De pandemie begonnen in een laboratorium? Verwijs die gedachte niet direct naar het rijk der complottheorieën
De mogelijkheid dat het coronavirus afkomstig was uit een laboratorium werd al snel weggewuifd als complottheorie. Maar misschien was dat te voorbarig. Omgaan met onzekerheid betekent een open blik houden voor alternatieve verklaringen.
Laatst las ik Inferno van Dan Brown, opgepikt in een boekenkastje op een camping. Even iets waar ik op vakantie mee kon ontsnappen aan het nieuws. Een avontuur in Italië met geheime gangen, codes om te ontcijferen, een kwade genius. That should do the trick.
Maar toen ik begon te lezen zakte de moed me in de schoenen. Want wat bleek het doel van de kwade genius? Spoiler: een pandemie verspreiden. In het boek kwamen dezelfde discussies langs die ook het afgelopen jaar werden gevoerd, de Wereldgezondheidsorganisatie speelde een belangrijke rol en de baas van de organisatie deed me ook nog eens vaag aan Marion Koopmans denken. Tot zover mijn poging tot escapisme.
Eén ding was natuurlijk anders: in het boek was er een slechterik die een ziekte wilde verspreiden om de bevolkingsgroei tegen te houden. Het coronavirus, daarentegen, is op natuurlijke wijze van dier op mens overgesprongen.
Tenminste, dat dacht ik. Want toen ik terugkwam van vakantie bleek die theorie volop ter discussie te staan. Ineens zag ik artikelen langskomen waarin serieus werd overwogen dat het virus uit een virologisch laboratorium was ontsnapt. Wacht eens even, dat was toch een complottheorie?
Complotten in tijden van onzekerheid
Tijdens de pandemie tieren complottheorieën welig. Eenduidige verhalen over daders en slachtoffers, met een duidelijke oorzaak voor een ingewikkeld probleem. Een mondiale elite zou het coronavirus verspreiden via 5G, Bill Gates zou met vaccinaties de bevolkingsgroei willen beteugelen en het virus zou gemaakt zijn door China als biologisch wapen (waarover zo meer).
Dat die theorieën juist nu ontstaan, is niet vreemd. Historisch gezien zie je dat complotideeën juist in tijden van onzekerheid populair worden, vertelt onderzoeker Sander van der Linden aan Vox.
‘Veel van deze complotten leiden af van beangstigende wereldwijde thema’s’, legt van der Linden uit. ‘Klimaatverandering, het coronavirus. Het is gewoon een andere manier om de werkelijkheid te ontkennen en niet te hoeven nadenken over je eigen kwetsbaarheid in de wereld. Het is een uitvlucht voor mensen die niet zo goed tegen onzekerheid kunnen.’
Mijn eigen behoefte aan escapisme lijkt in die zin wel op het vasthouden aan een complottheorie. Het afgelopen jaar werd het nieuws me regelmatig te veel; dan liet ik de krant links liggen en skipte ik de persconferentie over de coronamaatregelen. Ik kon de onzekerheid even niet meer aan, dus stak ik mijn kop in het zand.
Het grote verschil is dat complottheorieën grote schade kunnen toebrengen als mensen erop gaan handelen. Bijvoorbeeld als Amerikanen het Capitool bestormen omdat ze geloven dat er een complot is tussen Democraten die Trumps stemmen stelen, of als iemand een pizzeria overhoopschiet omdat hij gelooft dat er een pedofiel netwerk vanuit de kelder opereert (het restaurant heeft niet eens een kelder).
Al is je kop in het zand steken potentieel ook schadelijk. Of je nu de grote problemen van deze tijd – klimaatverandering, het coronavirus – negeert of ze toeschrijft aan een duister complot, in beide scenario’s doe je niets aan de oorzaak.
Hoe de lablektheorie tot complot bestempeld werd
Terug naar de oorzaak van de pandemie. Wetenschappers willen weten waar het coronavirus vandaan komt, om op die manier iets te leren over het bestrijden van toekomstige uitbraken. Zoals microbioloog David Relman uitlegt aan Stanford Medicine:
‘Bewijsmateriaal dat pleit voor een natuurlijke verspreiding zou moeten aanzetten tot een grote verscheidenheid van maatregelen om menselijk contact met hoogrisicodieren tot een minimum te beperken. Bewijsmateriaal dat wijst op een verspreiding uit laboratoria moet leiden tot een intensievere beoordeling van en toezicht op risicovol laboratoriumwerk, en moet de inspanningen ter verbetering van de veiligheid in laboratoria opvoeren.’
Maar de ‘lablektheorie’, die stelt dat het virus uit een laboratorium komt, kwam al snel terecht in het verdomhokje. Jonathan Chait laat in een stuk in New York Magazine zien dat veel media schreven alsof de zaak al beklonken was – alsof er zeker weten sprake was van natuurlijke verspreiding van dier naar mens – en de lablektheorie verwezen naar het rijk der complottheorieën.
Ook ikzelf nam aan dat het verhaal over de natuurlijke verspreiding al definitief was. Bijvoorbeeld toen ik in een stuk over onzekerheid schreef: ‘Maar dat dat ene virus op dat ene moment op die ene markt in Wuhan zou leiden tot een wereldwijde pandemie, dat had niemand kunnen voorzien.’
