De film Boyhood laat zien dat menselijkheid bestaat uit vergeven en beloven

Nina Polak
Correspondent Modern Leven
Ellar Coltrane als Mason in Boyhood. Beeld: Lumière

Voor zijn schitterende nieuwe film Boyhood filmde regisseur Richard Linklater zijn acteurs twaalf jaar lang. Ogenschijnlijk zonder plot laat hij een jongen volwassen worden. De film gaat daarmee over de voortdenderende tijd, maar ook over het perfecte moment, het moment waarop alles kan veranderen.

Tijdens het openingsshot van ambitieuze nieuwe film Boyhood - een schermvullende blauwe hemel met schaapjeswolken - klinken de gitaren van Wie in 2000, toen dat nummer een hit was, net als ik (op gele Dr. Martens) voor de poort van een nieuwe school stond, zal getroffen worden door nostalgie. Yellow klinkt als jeugd: beloftevol. Yellow klinkt als de jaren nul, als het begin van iets.

Het is de indiesoundtrack, die reikt van Coldplay tot de hedendaagse hipstersound van waarmee Linklater in zijn twaalf jaar bestrijkende epos de tijd markeert. Hij begon Boyhood te filmen in 2002 en eindige dit jaar met dezelfde groep acteurs. We zien zijn held Mason, zes jaar oud als de film begint, een buikje ontwikkelen en weer kwijtraken, dons op zijn bovenlip krijgen, twintig verschillende kapsels proberen en iets worden wat in de buurt komt van een man.

Mason (Ellar Coltrane) en zusje zijn kinderen van gescheiden ouders – net als 50 procent van de Amerikaanse jeugd. Hun toegewijde maar rusteloze moeder (Patricia Arquette) probeert verschillende nieuwe mannen uit terwijl hun charmante maar onverantwoordelijke vader (Ethan Hawke) ze af en toe bezoekt om ze mee te nemen in zijn muscle car en ze te trakteren op hotdogs en potjes bowlen. Een parttime vader.

Een plot van ogenschijnlijk losse gebeurtenissen

Van een plot moet Linklater het meestal niet zo hebben. Veel van zijn films lijken zichzelf voort te stuwen, van moment tot moment, als het leven zelf. Zijn experimentele debuut Slacker (1993) heeft zelfs geen centrale personages. De mozaïekvertelling volgt mensen die zich van plek naar plek bewegen en wisselt van perspectief waar ze elkaar kruisen. De motor van het verhaal is de verplaatsing, het toeval, de doorgaans onopgemerkte overlapping van mensenlevens.

Er wordt veel en uitgebreid gepraat in Slacker. Maar nog niet zoveel als in de latere en bekendere -trilogie (1995 tot 2013), die drie fasen van een liefde portretteert. Grote delen van alle drie die films tonen de geliefden Jesse en Celine (Ethan Hawke en Julie Delpy), wandelend en geanimeerd – soms hoogdravend – pratend over het leven, de liefde, God, de kunst, de tijd. Typische ‘diepe gesprekken,’ die in die hoedanigheid juist ook vaak iets obligaats hebben.

In Boyhood wordt minder gekletst. Mason is een stille, observerende jongen en Linklater laat ons vooral in het begin zijn handelingen observeren: hoe hij door de buurt slentert met vriendjes, crosst op zijn fiets, grijnzend lingeriecatalogi doorbladert.

Plot is ook hier weer ondergeschikt. Om toeval en actualiteit een plek te geven in het twaalf jaar durende project, werkte de crew niet met een rotsvast script. Hoewel de regisseur een bewonderenswaardige visuele continuïteit heeft weten te creëren – hij heeft twaalf jaar lang dezelfde filmtechniek gebruikt – en de film sterk als een geheel voelt, bestaat hij uit schijnbaar losse gebeurtenissen, sommige groot (en politiek) en vele klein.

Linklater perfectioneert zijn stijl

Daarin schuilt misschien de machtige echtheid van deze film. Het naturalisme dat Linklater in eerder werk nastreefde met oeverloze dialogen, kalm camerawerk en kabbelende verhaallijnen perfectioneert hij in Boyhood, waarin hij het natuurlijke beloop van de dingen weet te vatten door veel ook echt op zijn beloop te laten. Alleen al het zienderogen fysiek ouder worden van de personages is krachtig en ontroerend.

