Verkennergate illustreert Haagse politieke inteelt – alsof dat nog nodig was
In een gehaaste wandeling naar de dienstauto met formatiepapieren leesbaar in de hand illustreerde verkenner Kajsa Ollongren wat iedereen vermoedde en vreesde: dat de machtsuitoefening op het Binnenhof te veel op inteelt lijkt. Politiek dagboek over de ontspoorde formatie.
In tien seconden was ’t gebeurd. Verkenner Kajsa Ollongren hoorde dat zij positief was getest op corona en holde het Kamergebouw uit. Zij had met collega-verkenner Annemarie Jorritsma hun vervolggesprekken met fractievoorzitters zitten voorbereiden. Ollongren droeg hun bespreekpunten leesbaar mee naar buiten. Dat betekende het einde van hun rol als verkenner.
In een brief aan de Kamer biedt het tweetal nederig excuses aan. Zij hadden niks te maken met het carrièrepad van de gekozen volksvertegenwoordiger Omtzigt en betreurden het dat zij de kabinetsformatie schade hadden berokkend.
Klopt. Het was alleen geen verrassend bedrijfsongeval. Het was stom om betrapt te worden op de volstrekt gebruikelijke Binnenhofse praktijk van mooipraten over de democratie en alles doen om de machtsbal rond te spelen in een klein kringetje.
Bij het huidige Nederlands elftal van Frank de Boer is dat rondspelen saai en ineffectief. Bij de kabinetsformatie is het verwijtbaar, schadelijk voor het broodnodige vertrouwen en dus ook contraproductief. Alle goodwill die miljoenen burgers hebben geïnvesteerd in het zorgvuldig uitbrengen van hun stem is binnen een week platgestampt door een matig competente inteeltcoalitie.
Hoedster democratisch bestel missing in action
Als iemand het advies aan Omtzigt (‘functie elders’) moet overwegen is het de ex-verkenner en demissionair minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren. Zij heeft pech gehad met haar gezondheid (nu weer covid-positief), maar als hoedster van ons democratisch bestel is zij met vlag en wimpel gezakt.
Politiek is, zeg maar, niet haar ding. Dat kan een pluspunt zijn langs de staatsvrouw-meetlat. De ijver waarmee zij het raadgevend referendum conform het regeerakkoord binnen de kortste keren afschafte, was voor het beheer van de kroonjuwelen van haar partij D66 niet handig, maar ook voor het aanzien van de democratische politiek niet gelukkig. De rook van het door het kabinet verloren Oekraïne-referendum was nog lang niet opgetrokken. De haastige afschaffing van dat referendum maakte een bange-bestuurders-indruk en werd nauwelijks op eigen argumenten verdedigd.
Fundamenteler is haar late en niksige reactie op het bijzonder doordachte en praktijkgerichte advies van de staatscommissie parlementair stelsel* (de commissie-Remkes, december 2018). Een paar onschuldige adviezen in het genre burgerschapsvorming worden overgenomen; over de serieuzere voorstellen rond het kiesstelsel gaat weer worden nagedacht. En ja, de informatievoorziening van het parlement moet beter, gaan we wat aan doen – leve de toeslagenaffaire. Ambtelijk catenaccio.
Iedere urgentie ontbreekt.
Kabinetsformatie: tijd voor verbeteringen
Juist op het punt van de kabinetsformatie is de commissie-Remkes beheerst doortastend: de invloed van de burger is in die fase verwaarloosbaar, dat kan beter. De commissie adviseert tegelijk met de Kamerverkiezingen apart een formateur te laten kiezen. Ze doet aanbevelingen om de slaagkans van die formateur te vergroten en rekent voor hoe Kamer en burger tijdens de formatie beter op de hoogte gehouden kunnen worden.
Bingo. Niks mee gebeurd. Ollongren schrijft namens Rutte III ‘niet overtuigd’ te zijn door de formatieadviezen van Remkes c.s., maar het ermee eens te zijn dat meer openheid geboden is. Gelukkig, schrijft de minister, heeft de Kamer zich sinds 2012 een grotere rol bij de vorming van een nieuw kabinet aangemeten. Gaan we samen met de Kamer onderzoeken.
Bal weer even weggespeeld. Alleen in schijn, zo blijkt opnieuw: ook in 2021 vier intimi als verkenners, in 2012 Kamp en in 2017 Schippers. Rutte probeert als demissionair minister-president en fractievoorzitter van de VVD de mate van openheid te bepalen, te weten liever niet; zijn ambtenaren assisteren de verkenners en later de informateur(s).
Kamer maakt actievere rol nog niet waar
De actieve rol van de Kamer blijkt bij deze derde formatie zonder bemoeienis van het staatshoofd nog in de kinderschoenen te staan. De koningin werden destijds weleens politieke motieven toegeschreven, maar daar was bijzonder weinig ruimte voor. Al haar stappen lagen vast, zij raadpleegde de vaste adviseurs – zoals de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer en de vice-president van de Raad van State – en alle ‘beslissingen’ waren terug te voeren op openbare adviezen aan en van informateur(s) en formateur.
Van Ark en Koolmees: welke objectivering van de verkiezingsuitkomst kan je verwachten van zulke insiders?
