Foto’s terugvinden zal net zo gemakkelijk worden als foto’s maken
Het zal niet lang meer duren tot iedereen beeldherkenningssoftware kan gebruiken. Want: hoe vind je in die grote berg foto’s die ene leuke? Een bijdrage van Martijn Kleppe.
Dankzij technologie kunnen we de hele dag foto’s maken. En delen, opslaan in een iCloud en bekijken op elk beeldscherm. Maar zoeken in die bergen foto’s naar die ene speciale is lastig. Martijn Kleppe beschrijft hoe beeldherkenningssoftware hierin verandering zal brengen.
Deze week verschijnt het boek Nederland in ideeën, 101 denkers over inzichten en innovaties die ons land verander(d)en van Maven Publishing. Schrijvers, wetenschappers en denken presenteren honderd ideeën die Nederland volgens hen fundamenteel hebben veranderd. Op De Correspondent publiceren we de komende dagen onze favoriete voorbeelden.
Vind die ene foto
Door Martijn Kleppe
Waar is die foto toch gebleven? Mijn dochter lachte er zo leuk op en er stond een vriendinnetje naast haar. Volgens mij waren we in het bos, maar wanneer ook alweer? Regelmatig overkomt me dit scenario. Voor een vriendenboekje zoek ik een foto van mijn dochter om erbij te plakken, maar die ene leuke foto kan ik nergens op mijn computer vinden. Met de introductie van de digitale fotografie en de cameraatjes op onze smartphones fotograferen we meer dan ooit. Bij de zwemles maak ik een filmpje en verstuur hem naar mijn echtgenote via WhatsApp. De foto’s van de vakantie staan dankzij iCloud of Dropbox bij terugkomst al volledig gesynchroniseerd op mijn computer, en we kunnen ze meteen op onze televisie bekijken. Eindelijk geen gedoe meer met kabeltjes; altijd en overal kan ik bij mijn foto’s.
Er is echter een groot probleem: ik kan nooit de foto’s terugvinden wanneer ik gericht zoek naar die ene leuke foto. Ik orden ze redelijk goed in mapjes, maar de ordening van mijn computer zit helaas niet in mijn hoofd. Uiteraard kan ik zoeken op datum en tegenwoordig ook redelijk goed op locatie dankzij de gps-code die automatisch in het bestand van de foto gezet wordt. Maar dat helpt me niets wanneer ik die ene foto zoek waar mijn dochter naast haar vriendinnetje staat in een bos. Wanneer we nu zoeken naar beeldmateriaal maken we een vertaalslag. We denken in beelden, maar gebruiken woorden om de foto’s te zoeken. Als we op internet zoeken naar foto’s, typen we trefwoorden in en vinden we afbeeldingen waar andere mensen die woorden aan hebben toegekend. Maar aan de foto’s op mijn computer heb ik geen trefwoorden toegevoegd. Dus browse ik nu door mijn tientallen mapjes en geniet ervan om oude foto’s te zien. Maar na een kwartier wil ik die ene foto toch echt wel gevonden hebben.
Beeldherkenningssoftware zou me daarbij kunnen helpen, en het is slechts een kwestie van tijd voordat iedereen daar gebruik van gaat maken. Zoek je een foto van je dochter? Type haar naam in en je krijgt alle foto’s waar ze op staat. Wil je alle foto’s van je dochter in een bos? Geef die opdracht en de computer herkent automatisch foto’s met bomen en struiken en natuurlijk je dochter. Hoewel veel mensen het niet weten, is dit al deels mogelijk. Apple ondersteunt het al een tijdje in iPhoto en ook in Google en Facebook is het ingebouwd. Eerst train je de software door van een aantal foto’s aan te geven dat je dochter erop staat, waarna je dochter automatisch herkend wordt.
Inmiddels is dezelfde software al behoorlijk goed ontwikkeld, zodat het algemenere concepten kan ontdekken, zoals een bos. Deze toepassing wordt daarom al gebruikt door multinationals en overheden. Rechercheurs gebruiken het bijvoorbeeld om kinderporno te ontdekken in een grote fotocollectie. Automatisch wordt gezocht naar ontblote lichaamsdelen, zodat agenten niet alle miljoenen foto’s hoeven te bekijken maar alleen die waarvan de software aangeeft dat ze gecontroleerd moet worden. Reken er maar op dat ook de Amerikaanse veiligheidsdienst National Security Agency (NSA) dergelijke toepassingen gebruikt om de enorme hoeveelheden informatie te doorzoeken die hij verzamelt met behulp van het omstreden afluisterprogramma PRISM.
De beeldherkenningsoptie op Facebook wordt nog weinig gebruikt omdat de optie automatisch uit staat vanwege privacy-redenen. Gelukkig maar, want ook ik zou het helemaal niet fijn vinden wanneer Facebook of Google precies weet hoe mijn dochter eruitziet. Of stel je voor dat je op straat loopt en er loopt iemand langs met een Google Glass. De bril herkent je en de drager weet meteen wie je bent, wanneer je jarig bent en in welke beschonken toestand je dit weekend was. Dergelijke toepassingen zijn daarom vooralsnog niet toegelaten door Google. Maar op mijn computer thuis zou dit soort software natuurlijk ontzettend handig zijn. Dan kan ik het immers gebruiken om mijn eigen fotocollectie te doorzoeken.
Maar er zijn nog veel meer toepassingen. Het gebruik van beeldherkenning bij de opsporing van kinderporno is al een mooi voorbeeld, maar denk eens aan historische fotoarchieven. Ze bestaan uit miljoenen prachtige foto’s maar worden tot nu toe erg beperkt gebruikt omdat het te arbeidsintensief is om alle foto’s met woorden te beschrijven. Daarom zien we in bijvoorbeeld schoolboeken nu vaak dezelfde foto’s omdat redacteuren niet de tijd hebben om rustig te zoeken naar onbekend fotomateriaal. Dus gebruiken ze vaak bekende foto’s, met als gevolg dat soms slordige fouten worden gemaakt.
Een foto van de socialistische politicus Pieter Jelles Troelstra is hier een mooi voorbeeld van. Wanneer hij aan bod komt in geschiedenisboeken gaat het meestal over zijn mislukte revolutiepoging van 1918. Uit mijn onderzoek naar het gebruik van foto’s in schoolboeken bleek echter dat in een op de drie schoolboeken een foto uit 1912 wordt gebruikt om deze revolutiepoging te illustreren. Het is ook een mooie foto: Troelstra spreekt gepassioneerd met beide vuisten voor een grote menigte, waardoor het inderdaad lijkt alsof hij zijn revolutionaire rede houdt. Het is echter een toespraak van zes jaar eerder waarin hij pleit voor de invoering van het algemeen kiesrecht waardoor ook vrouwen mochten stemmen. De redacteuren gaven een logische verklaring waarom ze deze foto gebruikten: ze kenden de foto goed omdat hij overal gebruikt werd en konden hem daarom eenvoudig vinden. Maar er zijn zoveel meer mooie foto’s van Troelstra, die zelden gebruikt worden – simpelweg omdat ze niet gevonden worden met de huidige technieken. Hierdoor blijven de schatten in de fotoarchieven vooralsnog verborgen voor de volgende generaties, waardoor we tot nu toe steeds dezelfde kijk op de geschiedenis hebben.
Zou het niet mooi zijn als we andersoortige foto’s wel kunnen vinden met behulp van software waarvan we eigenlijk liever niet willen dat overheden en multinationals ze gebruiken? Ik zou de eerste gebruiker zijn. Dan kan ik eindelijk die ene foto van mijn dochter vinden.