In 1770 bewees een Hongaarse uitvinder dat je geen buttplug nodig hebt om vals te spelen met  

Wolfgang von Kempelen had een meesterlijke schaakmachine gebouwd. Deze  bestond uit een groot bureau met een schaakbord en een pop met tulband en zwarte baard. In zijn linkerhand hield de pop een langwerpige rookpijp; met zijn rechterhand verzette hij de ivoren schaakstukken op het bord. Onder het bureau, achter een deurtje, zat de ‘machinekamer’: een op het oog complex systeem dat uit radertjes, tandwielen en andere achttiende-eeuwse high tech bestond.

En het werkte. De ‘Mechanical Turk’, de ‘Schachtürke’ of simpelweg ‘De Turk’ was een wereldster. Hij tourde langs Londen, Parijs, Leipzig en Amsterdam, bezocht de paleizen van Schönbrunn en Versailles, en speelde tegen Napoleon en Benjamin Franklin. Dit was niets minder dan magie. 

Behalve dat het geen magie was. Want verscholen onder het bureau, in een speciaal gebouwd compartiment, zat een die meesterlijk kon schaken en die met behulp van magneetjes de machine bediende. 

De Mechanical Turk was geen wonder der techniek, geen schaakcomputer avant la lettre; het was bedrog, een illusie om het publiek voor de gek te houden. 

De mens achter de machine

Tweehonderdvijftig jaar later kunnen we puike schaakcomputers bouwen. Toch werkt veel technologie van nu exact volgens het principe van de Mechanical Turk: het lijkt zelf slimme dingen te kunnen. 

noemt de Canadese schrijver Astra Taylor het, nepautomatisering die wij verwarren met echte automatisering en die ‘de illusie versterkt dat machines slimmer zijn dan ze werkelijk zijn’. Want in werkelijkheid doen mensen het (voorbereidende) werk waardoor het er zo slim uitziet. Zelfrijdende auto’s? Kunstmatige intelligentie? Een slimme digitale assistent als Alexa? Het is een illusie dat er geen mens aan te pas hoeft te komen. 

Medewerkers in het hoofdkwartier van Ruijin Technology Company in Jiaxuan, China. Ze labelen hier objecten en situaties in het verkeer.

En om die illusie in stand te houden zetten techbedrijven hordes onzichtbare en slechtbetaalde arbeidskrachten in. Deze verborgen arbeid wordt in alle uithoeken van de wereld uitgevoerd door tientallen miljoenen microworkers: mensen die digitale taken uitvoeren om technologiebedrijven er slimmer uit te laten zien. 

Voor de zekerheid: dit zijn niet die medewerkers van techbedrijven met riante aandelenpakketten. Dit type techwerker woont in vluchtelingenkampen en sloppenwijken. Ze zijn niet in dienst bij het techbedrijf waar ze hun werk voor doen, maar verdienen hun centen via een soort digitale uitzendbureaus. En vaak gaat het letterlijk om

‘Kunstmatige kunstmatige intelligentie’

Een van de grootste microworkplatforms heet – zonder ironie –  en is van Amazon. In de woorden van Amazonoprichter Jeff Bezos – wederom zonder ironie – biedt deze dienst ‘kunstmatige kunstmatige intelligentie’.

Met andere woorden: we doen alsof een computer zelf iets slims doet, maar in werkelijkheid doen heel veel mensen iets om die computer slim te laten lijken. 

Dit ‘iets’ is overigens niet iets triviaals. Ieder techbedrijf dat ‘slim’ wil zijn en aan kunstmatige intelligentie doet, heeft goed getrainde en schone data nodig. En de microworkers – ook wel genoemd – zijn de trainers en de schoonmakers van de data van techbedrijven. Zij transcriberen gesprekken, ze beoordelen beelden, ze labelen, categoriseren en schonen data op. Daarmee vormen ze een cruciale schakel in het productieproces van Big Tech.

Twee werknemers bespreken de details rondom datalabeling in een 3D-omgeving voor zelfrijdende auto’s in Jia County, China. Naast de training die medewerkers krijgen om data correct te labelen worden ze ook tijdens werktijd begeleid zodat er geen fouten worden gemaakt.