Alleen al het zienderogen fysiek ouder worden van de personages is krachtig en ontroerend

Het meeste van wat zich voltrekt in het leven van de hoofdpersoon lijkt nogal willekeurig. ‘What is the point of it all?’ vraagt een volwassen Mason in een van de mooiste scènes aan zijn vader, die zijn rock ‘n roll-imago inmiddels heeft getemperd en zijn racewagen heeft ingeruild voor een mini van (wie had dat gedacht?). Het past bij Masons wat passieve karakter – hij stelt de hele film lang van alles uit, alles gaat met een zekere schroom – maar ook bij het leven zoals Linklater dat wil voorstellen: een aaneenschakeling van momenten, die gegrepen kunnen worden, maar vaker gewoon weer voorbij glijden.

In de drie Before-films speelt timing een grote rol; goede timing en slechte timing. In het eerste deel, Before Sunrise, ontmoeten Jesse en Celine elkaar op een trein. Ze laten zich een nacht lang door elkaar betoveren en spreken af om elkaar precies over een jaar weer te zien op het perron. Ze zijn jong en overmoedig over de goedgezindheid van het lot, zo blijkt in het vervolg, Before Sunset, want ze missen elkaar op een haar na en komen elkaar pas tien jaar later weer tegen, als ze allebei iemand anders hebben.

Het moment grijpen

Ook Boyhood speelt subtiel met de spanning tussen de voortdenderende tijd en het perfecte moment, ook wel gesymboliseerd door Chronos en Kairos, de twee Griekse goden van de tijd. In haar recente boek Kairos herinnert filosoof aan het onderscheid. Chronos staat voor kloktijd, ‘de universele, statische en kwantitatieve tijd.’ Kairos voor het ‘subjectieve, dynamische en kwalitatieve moment.’ Voor de Griekse filosofen, schrijft Hermsen, bood het Kairos-moment de beste gelegenheid om een keerpunt in gang te zetten.

Hermsen pleit voor een betere ontwikkeling van ons ‘Kairotisch vermogen,’ het gevoel voor het juiste moment, om ons met ‘een nieuwe bevlogenheid’ te oriënteren op een veranderende toekomst.

Linklater laat dat Kairotisch ogenblik in zijn werk naar voren komen als iets tamelijk utopisch. We kunnen het aanvoelen, de potentie ervan soms haast aanraken, maar het is maar al te menselijk om niet te weten wat we ermee aanmoeten of hoe we het kunnen vastgrijpen.

Het Kairotisch vermogen van zijn personages is, met andere woorden, beperkt. Vooral in Masons toch bevlogen vader – schoolvoorbeeld van een oudere jongere – tekent zich een strijd af tussen tijd en kansen, potentie en beperkingen.

Zulke scepsis resulteert overigens niet in een zwart wereldbeeld. Linklater is nuchter over mensen, maar laat ruimte voor een soort alledaags transcendentalisme. Boyhood zit vol rustige verwondering over de genadeloze tijd en over de onverschilligheid van het toeval, dat je precies in de goede trein kan doen belanden, maar ook in het verkeerde vliegtuig.

Momenten glippen tussen onze vingers door, maar Linklater laat zien dat in hun aantrekkingskracht ook dat glibberige zit. Zijn werk eert de toewijding waarmee mensen proberen raak te schieten, wetend dat ze meestal zullen missen.

Het voelde goed

In hetzelfde boek haalt Joke Hermsen aan, die meende dat menselijkheid zich uit in twee specifieke manieren van omgaan met tijd: vergeven en beloven. Volgens mij gaat Boyhood daarover: het vermogen om ons los te maken van ons verleden, vergeving, en het hardnekkige perspectief van een nieuw begin, belofte.

Het nu al iconische openingsbeeld van de film, dat ook de filmposter siert, doet ons vooral dat tweede voelen: een zesjarige ligt op zijn rug in knalgroen gras, bekijkt ernstig de spierwitte wolken en alles is Yellow. Wat dat in die songtekst precies betekent, zegt de leadzanger van Coldplay, die het nummer schreef, nooit geweten te hebben. ‘Maar het voelde goed.’

Boyhood draait volgende week in alle bioscopen maar de voorpremières is nu al te zien in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.

Youtube plaatst cookies bij het bekijken van deze video Bekijk video op Youtube
Bekijk de trailer