Mark Rutte is een slechte leraar
Als we – wie die ‘we’ dan ook nog mogen zijn – ons niet goed aan de ‘basismaatregelen’ en ‘gedragsregels’ zouden houden, kon de op 3 december geplande persconferentie met nieuwe coronamaatregelen weleens eerder komen. Daar dreigde Rutte afgelopen maandag mee, tijdens een ingelast persmoment, maar ‘we hopen dat het niet nodig is’, voegde hij daaraan toe.
Krap twee dagen later vond Rutte het nodig.
‘Mark Rutte heeft ons toch wel als schoolkinderen toegesproken’, zei een presentatrice van RTL Boulevard over Ruttes toon op maandag.
Wie voor de klas staat of heeft gestaan zal in de dreigende Rutte vooral een sléchte leraar herkend hebben. Eentje die maar beter geen les meer kan geven, want je weet al hoe het schooljaar verder zal verlopen. Leerlingen die hun huiswerk niet meer maken (of stiekem huisfeesten organiseren), kinderen die hun leraar in de klas een lul noemen (of een galg meenemen naar de Dam), en muitende scholieren die de inhoud van hun etuis door de klas gooien (of het centrum van Rotterdam in de hens zetten).
Een klas is eigenlijk een minimaatschappij, zeggen ze weleens, maar je kunt ook zeggen dat de maatschappij een klas in ’t groot is. En dan moeten we ons zorgen maken: Rutte is een leraar zonder autoriteit geworden, die meer en meer regeert op basis van macht. Dat loopt doorgaans niet goed af.
Het verschil tussen autoriteit en macht? Jassen uit, tassen van tafel, even wat theorie.
Gezagsdragers en machthebbers
In haar essay ‘What is authority?’ (1954) schrijft filosoof Hannah Arendt dat het, om van autoriteit te kunnen spreken, nodig is dat degene die gezag heeft en degene die zich – vrijwillig – aan die autoriteit onderwerpt, een gemeenschappelijke overtuiging delen die die hiërarchie legitimeert.
Welke leraar wordt ontslagen, maar kan zelf besluiten toch les te blijven geven?
Zo’n overtuiging moet buiten de autoriteit zelf liggen. Een leraar kan gezag hebben, een autoriteit zijn, wanneer leraar en leerling beiden erkennen dat onderwijs belangrijk is. Een ouder kan gezag hebben wanneer ouder en kind er beiden in geloven dat opvoeding ertoe doet. We spreken daarom ook wel van gezagsdragers of gezagsvoerders: zij voeren het gezag maar vallen daar niet mee samen. Als iemand zijn gezag verliest, kunnen degenen die zich vrijwillig aan een autoriteit onderwierpen een ander aandragen om vanaf dan het gezag te dragen.
Dat maakt ook het verschil met macht duidelijk. Macht draag of voer je niet, maar neem je (en oefen je uit). We hebben het niet over machtdragers of machtvoerders, maar over machthebbers.
Hoe een leraar zonder gezag zich gedraagt
In anderhalf jaar pandemie is Rutte veranderd van een gezagsdrager in een machthebber.
Tijdens de eerste lockdown accepteerden we – toen was er nog een ‘we’ – het gezag van de premier en zijn regering nog als vanzelfsprekend. Mensen hielden zich zo goed en zo kwaad als dat ging aan de maatregelen en in de journalistiek was het zelfs even niet zo netjes om al te kritisch te zijn op Rutte, De Jonge en hun RIVM – want ach, die hadden het natuurlijk ook niet makkelijk. De tweede lockdown, in oktober 2020, leidde al tot meer tegengestribbel: had Rutte dan niets geleerd van dat halfjaar corona? Dat we nu, een jaar later, wéér in lockdown dreigen te raken, gaat er niet meer in.
Misschien dat Rutte nog gezag heeft in de klas die hij wekelijks maatschappijleer geeft, maar in de echte maatschappij is hij het kwijt
Rutte is zijn gezag verloren – niet alleen vanwege zwalkend coronabeleid, maar ook om de toeslagenaffaire – maar weigert het over te dragen. Dat is absurd. Welke leraar wordt ontslagen, maar kan zelf besluiten toch les te blijven geven – om het schooljaar daarop gewoon weer voor de klas te gaan staan alsof er niets gebeurd is?
Wat dat doet met de leerlingen in zijn klas, heb ik al geschetst. Maar het doet ook iets met die leraar zelf: die zal meer en meer machtsmiddelen moeten inzetten om zijn positie te behouden. Die legt de schuld voor de chaos in de klas eenzijdig bij z’n leerlingen (of noemt demonstranten ‘losgeslagen tuig’ en zegt dat hij ‘sociologenjargon’ haat ) en dreigt met onverwachte overhoringen (of een vervroegde persconferentie met strengere maatregelen). En als dat niet wil helpen geeft hij uit frustratie een leerling een tik (of stuurt hij de ME af op demonstranten).
Misschien dat Rutte nog gezag heeft in de klas die hij wekelijks maatschappijleer geeft, maar in de echte maatschappij is hij het kwijt. Rutte is een meester in machtsbehoud, maar een slechte leraar. Aan leraren hebben we een tekort, maar een andere premier moet toch te vinden zijn.