Zorg is het werk dat al het andere werk mogelijk maakt. Tijd voor een politiek die dat onder ogen ziet

Lynn Berger
Correspondent Zorg
Illustraties door Luka van Diepen (voor de Correspondent)

Met de dag groeit de enorme kloof tussen de zorgvraag en het zorgaanbod. Hoe gaan politieke partijen het mogelijk maken dat iedereen straks de zorg krijgt die nodig is, én de ruimte en tijd om voor anderen te zorgen?

Nederland is een land vol zorgende mensen. mensen werken in de professionele zorg, zorgen voor thuiswonende kinderen, en een op de drie Nederlanders van zestien jaar en ouder verleent mantelzorg (dat zijn er ruim  

Toch blijft het aanbod van zorg schrikbarend achter bij de groeiende vraag. Nederland steeds meer mensen hebben een of meer en ook onze mentale gezondheid gaat Er is niet genoeg zorgpersoneel om aan die vraag te voldoen, waardoor de wachtlijsten voor onder meer en geestelijke gezondheidszorg steeds langer worden. 

Mede hierdoor groeit de druk op al die zorgende Nederlanders. Zorgprofessionals doen zijn veel tijd kwijt aan administratieve handelingen en krijgen vanuit Geen wonder dat het verzuimpercentage in de zorg met hoger is dan in alle andere sectoren, of dat tussen de 14 en 20 procent van de net afgestudeerde verzorgenden en verpleegkundigen binnen twee jaar De zorg telt nu al naar verwachting zijn dit er aan het eind van dit decennium

Ook informele (onbetaalde) mantelzorgers krijgen meer te doen: ‘Naar verwachting zal de [zorg]vraag in 2040 zo groot zijn, dat elke Nederlander  aldus staatssecretaris Maarten van Ooijen

Wie straks in het stemhokje staat, staat daar dankzij de zorg van ouders of verzorgers toen ze klein was, van artsen en verpleegkundigen toen ze ziek was, of van mantelzorgers en zorgprofessionals toen ze ouder werd en gebreken kreeg.

Hoe gaan de partijen die hopen op onze stem ervoor zorgen dat iedereen nu en in de toekomst de zorg kan blijven krijgen én geven die nodig is?

Én meer mantelzorgen én meer werken kan niet

De opmerking van Van Ooijen stond niet op zichzelf. De afgelopen jaren was het overheidsbeleid erop gericht om een deel van de professionele zorg over te hevelen naar de Zo moeten mensen in de ‘participatiesamenleving’ eerst een beroep doen op hun eigen netwerk voordat ze bij professionals Wanneer mensen meer mantelzorgen, hebben zorgprofessionals hun handen vrij, is de gedachte achter dit beleid (en het scheelt

Nu kan het heel vertrouwd en fijn zijn om te worden verzorgd door een familielid of vriend, en voor een ander zorgen is voor veel mensen een belangrijke bron van betekenis. 

Maar: lang niet iedereen heeft naasten die voor haar kunnen of willen zorgen, en niet iedereen zit erop te wachten dat voor een ander te doen. En het tekort aan zorgverleners speelt niet alleen in de professionele zorg, maar Nu al is een op de tien mantelzorgers en veel van hen worstelen met de combinatie van betaald werk en onbetaalde

Méér betaald werken is niet meer dan een verplaatsing van de zorgtekorten

Ook veel ouders combineren de zorg voor kinderen met betaald werk: het oude kostwinnersmodel, waarbij één ouder genoeg geld verdient om een heel gezin van te onderhouden, is voor nog maar weinigen In plaats daarvan stapten veel gezinnen de afgelopen decennia over op het twee- of anderhalfverdienersmodel, waarbij de ‘half’ vaak voor rekening komt van de in deeltijdwerkende vrouw. 

Dat laatste is een doorn in het oog van de overheid: de overgrote meerderheid van de werknemers in de zorg en als zij allemaal méér uren gaan werken, dan groeit het aanbod van professionele zorg navenant. 

Maar zolang er niet genoeg kinderdagverblijven zijn die de zorg voor kinderen van ouders kunnen overnemen en mantelzorg voor een groot deel op de schouders van vrouwen terechtkomt, is méér betaald werk helemaal geen oplossing voor het probleem van de kloof tussen de vraag naar zorg en het aanbod ervan; het is

De zorg heeft een cultuurverschuiving nodig

De filosoof Joan Tronto merkte ooit op dat een goed leven ‘geen zorgeloos leven is, maar een leven vol zorg’. Een goed leven is een leven waarin je de zorg krijgt die je nodig hebt, en ook de zorg kan geven die je wil geven. Wat Tronto betreft is de verdeling en ondersteuning van zorg dan ook het belangrijkste politieke vraagstuk van elke democratie – alle andere thema’s Er staat deze verkiezingen dus veel voor zorg op het spel.

Natuurlijk: de kloof tussen vraag en aanbod lossen we niet op met beleid alleen. Naast de politiek zijn ook werkgevers en zorgverzekeraars aan zet om het werken in de zorg aantrekkelijker te maken.

Een samenleving die minder is gericht op prestatie en meer ruimte laat voor mensen die wat verder afstaan van de norm, heeft vanzelf minder mensen met een diagnose of een label – maar zo’n cultuurverandering kan een overheid niet in haar eentje bewerkstelligen.

En burgers hebben zelf ook een verantwoordelijkheid: niet elke vraag hoeft direct een zorgvraag

Maar dan nog speelt de overheid een grote rol.

Investeren in preventie...

