Dit waren onze favoriete boeken van 2021

Maaike Goslinga
Adjunct-hoofdredacteur
Illustraties: redactioneel ontwerper Luka van Diepen

Het beste leesvoer voor de donkere dagen, volgens onze correspondenten en medewerkers achter de schermen.

Allah 99

Caleidoscopisch is het beste woord: zelden las ik een boek dat zo fragmentarisch was opgeschreven, en toch zo’n prachtig beeld vormt. We lezen het weblog van een Irakese vluchteling in Finland, die – tussen de seks en alcohol door – interviews afneemt met andere Arabische migranten, achtergebleven Irakezen en mensen uit zijn verleden. Wie blijft er, wie vertrekt er, wie is er onder de streep gelukkiger? De Irakees die in oorlog en armoede bleef overleven, of de Irakees die overleefde in een vreemd land?

De ruwe, ongepolijste verhalen schetsen een beeld van de versnippering van zijn volk. We lezen ook mailwisselingen tussen de auteur en een vertaler van de Roemeense filosoof Emil Cioran. De mails gaan over kunst, literatuur, politiek, gezondheid – ze vormen een soort raamwerk waarin de andere verhalen hangen. bracht me soms in de war, aan het lachen, tot verdriet. Een achtbaan waarin je blijft doorlezen.

Maite Vermeulen

Correspondent Migratie


Bluets

Soms lukt het niet om verlies te delen met naasten – de pijn is te groot, de taal ontoereikend. Wie de troost van mensen niet verdragen kan, zoekt elders verlichting. Bij een god, een schilderij, een muziekstuk. Zo werd Maggie Nelson verliefd op de kleur blauw. ‘Het begon geleidelijk. Waardering, een gevoel van verwantschap. En toen, op een dag, werd het serieuzer. En toen – starend in een leeg theekopje, op de bodem bruine drek opgekruld in de vorm van een zeepaardje – werd het op de een of andere manier persoonlijk.’

In dit jaar in het Nederlands vertaald door Nicolette Hoekmeijer, onderzoekt Nelson haar fascinatie met de kleur, en thema’s als eenzaamheid, depressie en fysieke pijn. Het resultaat is een boek dat op zijn beurt op sublieme wijze troost biedt aan iedereen met een gebroken hart.

Lena Bril

Chef Engagement

The Seabird's Cry (Adam Nicolson)

Mensen kunnen alleen beschermen wat ze kennen, en willen alleen beschermen waar ze van houden. Pech als je een zeevogel bent, en het hele jaar over de oceanen zeilt. En actie is noodzakelijk om deze dieren te behouden, want de cijfers zijn dramatisch. Daarom moet iedereen het boek lezen.

Gelukkig geen straf, want je liefde voor albatrossen, papegaaiduikers en jan-van-genten zal direct volgen. De mens heeft nog geen honderdduizend jaar geleden Afrika verlaten, zeevogels doorkruisen al honderd miljoen jaar de wereldzeeën.

Lees over engelachtige sneeuwstormvogeltjes die al 34.000 jaar elk jaar weer broeden op dezelfde klif op Antarctica, pijlstormvogels die de wereldzeeën navigeren op basis van geuren, alken die zes jaar lang de zee moeten leren kennen voor ze genoeg bij elkaar kunnen jagen om een jong groot te brengen.

Geen mens die het zo mooi kan vertellen als Adam Nicolson, die een Schots zeevogeleiland erfde van zijn vader en het aristocratische voorrecht om zijn leven lang over zeevogels te kunnen mijmeren met twee handen aangreep om zich zo verdienstelijk te maken.

Thomas Oudman

Correspondent Voedsel


Mary (Anne Eekhout)

Als de Wikipedia-pagina van Mary Shelley al voelt als een spannende thriller, kan je nagaan hoeveel fictiepotentie haar leven heeft. In neemt schrijver Anne Eekhout je niet alleen mee in het leven van de bedenkster van Frankenstein, maar vooral in haar hoofd. En haar hoofd is een groot spookhuis: het boek leest als De griezelbus voor volwassenen, waarin de grens tussen fantasie en realiteit steeds verder vervaagt.

