Wanneer heb je voor het laatst eens goed naar een baksteen gekeken?  Dagelijks passeer je vele honderdduizenden van die kleine, rechthoekige gebakken Ze zitten niet alleen in de gebouwen om ons heen, je loopt er ook overheen. Die Dat zijn extra hard gebakken bakstenen.

Hoeveel bakstenen zouden er eigenlijk zijn in de stad of het dorp waar je woont? Miljoenen? Miljarden? Als bouwmateriaal voor zowel fundamenten als dragende muren was de baksteen honderden jaren lang onmisbaar. De meeste gaan dan ook al een tijdje mee – zichtbaar en onzichtbaar.

‘Als enkeling nietig, als massa een macht’, en hij gebruikte er vervolgens

Maar onmisbaar, dat is de baksteen allang niet meer. Vandaag de dag is het ongebruikelijk dat bakstenen een constructieve, dragende functie hebben; die is overgenomen door en

Toch rollen er jaarlijks nog altijd alleen al in Nederland Je kunt door een betonnen nieuwbouwwijk wandelen en denken dat alle huizen van baksteen zijn gemaakt. We blijven er namelijk fanatiek onze gebouwen mee bekleden.

De baksteen mag dan geen gewicht meer dragen, het is blijkbaar een nogal gewichtig steentje. Waar komt die hardnekkige baksteenliefde vandaan en wat zégt die over ons? Natuurlijk: dat we nu nog bouwen met baksteen heeft alles te maken met traditie en nostalgie. Maar óók met innovatie.

Klinkt tegenstrijdig? Dat is het niet. Modern bouwen is verankerd in baksteen. Daarmee leert de baksteen ons een belangrijke les over hoe het oude en het nieuwe kunnen samengaan. En aangezien we leven in een tijd is een beetje baksteendenken wel op zijn plaats. Maar eerst: een beknopte geschiedenis van het bijzonderste doodgewone bouwmateriaal ter wereld.

Uit de serie ‘Masters of Things’ van Caroline Heinecke

De eerste steen

De baksteen is een van de oudste, meest bestendige en meest gebruikte bouwmaterialen ter wereld. Het vroegste gebruik van de baksteen is terug te vinden in West-Azië, waar de mens

De baksteen is de premiumversie van de leemsteen. Waar die laatste wordt gebakken – of eigenlijk: gedroogd – in de zon, heb je voor het produceren van baksteen een oven nodig. De baksteen is daarmee het eerste grootschalige constructiemateriaal dat gebruikmaakt van energie die de mens zelf opwekt: een vuurtje in een oven. De hitte van het vuur zorgt voor een chemische transformatie: de klei wordt gebakken. In baksteen zit ook veel meer klei (50 tot 75 procent) En er is nog een verschil: hij was veel en veel duurder.

Mesopotamische beschavingen kenden zelfs een baksteengod

In Ur, een van de oudste steden ter wereld in het hedendaagse Irak, kocht je in de bronstijd (rond 2.000 v. Chr.) met een zilveren sjekel Vandaag de dag zijn bakstenen relatief goedkoop, maar in het oude Mesopotamië waren ze het materiaal van koningen.

De baksteen werd in eerste instantie dan ook alleen gebruikt in monumentale architectuur, zoals de beroemde Die poort is gemaakt van geglazuurde bakstenen in verschillende kleuren en maakt gebruik van reliëf. Het getuigt van een hoge mate van vakmanschap: baksteenexpressionisme

Mesopotamische beschavingen kenden zelfs een en de baksteen diende als De baksteen was daarmee naast bouwmateriaal en ook een bouwsteen voor religie en geometrie.

En dat is slechts de eerste paar duizend jaar geschiedenis van de baksteen,

Uit de serie ‘Masters of Things’ van Caroline Heinecke

‘Wat wil de baksteen worden?’

In daaropvolgende paar duizend jaar zouden de inwoners van China een geheel eigen baksteentraditie ontwikkelen; gaan ze in de islamitische wereld all-out wat betreft perfectioneren de Romeinen de gewelfboog en creëren ze een en zou Noord-Europa nog een waaruit de dikke, rechthoekige bakstenen in zwang raken die we vandaag de dag kennen.