Allereerst in het reguleren van de vraag. Door armoede te bestrijden en op andere manieren de van mensen te verbeteren, kan de overheid ervoor zorgen dat minder mensen ziek worden door en

Door meer te investeren in preventie, kan ze het aantal mensen met een chronische ziekte omlaag brengen. Dat betekent niet meteen een kleinere zorgvraag, want wie niet vroeg overlijdt aan een ziekte wordt oud en heeft dan Maar die langere levens zijn wel prettiger, menswaardiger en productiever.

GroenLinks-PvdA, D66 en ChristenUnie zeggen in hun (concept) partijprogramma’s meer te willen investeren in preventie of preventie in elk geval meer ruimte te willen geven. Met geeft de overheid zichzelf een stok achter de deur om dit ook daadwerkelijk GL-PvdA en de Partij voor de Dieren willen dit bewerkstelligen.

...en in de zorgenden

En bij het aanbod geldt: als we willen dat er de komende decennia genoeg mensen in de zorg willen werken en blijven werken, dan zal het beter werk moeten worden. 

Ten eerste moeten de salarissen voor verzorgenden en verpleegkundigen omhoog, want dat loopt nu tot wel 9 procent achter op de markt. Dat kost geld, en nu al geeft de overheid nergens meer geld aan uit dan aan zorg. Maar zoals hoogleraar Evelien Tonkens opmerkt is dat allesbehalve weggegooid geld: de kosten van de zorg vormen ‘een bijdrage aan welvaart en onze economie, met zinvol werk dat het milieu  

Een tweede manier om zorgprofessionals te behouden is door hun meer tijd en bewegingsvrijheid te geven om te zorgen. Meer tijd voor de patiënt, meer vertrouwen dat zorgverleners weten wat ze doen, minder strenge protocollen, en vooral minder bureaucratie en administratielast kunnen daarbij helpen.

GL-PvdA, Volt, PvdD, SP, CU, BIJ1, SGP, JA21 en FVD geven in hun (concept)partijprogramma’s aan meer te willen investeren in de beloning en de bewegingsvrijheid van zorgprofessionals, met hogere salarissen en minder regeldruk. Ook Nieuw Sociaal Contract (NSC) wil meer zeggenschap en minder bureaucratie voor zorgmedewerkers.

Geef zorg de ruimte

Naast professionele zorgverleners moeten ook informele zorgverleners – ouders en mantelzorgers – veel beter worden ondersteund. Bijvoorbeeld met een ruimhartiger zorgverlof, óók voor zzp’ers. Met een zorginkomen, pensioenopbouw en sociale zekerheid voor mensen die langdurig en intensief voor een naaste zorgen. Ook een basisinkomen zou mensen in staat stellen voor anderen te zorgen.

GL-PvdA, Volt, ChristenUnie, PvD, D66, BIJ1 en NSC pleiten in hun programma’s voor meer financiële steun voor mantelzorgers, bijvoorbeeld via een uitbreiding van het zorgverlof. PvdD en GL-PvdA willen verschillende vormen van een basisinkomen onderzoeken, Volt wil een ‘grote stap’ richting het basisinkomen zetten en D66 wil een pilot starten voor ‘automatische inkomenssteun zonder verdere verantwoording’, onder meer om mensen in staat te stellen voor naasten te zorgen.

Als de wordt afgeschaft, worden mensen die tijdelijk bij iemand intrekken om mantelzorg te verlenen niet meer gekort op hun uitkering. GL-PvdA, Volt, PvdD, BIJ1, SP, BBB en NSC willen de kostendelersnorm afschaffen; D66, CU en CDA zijn voor een gedeeltelijke afschaffing.

Goede basisvoorzieningen laten de ruimte om zorg te combineren met werk

Wanneer kinderopvang een wordt, van goede kwaliteit en toegankelijk voor alle kinderen, krijgen alle kinderen de kans om zich zo goed mogelijk te ontwikkelen – een belangrijke stap tegen kansenongelijkheid. Bovendien is het dan gemakkelijker voor ouders om de zorg voor kinderen te combineren met betaald werk en/of mantelzorg.

GL-PvdA en Volt willen stapsgewijs naar kinderopvang als universele basisvoorziening, net als PvdD, BIJ1, D66 en JA21. ChristenUnie en CDA willen gratis kinderopvang voor een beperkt aantal dagen per week, voor kinderen tussen de 2 en 4; VVD wil dat het alleen gratis wordt voor kinderen van ouders met betaald werk.

Tot slot pleit BIJ1 voor een kortere voltijd werkweek. Ook dit geeft ouders en mantelzorgers meer tijd en ruimte

De partij die de zorg ondersteunt, is een partij voor ons allemaal

Zelfs mét zorgondersteunende maatregelen zal de vraag naar zorg altijd groter blijven dan het aanbod.

Zorg is een schaars goed: het kost tijd en energie om te zorgen, en tijd om ervan te herstellen. De vraag ernaar is daarentegen schier eindeloos, want zorg is in principe nooit klaar: je zou altijd meer en beter kunnen zorgen dan je nu doet. Geen enkele partij en geen enkel kabinet kan dat gegeven de wereld uit helpen. 

Maar dat is geen reden om die kloof groter te laten worden dan strikt noodzakelijk. En het is al helemaal geen reden om de schaarste dan maar op te laten lossen door onbetaalde zorgverleners. Of om die schaarste door te schuiven naar de toekomst  – naar het moment waarop professionele zorgverleners het vak weer gedesillusioneerd verlaten. 

Wie straks in het stemhokje staat, doet er dus goed aan te bedenken welke partijen deze schaarste werkelijk onder ogen zien, en van plan zijn iedereen te ondersteunen die zorg geeft of zorg ontvangt. Alleen zo’n partij is er voor ons allemaal.