En dat is de kracht van het boek: het is een ode aan de fantasie, en de kunst van het scheppen. En hoe bijzonder het is dat Mary creëert, als vrouw in de negentiende eeuw. 

Malouk van der Velden

Engagementredacteur

Arc (Richard Osinga)

van Richard Osinga biedt veel: de spanning van een exceptionele thriller, de inhoud van geweldige non-fictie, de verbeelding van literatuur.

Osinga schrijft strak en kraakhelder en vertelt één verhaal met drie verhaallijnen die uiteindelijk geen losse lijnen blijken: een Amerikaanse geheugenonderzoeker, een Nederlandse arts en een eeuwenoude Indiase dichter zoeken alle drie iets anders, maar eigenlijk hetzelfde, en vinden ten slotte elkaar. Ja, dat klinkt vaag, maar geloof mij: dit virtuoze verhaal dient niet naverteld maar gelezen te worden, door iedereen. 

Maurits Martijn

Correspondent Beter internet


Zelfmoord

Alleen al de totstandkoming van dit essay, dat acht jaar geleden werd gepubliceerd en nu voor het eerst in het Nederlands is vertaald als (persoonlijk had ik de titel ‘Suïcide’ beter gevonden), is sensationeel. De Franse schrijver en kunstenaar Édouard Levé probeert de suïcide van een vriend te begrijpen, levert zijn manuscript in bij zijn uitgever en stapt dan zelf uit het leven. Toch zijn het vooral de observaties en zinnen die bij mij bleven hangen – zó treffend en schrijnend.

Voorbeeld: ‘Door de manier waarop je uit het leven bent gestapt, is je levensverhaal negatief herschreven. Wie je heeft gekend, bekijkt daardoor elk van je daden in het nieuwe licht van die laatste daad.’ En: ‘Je bent gestorven omdat je het geluk zocht, met het risico dat je het grote niets zou vinden.’ Een kleinood, dit boek.

Andreas Jonkers

Adjunct-uitgever

A Little Devil in America: In Praise of Black Performance (Hanif Abdurraqib)

Als eindredacteur heb ik het doorgaans niet zo op teksten vol zijpaden, maar de Amerikaanse essayist en dichter Hanif Abdurraqib is er een meester in. In rijgt hij moeiteloos Zwarte popcultuur uit de VS, persoonlijke anekdotes, en overpeinzingen over identiteit, gentrificatie en racisme aaneen.

Zomaar een greep uit de onderwerpen die in een enkel essay voorbijkomen: Michael Jacksons moonwalk, de afro van Abdurraqibs jong overleden moeder, een foto van Trayvon Martin in een ruimtepak, Star Wars, een malt liquor-reclame uit de jaren tachtig. En toch schemert in alles de intentie van deze essaybundel door: een viering van de rijkdom en complexiteit van Zwarte Amerikaanse cultuur, en de immense impact die deze wereldwijd heeft gehad.

Jelena Barišić

Eindredacteur


A Pocket Guide to Pigeon Watching: Getting to Know the World's Most Misunderstood Bird (Rosemary Mosco)

Ondanks dat hij een zeer begeerd vrijgezel was – knap, slim, de uitvinder van elektriciteit – bleef Nikola Tesla zijn leven lang ongebonden. Tenminste, aan mensen. Hij had wel degelijk een grote liefde: een witte duif. Ze zocht hem geregeld op in zijn hotelkamer in New York. Hij hield van haar zoals een man houdt van een vrouw.

In moderne ogen is dat misschien wat vreemd. Maar Tesla is een stuk minder excentriek bezien in zijn tijd, of eigenlijk in de gehele menselijke geschiedenis.