Neem de zelfrijdende auto. De belofte is dat auto’s ooit helemaal mensloos en autonoom zullen rijden. Los van of dat technisch kan, is een absolute minimumvoorwaarde voor deze techdroom dat zelfrijdende auto’s geen ongelukken veroorzaken. Daarom moeten ze worden uitgerust met software die een hond van een zebrapad weet te onderscheiden en een mens niet met een afrit verwart. 

Microworkers zorgen ervoor dat die software dat kan. Vluchtelingen in Syrische en Libanese kampen trainen de zelfrijdendeautosoftware van verschillende tech- en autobedrijven, In Venezuela geven arme Venezolanen Door de programma’s te blijven voeden en trainen, worden die beter in het herkennen van patronen en objecten.

Geestdodend en weerzinwekkend werk

Veel van dit microwork is repetitief en geestdodend. Alsof je uren achter elkaar in een tentenkamp captcha’s invult: die plaatjes die iedere internetter zo nu en dan te zien krijgt, en waarop hij moet aangeven of en waar er lantaarnpalen en zebrapaden te zien zijn (ja, ook jij werkt voor de machine!).

Andere microtaken van de techbedrijven zijn ronduit weerzinwekkend. In Uganda bijvoorbeeld kijken honderden jonge mensen naar kinderporno, opnames van zelfmoorden en video’s van onthoofdingen – om ervoor te zorgen dat Facebookgebruikers dit soort video’s automatisch niet  

De frictieloze Facebookfeed van de een is de posttraumatische stressstoornis van de ander.

Een medewerker die een thermometer labelt.

Microworkers uit Roemenië, India en Costa Rica komen heel dichtbij: zij luisteren naar flarden van Door de gesprekken te analyseren, trainen zij onze digitale huisslaafjes, zoals Amazons Alexa, zodat die onze opdrachten sneller, efficiënter en frictielozer kunnen uitvoeren. Als Alexabezitter denk je misschien: zo, Alexa wordt steeds slimmer! In werkelijkheid ben je onder de indruk van het onzichtbare werk van Alexa’s Filipijnse nanny.

Niets magisch aan

En we geloven het ook graag: dat tech magisch is en om onverklaarbare redenen zelfstandig en zonder tussenkomst van mensen in staat is tot uitzonderlijke daden.

schrijft de Volkskrant op 27 september.

Ook in de Volkskrant:

aldus Nu.nl.

Maar verborgen achter iedere ‘slimme’ technologie en ‘kunstmatige intelligentie’ zitten slechtbetaalde, onzichtbare en menselijke arbeiders.

Daar is helemaal niets magisch aan.

Correctie 10 oktober 2022: in de oorspronkelijke kop van dit artikel stond dat achter ‘alle’ kunstmatige intelligentie slechtbetaalde, onzichtbare en menselijke arbeid zit. Dat is aangepast naar ‘veel’ kunstmatige intelligentie.

Over de beelden In de serie ‘The People behind Automation’ toont fotograaf Yan Cong de slechtbetaalde arbeiders die zijn ingehuurd door Chinese techbedrijven om visuele data te labelen. Dit kan van alles zijn: het labelen van verkeerslichten of wandelende voetgangers is nodig in de ontwikkeling van software van zelfrijdende auto’s, het labelen van bijvoorbeeld thermometers kan nodig zijn voor zoekmachines.

In deze serie plaatst Cong vaak de beelden van de arbeiders en het scherm waarnaar ze kijken naast elkaar. Hierdoor versterkt hij het contrast tussen mens en machine en wordt de ironie van ‘slimme’ technologie zichtbaar: kunstmatige intelligentie bestaat enkel bij gratie van het intellect van de mens.
Bekijk hier meer werk van Yan Cong

Meer lezen?

Portret gegenereerd met software Iedereen heeft het over kunstmatige intelligentie. Maar wat ís het? De een is bang voor killer robots, de ander denkt dat het de oplossing is voor klimaatverandering: kunstmatige intelligentie is overal. Maar wat is het? Lees het artikel van Sanne Blauw hier