Nederland, met al zijn klei, speelt daarin een belangrijke rol. Hele steden ontstaan dankzij de baksteen. Zo is Leiden rond het jaar 1200 groot geworden omdat de graaf van Holland De baksteen was een en diende tegelijkertijd als ballast in schepen. Het is de reden waarom je En het is een Nederlander, Jacob van Dyke, die in 1771 in Haverstraw (Verenigde Staten) bakstenen gaat maken van de enorme hoeveelheden klei die

Een eeuw later is New York de baksteenhoofdstad van de wereld, mede dankzij de en waar vooral in Amerika Met een productie van zo’n miljard stenen per jaar kost een Hudsonvallei-baksteen rond de eeuwwisseling

Dat kwam mooi uit, want alleen al voor de bekleding van het Chrysler Building waren er in het Empire State Building zitten er Er zijn zelfs wolkenkrabbers gebouwd waar de baksteen een dragende functie had. Dat is verwonderlijk, aangezien de baksteen relatief zwaar is. ‘Het gewicht van de baksteen doet het [gebouw] van boven dansen als een fee en van onderen kreunen’, Dat klopt aardig. De onderkant van de 66 meter hoge, gemetselde paars-bruine muren van het in Chicago zijn ruim 1,80 meter dik. In de tien jaar na de oplevering in 1891 zinkt het gebouw onder zijn eigen gewicht

Klein in de hand, maar gemaakt voor grootse dingen

Of je nou in Europa, Azië of Amerika bent, de baksteen is alom aanwezig. Het is een universeel bouwmateriaal, maar toch overduidelijk plaatsgebonden. Bakstenen komen immers in vele soorten, maten en Het is de kleinste gemene deler van de architectuur – klein genoeg om met één hand op te pakken – en toch kun je er grootse dingen mee maken.

De lijst van beroemde gebouwen in baksteen is dan ook te lang om op te noemen. Ik hou het bij een paar, van oud naar nieuw: de markthallen van Trajanus in Rome; de Hagia Sophia in Istanboel; de tweeduizend tempels en in Pagan (Myanmar); Jesus College in Cambridge (Verenigd Koninkrijk); de kathedraal op het Rode Plein in Moskou; het Centraal Station van Amsterdam; Battersea Power Station in Londen; de Grundtvigskerk in Kopenhagen.

Iedere baksteen is een CO2-bommetje, en heel veel kleine bommetjes maken een heel grote bom

Die baksteen, kortom, is een cultureel icoon met een ongelooflijk rijk verleden. Niet zo gek dus, dat de baksteen op basis van gewicht het op een na meest voorkomende bouwmateriaal op aarde is: tussen 1900 en 2020 werd er Jaarlijks komt daar zo’n in de vorm van Stel dat die allemaal het zouden hebben – de meest gebruikte baksteenvariant in Nederland – dan kom je op een totaal volume van ruim anderhalve kubieke kilometer. Dat is Of, als we ze als straatstenen zouden gebruiken:

Vrijwel al die bakstenen worden in Azië gemaakt, met China als hoofdrolspeler (68 procent) en India een goede tweede (17 procent). In de rest van de wereld

Voor het bakken zijn temperaturen nodig van die acht tot vijftien uur moeten worden vastgehouden. In een land als India worden daar nog veelvuldig op kolen gestookte ovens voor gebruikt, die door onvolledige verbranding niet alleen inefficiënt, maar ook extra vervuilend zijn doordat ze roet uitstoten. In Europa gebruiken we vooral aardgas en Dat is duurzamer dan ze af laten koelen en weer opnieuw op te warmen. Toch is ook hier iedere baksteen een CO2-bommetje, en heel veel kleine bommetjes maken een heel grote bom.

Baksteen staat dan ook op de derde plaats, na beton en staal, als De precieze klimaatimpact in kaart brengen is echter lastig. Baksteenproductie is geen formele industriële sector zoals beton of staal, met giganten als HeidelbergCement of Tata Steel. In plaats daarvan is deze ‘industrie’ in veel Aziatische landen

Een oplossing om de baksteenproductie te verduurzamen is eenvoudig te bedenken, maar lastig te implementeren: schone energie. Zelfs in Nederland Het alternatief ligt ook voor de hand: niet bakken. Dat is dus een terugkeer naar de voorouder van de baksteen: de leemsteen, of compressed earthen blocks zoals ze tegenwoordig heten. Die hebben we al voorbij zien komen; het is namelijk ook een

Maar daarmee gaan we voorbij aan een vrij essentieel punt: we willen helemaal niet – en zeker niet in Nederland – van de baksteen af.

Uit de serie ‘Masters of Things’ van Caroline Heinecke

Nederland is een baksteenland

En dat heeft alles te maken met de diepere betekenis van de baksteen: de steen is doordesemd van authenticiteit, menselijke maat, vakmanschap. Dat zie je als je verder inzoomt op Nederland baksteenland. Tussen 1850 en 1950 werden in ons land door zo’n driehonderd verschillende fabrieken, en die fabrieken hadden allemaal hun eigen signatuur. Zo zijn veel gebouwen in Leiden van maar je hebt ook het Juffertje, de Brabantse steen, Friese drieling, Dordtse steen, Oldenburger en Lilliput II – om er maar een paar te noemen.

Die stenen in steden als Amsterdam, Haarlem en Leiden zitten vol imperfecties en er zijn er geen twee hetzelfde. Bovendien zijn ze allemaal, steen voor steen, door vakmensen geplaatst, in een Vlaams verband, kruisverband, staand verband, Noords kettingverband of misschien toch gedraaid Het is zelfs mogelijk om er Bakstenen zijn als woorden. Op zichzelf doen ze weinig, maar voeg ze samen en je spreekt een taal. Die kan technisch en formeel zijn, poëtisch, subtiel of juist expressief, maar zelden saai.