Sinds de mens duiven domesticeerde ergens tussen de twaalf- à vijfduizend jaar geleden, is hij er weg van. Een duif was een Zwitsers zakmes met veren. Hij bracht de post rond, was goed te eten en elk onderdeel was bruikbaar, de poep alleen al: het bemestte akkers, we looiden er leer mee, maakten er buskruit van. 

Duiven waren ook pronkstukken, de Ferrari’s van weleer. Grote mogolkeizers intimideerden hun bezoek met spectaculaire duivenshows. Eeuwen later schreef Charles Darwin aan een vriend: ‘Kom snel eens langs. Dan zal ik je mijn duiven laten zien! Wat het grootste geschenk is, naar mijn mening, dat je een mens bieden kunt.’

Dat in Frankrijk en Engeland alleen de rijken duiven mochten houden, leidde zelfs tot volkswoede. Menig duiventil werd stukgeslagen tijdens de Franse Revolutie. Daarna mocht ook het plebs aan de duiven.

Precies deze grote duifwaardering verklaart dat er inmiddels overal, in elke stad op elk continent, zo ontzettend veel duiven zijn. Waar is die liefde gebleven? Vroeg schrijver Rosemary Mosco zich af. Hoezo zien we duiven ineens als vliegende ratten? Dat zíjn ze niet eens, duiven maken vrijwel nooit een mens ziek – wat je van katten niet zeggen kunt. 

Zodoende was ik zeer verheugd over het geweldig leuke boek dat Mosco schreef (en tekende!) ter eerherstel van de vergeten vriend: A Pocket Guide to Pigeon Watching: Getting to Know the World’s Most Misunderstood Bird (2021). voor wie die nog naasten zoekt om lief te hebben.

Tamar Stelling

Correspondent Niet-menselijk leven


Is het al zeven uur? Mijn jaar als thuisblijfmoeder (Margot C. Pol)

Nog nooit las ik een boek waarbij ik me zo met het onderwerp kon identificeren als bij van Margot C. Pol. Zelden zo veel passages huil-lachend aan mijn vrouw voorgelezen – misschien minder leuk als je niet ook twee jonge kinderen hebt. Ik heb niet al haar ervaringen op die manier doorgemaakt, maar wat vond ik het fijn om te lezen dat het in huis hebben van twee kleine tirannen (want dat zijn het) inderdaad niet iedereen even makkelijk afgaat.

Jasper Wissels

Back-end developer


Press Reset: Ruin and Recovery in the Video Game Industry (Jason Schreier)

Na Blood, Sweat, and Pixels (2017), een liefdesverklaring aan videogames als medium, kwam de Amerikaanse journalist Jason Schreier dit jaar met een boek over de schaduwkanten van de game-industrie.

In empathische, toegankelijk geschreven profielen van de spelontwikkelaars achter Epic Mickey, BioShock Infinite, Dead Space en Kingdoms of Amalur beschrijft Schreier een dynamische sector van duizenden gedreven ontwerpers die in hun intensieve reis van concept naar publicatie worden geteisterd door financieel wanbeheer, onmogelijke leidinggevenden, geldbeluste aandeelhouders en in een enkel geval een voormalig honkbalprof met grootheidswaanzin.

Press Reset is bovenal een broodnodig exposé over de alomtegenwoordigheid van ‘crunch’ in de game-industrie: systematisch overwerk in de laatste maanden voordat een spel op de markt komt, om bij beperkt financieel succes het risico te lopen op een kille ontslagronde. Schreier laat overtuigend zien dat veel van de culturele hoogstandjes waaraan miljoenen gamers plezier beleven, achter de schermen tot stand komen middels een giftige mix van oprechte passie en permanente stress.