Ik wist toen niet wat ik niet wist. Intussen weet ik: ik had daar niet zo stellig over moeten schrijven.
We weten het (nog) niet
Terwijl ik mijn kop in het zand stak met Dan Brown, was de lablektheorie uitgebreid in het nieuws gekomen. Dat begon toen een groep van achttien wetenschappers – onder wie de eerdergenoemde microbioloog David Relman – op 14 mei een open brief publiceerde in Science, toch niet bepaald het lijfblad van complotdenkers. Wees niet te voorbarig, waarschuwden ze, met het afschieten van de hypothese dat het virus uit een lab komt.
Ze verwezen naar het onderzoek dat een team wetenschappers, onder wie Marion Koopmans, voor de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) had uitgevoerd in China. De briefschrijvers stellen: ‘Hoewel er geen duidelijke bevindingen waren die een natuurlijke verspreiding of een ongeval in het laboratorium bevestigden, achtte het team een zoönotische verspreiding door een tussengastheer “waarschijnlijk tot zeer waarschijnlijk” en een incident in het laboratorium “uiterst onwaarschijnlijk”.’
Daar kwam nog bij: ‘Bovendien werden de twee theorieën niet op evenwichtige wijze in overweging genomen. Slechts 4 van de 313 bladzijden van het rapport en de bijlagen gingen in op de mogelijkheid van een laboratoriumincident.’
Voor de duidelijkheid: de achttien wetenschappers suggereren hier niet dat het virus door een kwade genius is gemaakt om de wereldbevolking te decimeren, of een ander Hollywoodachtig scenario. Al zweven er theorieën rond dat het coronavirus als biologisch wapen bedoeld is, mildere varianten stellen dat het virus per ongeluk uit het lab is ontsnapt (bijvoorbeeld door besmetting van een medewerker).
Ook stellen deze wetenschappers niet dat de ‘zoönotische verspreiding’ onzin is. Ze zeggen simpelweg wat zo vaak wordt gezegd in de wetenschap: we weten het (nog) niet.
En met die uitspraak staan ze niet alleen. Immunoloog en Biden-adviseur Anthony Fauci zegt dat hij ‘niet overtuigd’ is dat het coronavirus natuurlijk is ontstaan,* de EU benadrukt dat er nog meer onderzoek moet worden gedaan* en de VS ondertekenden met dertien andere landen eenzelfde soort statement.*
Ook WHO-baas Tedros Ghebreyesus stelt over het WHO-rapport: ‘Ik ben echter van mening dat deze beoordeling [van de hypothese van het laboratoriumincident, SB] niet uitgebreid genoeg was. Er zullen meer gegevens en studies nodig zijn om tot degelijker conclusies te komen.’*
En toen kwam The Wall Street Journal op 23 mei ook nog eens met het nieuws dat een Amerikaans inlichtingenrapport stelt dat drie wetenschappers van het Wuhan Instituut voor Virologie al in november 2019 in het ziekenhuis waren beland. Het is onduidelijk wat hiervan waar is – het rapport is niet vrijgegeven. Op 26 mei kondigde de Amerikaanse president Joe Biden aan dat hij de inlichtingendiensten had gevraagd om binnen negentig dagen met een nieuw rapport te komen.
Kortom: de geest is uit de fles.
Bestrijd stelligheid niet met schijnzekerheid
Nu blijkt dat helemaal niet zo zeker is waar de pandemie is ontstaan, dringt de vraag zich op: waarom hoorde je daar niets over in de media?
New York Magazine-journalist Jonathan Chait denkt dat veel ‘liberale media’ zich verzetten tegen de lablektheorie, omdat Trump er een voorstander van was. Zo tweette* de voormalige president vorig jaar mei ‘...het was de “incompetentie van China”, en niets anders, dat deze massale wereldwijde moord heeft gedaan [sic]’.
De vastbeslotenheid van Trump was niet onderbouwd en zijn uitspraken over het ‘China-virus’ schurkten bovendien tegen racisme aan. Logisch dat media kritisch waren. Maar stelligheid bestrijden met schijnzekerheid was niet de manier. Chait laat zien hoe media telkens meer zekerheid suggereerden dan er was, en met gemak de theorie over biologische wapens op een hoop gooiden met de mildere variant: de theorie dat het virus per ongeluk uit het lab ontsnapte.
Het eerlijkst was geweest om toe te geven dat de bron van de pandemie nog niet helemaal duidelijk was. Daar is niets geks aan: het kostte bijna vijftien jaar* om de bron van de SARS-epidemie van 2003 te vinden. Zulke onderzoeken kosten tijd. Maar in een discussie die zo gepolitiseerd raakt, bestaat het risico dat iedereen zich terugtrekt in stelligheden die geen recht doen aan de complexiteit van de situatie.
Complotdenkers mogen dan misschien een verlangen koesteren naar zekerheid, maar als ze niet oppassen doen hun debunkers precies hetzelfde. Omgaan met onzekerheid betekent een open blik houden voor alternatieve verklaringen, ook als die niet passen bij je eigen ‘stam’.
Wil je toch zekerheid? Dan lees je maar Dan Brown.