Deze week: Hoe kan Europa zonder Russisch olie en gas? Deze artikelen bieden perspectieven op die vraag
Hieronder vind je het beste van de week op De Correspondent. Maar eerst: redactiechef Maaike Goslinga over onze afhankelijkheid van (Russisch) gas.
Na de gruwelijkheden in de Oekraïense stad Boetsja, waar honderden burgers zijn omgekomen door Russisch oorlogsgeweld, wordt de roep om te stoppen met Russisch olie en gas steeds luider in Europa.
Maar wat zou dat concreet betekenen? De afgelopen tijd deelden correspondenten allerlei denkrichtingen die het beeld over ons gasverbruik veranderen.
Denkspoor 1: de Nederlandse gaskraan moet open
Correspondent Jesse Frederik ziet maar één manier voor Europa om op korte termijn minder afhankelijk te worden van Russisch gas: zet de Groninger gaskraan weer open. Maar laat dit keer ook de bewoners profiteren van de opbrengst.
Denkspoor 2: er liggen kansen voor verduurzaming
Onze correspondenten schreven ook verhalen over hoe de oorlog juist mogelijkheden biedt om sneller te vergroenen – zodat we niet terug hoeven te vallen op de aanleg van méér fossiele infrastructuur.
Correspondent Democratie & Klimaat Jelmer Mommers is het niet eens met Jesse Frederik dat er met de huidige energiecrisis niks anders op zit dan de Groninger gaskraan weer opendraaien. We kunnen beter inzetten op snelle vergroening, schrijft hij in deze column:
Op de woningmarkt is ook een grote slag te slaan met het aardgasvrij maken van huizen. Maar correspondent Wonen Josta van Bockxmeer ontdekte dat gemeenten daar helemaal geen vaart achter zetten.
Je kunt de verwarming thuis omlaag draaien. Maar je kunt ook warm blijven door meer laagjes kleding te dragen. Achter de isolatie van ons lichaam zit een fascinerende theorie, laat correspondent Kleding Emy Demkes zien.
Denkspoor 3: we moeten véél minder gebruiken
Thalia Verkade ging een stap verder, en schreef een tweeluik over hoe we het tijdperk van álle fossiele energie achter ons kunnen laten.
Het eerste verhaal in dit tweeluik is een aanbeveling van het boek The Retro Future van John Michael Greer, die zich afvraagt: wat als we uitstekend blijken te kunnen leven met veel minder hightech, op 10 procent van het huidige energieverbruik? Zoals voor het kolen- en olietijdperk, maar dan anders?
Thalia’s interview met architect Césare Peeren is de praktische vertaling van dit idee. Peeren hergebruikt materialen tot het uiterste. Zouden we alle spullen die we nu verspillen hergebruiken, dan hoeven we de komende twintig jaar geen nieuwe materialen meer te produceren, stelt hij.
Verder deze week op De Correspondent:
Hoe breed is de Russische steun voor president Vladimir Poetin? In plaats van olie op het vuur te gooien met onbetrouwbare cijfers, kunnen we beter accepteren dat we dit gewoon niet weten, betoogt correspondent Ontcijferen Sanne Blauw.
Haar leven lang wist Lisette Ma Neza van de tragedie die haar ouders in Rwanda hebben meegemaakt, ook al spraken ze er niet over. In de voorstelling Hier zijn we koningen geeft ze woorden aan die stilte.
Dilara Bilgiç en Joris Luyendijk schreven elk een boek over identiteit, uitsluiting en labels. Volgens hen heeft hokjesdenken wel degelijk een functie. Maar we mogen de ruimte tussen de hokjes niet uit het oog verliezen.
Katya Soldak groeide op in de Sovjet-Unie. Tot die ineenstortte, en haar land weer Oekraïne werd. Met een videocamera documenteerde ze haar zoektocht naar haar identiteit en de volwassenwording van Oekraïne. Haar documentaire The Long Breakup is alleen vandaag nog te zien op De Correspondent, in samenwerking met Movies that Matter.