De ordelijke objectivering die de rol van het staatshoofd meestal bracht heeft in de nieuwe procedure nog geen gestalte gekregen. Is de Kamervoorzitter nu een beetje koningin? Of is zij de uitzendkracht van de voorzitter van de grootste fractie(s)? Gek genoeg weten we nu minder wat wie aan de verkenners heeft geadviseerd dan toen. De overweldigende indruk die de gebeurtenissen van de eerste dagen na de verkiezingen van 2021 maken, is die van inteelt, ons kent ons. Pottenkijkers doorlopen.
Net als bij de formaties van 2012 en 2017 kon Mark Rutte ook dit jaar zijn vertrouwelingen als verkenner aanwijzen. Nu waren het insiders Annemarie Jorritsma (fractievoorzitter VVD in de Eerste Kamer) en minister Kajsa Ollongren (voormalig topambtenaar op Economische Zaken en Algemene Zaken, het Torentje). En zijn zij vervangen door twee ministers die kennelijk goed liggen en als ‘safe pair of hands’ worden gezien. Wouter Koolmees (D66) en Tamara van Ark (VVD) hebben op Sociale Zaken, respectievelijk Medische Zorg in deze crisis toch al hun handen vol, maar zelfs als zij niet doorgaan als informateur: welke objectivering van de verkiezingsuitkomst kun je verwachten van zulke insiders?
Formeren is gevoelige groepstherapie
Hoe gevoelig iedere stap in het formatieproces is, bleek wel uit de gekwetstheid en boosheid die volgde op Ollongrens beginnersfout. Formeren is groepstherapie. Iedereen tot zijn of haar recht laten komen, en geleidelijk afpellen van moeilijkheden en bezwaren. Kijken wie in staat is over de eigen schaduw heen te springen.
Een van de mogelijke problemen bij de huidige formatie kan eventuele verdeeldheid binnen de CDA-fractie zijn. Dat kan iedereen bedenken, maar het ligt delicaat en het is bij uitstek niet aan belanghebbende insiders van andere, laat staan overwinnaars-partijen om daar publiekelijk in te gaan zitten roeren. Die ongepaste belangstelling verengt zich tot de vraag: wie schreef het op? Benieuwd welke omtrekkende smoesbewegingen de ex-verkenners daar voor debiteren in het Kamerdebat van woensdag. Maar het gaat over de bedompte machtscultuur.
En dan moet het echte werk nog komen. Wat zijn de grote onderwerpen en wie wil daar mee de schouders onder zetten? Formeren is elimineren, volgens staatsrechtkenner Joop van den Berg. Dat vereist een soms wat droge, strenge, soms meer ontspannen gespreksleiding. Met kennis van zaken, maar ook afstand.
Deze derde formatie onder leiding van de Kamer zelf dreigt het doorgeslagen monisme te bevestigen dat de Tweede Kamer toch al belet haar wetgevende en controlerende taken goed uit te oefenen. Iedereen kan weten dat dit het publieke vertrouwen ondermijnt en toch lijkt het niet te stoppen. Het is verslaving aan een vergissing.
Het drama van deze incrowd-benadering is dat de Kamer de regie niet in handen neemt. De formatie heeft door de stommiteit van Ollongren een probleem rond het CDA, Hoekstra en Omtzigt blootgelegd, maar verder formeert het oude kabinet stug door aan het nieuwe. Nota bene het oude kabinet dat net als de voorgaande kabinetten-Rutte de overheid heeft opgezet tegen de burger en het daarvoor afleggen van rekenschap met man en macht ontloopt.
Het net spant zich rond Mark Rutte. Nederland begint moe te worden van zijn talent om politiek van essentiële keuzemomenten te ontdoen. Dat heeft het land op de rails gehouden, maar misschien uiteindelijk geen goed gedaan. Politiek moet kiezen, bestuur uitvoeren. Tien jaar Rutte hebben dat onderscheid zoekgemaakt.
Van wie is de kabinetsformatie?
Het zou de nieuwe Tweede Kamer (voor twee derde bestaande uit nieuwe leden vergeleken bij de gekozenen van 2017) sieren als zij geen genoegen nam met vage bestuurlijke praatjes uit de bundel ‘We rule this country’. De kabinetsformatie is niet van het zittende half afgetreden kabinet.
De herkozen vice-fractievoorzitter van het CDA, Pieter Omtzigt, heeft er in ieder geval zin in. Op Twitter kondigde hij aan dat hij Kamerlid blijft en niks ‘elders’ zoekt: ‘Vergeet niet, ik zit er niet voor mijn eigen kiezers of voor het CDA. Artikel 50 van de Grondwet is kraakhelder. De Staten-Generaal vertegenwoordigen het gehele Nederlandse volk. Volksvertegenwoordiger is het hoogste ambt dat we kennen in dit land.’
Dat zou ieder Kamerlid moeten kunnen onderschrijven. Lastig met drie fractievoorzitters die ook in dat oude kabinet en misschien straks in dat nieuwe zitten: Rutte, Kaag en Hoekstra. Kansen voor nieuw leiderschap en nieuw Kamerlidmaatschap.