bussen op het scherm, toen naar zijn duplotruck, toen naar zijn tuimelbeker en toen naar mij. Dan pakt hij die fleecedeken. Hij gooit hem over me heen en ik ben plots verdwenen, spoorloos. Behalve mijn benen, maar die ziet hij niet, want hij staat erbovenop om me te zoeken.

Was ik een minuut weg als ik de deken weer afwerp? Een uur? Je broer schrikt zo van mijn terugkeer dat hij letterlijk achteroverslaat. Als we allebei mazzel hebben die dag, net niet met zijn hoofd tegen de salontafel omdat mijn hand ertussen zit. ‘Bus!’

Hoe je moeder veranderd is sinds ze moeder werd

Mijn brief aan je broer was een poging om het enigma dat je moeder is uit de doeken te doen. Het ging over haar loyaliteit, haar onweerstaanbaar letterlijke humor, en er stond chantagemateriaal in over haar ex-vriendjes, zoals Patrick van de harde kern van FC Den Bosch, die op zijn kuit het poëtische ‘Kanker Den Haag’ liet tatoeëren.

Bel me vooral voor meer van zulke verhalen als je tietjes begint te krijgen, óók gewoon uit wilt gaan – iedereen mag uit, waarom mag jij niet uit, hoezo is jouw moeder zo streng, je bent al véér-tien – dan vertel ik je over die keer dat we indruk wilden maken op een jongen in een Evisu-broek en uit de stripperpaal vielen in feestcafé Trinity. 

Het verleden dat je mam en ik delen is rijker geworden sinds je broer er is

Het verleden dat je mam en ik delen is rijker geworden sinds je broer er is. En minder gezamenlijk. Facetimen op zondagochtend, ik nog wakker, zij al wakker, zit daar nou een peuk in je haar, geef Luc een kus van me, fijne dag, slaap lekker.

Je moeder is veranderd, sinds je moeder moeder werd. Ze heeft een taartschep nu (de kaasschaaf was ineens niet meer goed genoeg?) en onderhoudsvriendelijk tuinmeubilair.

En daar zegt ze nooit meer verontschuldigend bij: ‘Burgerlijk, hè?’ Want ze heeft schijt gekregen aan de impliciete druk van anderen, de verwachting alles Groots en Onderscheidend te doen. Projecties die haar eerder verwarden en verlamden, ketsen nu op haar af.

Een tl-verlichte McDonald’s in Thailand

Het trof me toen je tante Vera en je ome Tim – ik heb het verzet tegen deze titels gestaakt – door Amerika gingen reizen, je moeder onze voorgenomen route aanhoorde en verzuchtte: ‘Ik ben zo blij dat ik niet hoef.’

Want ze reisde. Naar Florida en naar Sri Lanka. En een keer naar Thailand, de terugvlucht was op nieuwjaarsdag, want dat was goedkoop. We belden met kerst. Zij bezweet, lekgeprikt en pad-thai-moe in een tl-verlichte McDonald’s, ik thuis en wij beiden incompleet, als de halvehartjesketting die we droegen in groep vijf.

Want reizen moet je maken, vond je mam, als je jong bent en al wel wat geld hebt, maar nog geen kinderen. Ook als je stiekem helemaal niet van backpacken houdt. Want, zo benadrukte ze vanuit de Mac, ‘nu kan het nog’. Diezelfde filosofie hield ze erop na als het ging om feesten, om hobby’s, om zingeving. Cursussen, opleidingen, meningen: je moeder zocht.

Ze zag er blij uit op de Facebookfoto’s onder palmbomen en voor tempels, maar nooit zag ik haar zo gelukkig als op een foto die ze me vorig jaar appte.

Stompzinnig gelukkig

Op die foto staan jij (nog verstopt), je stralende moeder, je grinnikende vader en je broer – een vlek, want hij zit nooit stil voor foto’s – samen met de donzige en daaronder ongetwijfeld klamme mascotte van een vakantiepark. Stompzinnig gelukkig op reis in de eigen provincie, in een chalet met snelle wifi en elke ochtend croissants aan de deurklink. 

Zo zijn er meer foto’s. Van Lucs gezicht vol huzarensalade tijdens een tuinfeestje – de barbecue en het bestek waren gehuurd en mochten vies in een krat mee terug, dat is handig, scheelt weer afwas. 

Het ooievaarsbord verwelkomt nu om de paar weken een nieuw kind in een andere nieuwbouwstraat

Van het ooievaarsbord dat de vriendengroep uit het dorp waar je ouders naartoe verhuisden gezamenlijk kocht. Dat bord wordt geleverd met magneetletters, zodat je er elke keer een andere naam op kunt spellen. Het rouleert nu binnen de vriendengroep en verwelkomt om de paar maanden een nieuw kind in een andere nieuwbouwstraat. 

Van jullie eerste buitenlandvakantie naar een soortgelijk croissants-aan-de-deur-park in Frankrijk, naast je vaders leaseauto met lederen bekleding, gemakkelijk af te nemen met een sloffe doek.

In jullie woonkamer hangt een gigantisch canvas met een foto van het gezin erop, lachend in de duinen. Het was retekoud die ochtend, maar je ziet het er niet aan af. Jullie zijn allemaal gekleed in het bruin, je moeder had de kleren de avond van tevoren klaargelegd – ze ‘houdt van herfstkleuren op het moment’.

Daar kun je allemaal cynisch over doen, maar zoals ik je broer twee jaar geleden al vertelde: cynisme past je moeder niet.

Ze zou zo een tweede taartschep kopen

Het lijkt een ver verleden, de avonden waarop ik haar probeerde te troosten omdat een vriendje, studiegenoot of collega weer eens had gezegd dat ze een olifantenhuid moest kweken, haar op haar tanden, eelt op haar ziel of andere onnodig grafische manieren om tegen iemand te zeggen: ‘Je zou eens wat minder moeten voelen.’

Want het moederschap leerde haar dat juist dát alles Groots en Onderscheidend maakt.

Ze is zeker nu, van wat ze wil. En de dingen die nog onzeker zijn – een carrière, een passie – die komen wel, dat weet ze zeker. Ze zou zo een tweede taartschep kopen; handig voor als die eerste in de vaatwasser zit.

Met je pa voedt ze het gulste mannetje dat ik ken op, en dat geluk komt nu ook jouw kant uit. Sinds je moeder moeder is, durft ze te varen op haar gevoel. En dat gevoel brengt haar precies waar ze wil zijn: thuis.

Meer lezen?

Eerste kinderen: serieus en braaf, tweede kinderen: rebels en creatief? Wat we wel en vooral níet weten over de tweede Eerste kinderen zijn serieus en braaf, tweede kinderen rebels en creatief, hoor je vaak – want je plek in het gezin bepaalt je persoonlijkheid. Maar waarom geloven we dat eigenlijk? En klopt het wel? Een kleine geschiedenis van het geboortevolgorde-effect. Lees hier het artikel