Riffy Bol

Algemeen redacteur


Klara en de zon

Het leven vanuit het perspectief van een ‘artificial friend’, een mensachtige robot met kunstmatige intelligentie dus, is een heel interessant leven. Nobelprijswinnaar Kazuo Ishiguro beschrijft het in realistisch, voor zover ik me iets kan voorstellen bij kunstmatig waargenomen realiteit. Mij had hij ermee.

Michiel de Hoog

Correspondent Sport


Beer

‘Did anyone tell you,’ he asked, ‘about the bear?’

Met deze simpele vraag introduceert de Canadese Marian Engel (1933-1985) hem. Het dier dat al decennialang in een schuurtje op een afgelegen eiland woont. Het dier dat elke dag een bakje eten krijgt, en verder niet zoveel meer doet. Het dier dat...

Nee wacht, ik ga niks zeggen. Hoe minder je weet, hoe leuker dit boek is.

Lou, eind twintig, werkt voor een instituut waaraan de bibliotheek van een excentrieke negentiende-eeuwse kolonel is nagelaten. Normaal zit ze de hele dag in datzelfde instituut te vereenzamen tussen de boeken – dat wordt af en toe onderbroken door eentonige seks-op-bureau-met-baas. Het tripje van een paar weken naar het eiland in Noord-Ontario is een welkom avontuur. In de wildernis, zonder elektriciteit, verwarming of welke voorziening dan ook, begint ze optimistisch aan haar taak: alles catalogiseren.

En dan ontmoet ze hém.

verscheen voor het eerst in de jaren zeventig, in Canada. Het was in de vergetelheid geraakt, tot een (‘What the actual fuck, Canada?’), van iemand die een beduimeld exemplaar had opgedoken, deze ‘schokkende’ roman deed herleven. Gelukkig is-ie in 2021 ook in het Nederlands vertaald.

Marian Engel is een geweldig verteller. Ze is vreselijk grappig en gebruikt geen woord te veel. En dan heb ik het nog niet eens over alle grote thema’s, die, als je goed leest, ook aan bod komen

Anna Vossers

Eindredacteur


Kim Jiyoung, geboren in 1982

Een waarschuwing vooraf: dit is een gruwelijk boek. Toch heeft diepe indruk op me gemaakt. Het verhaal beschrijft het leven van Kim Jiyoung, het Koreaanse equivalent van ‘Jane Doe’, die vanaf het moment dat ze geboren wordt problemen ervaart met haar positie in de wereld als vrouw.

Op bijna klinische en banale wijze lezen we waar een vrouw tegenaan loopt in haar leven – van ‘onschuldige’ opmerkingen over kleding tot een babyboete op werken – en hoe elke man (on)bewust bijdraagt aan het in stand houden van haar minderwaardige positie.

Het verhaal speelt zich af in Zuid-Korea, maar bijna elke vrouw zal zich herkennen in deze keiharde roman, die knap de feiten over het leven als vrouw afwisselt met passages uit het leven van Kim Jiyoung. Niet verrassend dat dit boek in meer dan achttien talen is vertaald: het onderwerp is universeel relevant.

Maaike Goslinga

Redactiechef


De houdgreep (Anet Bleich en Natascha van Weezel)

In formuleren Anet Bleich en Natascha van Weezel, moeder en dochter, een antwoord op de vraag hoe als journalist om te gaan met rechts-populisten als Geert Wilders en Thierry Baudet. Volgens Bleich en Van Weezel zitten de mainstream media en rechts-populisten ‘aan elkaar vastgeklonken in een houdgreep’. Het boek is een verslag van hun pogingen om Wilders en Baudet te spreken en van hun gesprekken met anderen die actief zijn in de media.

Dit werk is niet louter interessant voor journalisten, maar ook voor ons, de consumenten. Wij zijn het die rechts-populisten als Wilders en Baudet graag zien en horen, vandaar dat ze veelvuldig worden geïnterviewd. Op die manier zijn ook wij debet aan die houdgreep en dus het verstikkende politieke klimaat.

Hizir Cengiz

Correspondent Twijfel