Én: Onderhoudsarm, en goed bestand tegen weer en wind, worden bakstenen eigenlijk alleen maar mooier naarmate ze verouderen. Veelzeggend wat dat betreft: in Nederland worden bakstenen (maar nog wel steeds met de hand gelegd: metselen is vakmanschap!), maar met miljoenen tegelijkertijd machinaal geproduceerd Dat zorgt voor een uniformiteit waar vroegere steenbakkers slechts van konden dromen.

Maar wat doen we vervolgens? We trommelen ze nog even flink voordat we ermee bouwen, om ze er oud en uniek uit te laten zien. Of er wordt in de fabriek een roller met structuur over de gladde natte klei gehaald om ze zo een handgevormd imago te geven. Soms zijn het zelfs niet eens hele bakstenen, maar een façade, zowel in bouwtechnische als figuurlijke zin.

Dat brengt ons bij de dieperliggende vragen: waarom hechten we dan zo aan authenticiteit, vakmanschap en ‘de menselijke maat’? En welke rol speelt de baksteen hierin? Ook hier is een voorbeeld uit de Nederlandse bouwgeschiedenis illustratief.

De baksteen als vertrouwd anker

Aan het begin van de twintigste eeuw waren er in Nederland twee belangrijke – maar behoorlijk dwars op elkaar staande – architectonische stromingen: de Stijl en de Amsterdamse School.

De Stijl was een modernistische beweging die zich verzette tegen traditionele materialen zoals hout en baksteen; de aanhangers ervan streefden naar een radicale breuk met eerdere architectuur. Ze waren voorstander van beton, staal, en een universele architectuur die geen relatie had met de omgeving of regio waarin werd gebouwd.

Voor Dudok was baksteen de verbinding tussen het verleden en het heden; tussen traditie en innovatie

De Amsterdamse School – ook wel bekend als ‘baksteenexpressionisme’ – was de tegenpool hiervan. Architecten van deze school gebruikten bewust baksteen om massieve gebouwen, veelal sociale woningbouw, een  Beide stijlen hebben bijzondere gebouwen voortgebracht die Maar geen enkel gebouw is zo bekend en gevierd als het ontworpen door Willem Dudok en voltooid in 1931.

Dat Raadhuis past in geen van beide stromingen – of in allebei. Het slaagt erin om de vermeend tegenstrijdige stijlen van de Amsterdamse School en de Stijl te overbruggen, ze zelfs te laten samensmelten. Het is een uitgesproken modernistisch gebouw met een skeletconstructie van beton en staal en in de abstracte stijl van de Stijl, maar tegelijkertijd is de hele gevel bedekt met bakstenen. En niet zomaar baksteen – de typische rode – maar een speciaal voor dit gebouw gemaakte slanke gele variant.

Voor Dudok was baksteen de verbinding tussen het verleden en het heden; tussen

Uit de serie ‘Masters of Things’ van Caroline Heinecke

Het oude gebruiken om het nieuwe te introduceren

Er zijn veel mensen die het modernisme lelijk vinden: saai, zielloos, Er zijn ook genoeg mensen die niets moeten hebben van traditionalisme; dat Maar het Raadhuis in Hilversum overstijgt die tweedeling. het is een van de meest invloedrijke gebouwen uit de twintigste eeuw.

Wat Dudok hier deed, zouden we nu verankering noemen. Verankering is een proces waarbij je het oude gebruikt om het nieuwe te introduceren. Niet veel later zou Rijksbouwmeester G.C. Bremer er zijn motto van maken: ‘Modern van binnen en van constructie, Hoe en waarom dat werkt, daar wordt al een aantal jaar onderzoek naar gedaan door een

Classici? hoor ik je denken. Jazeker, omdat we juist bij de antieke Griekse en Romeinse samenlevingen zien dat ze volop innoveerden, terwijl ze toch bij alles wat ze deden in de greep van het verleden leken te zijn. Zo werden bij de bouw van marmeren tempels – het staal van die tijd – bewust tufsteen, hout en terracotta toegevoegd om een link met traditie te suggereren.

‘Verankering is geen kwestie van behoudendheid, maar een aanpak om vernieuwing succesvol te laten verlopen’, ‘Mensen kunnen pas met iets nieuws omgaan als ze een verband kunnen leggen

Dat vertrouwde, dat geeft houvast. En de hang naar de houvast die het verleden biedt, kennen we ook wel als nostalgie.

Uit de serie ‘Masters of Things’ van Caroline Heinecke

Een pleidooi voor baksteendenken

Nostalgie is een krachtige emotie, niet in de laatste plaats in de politiek. Dat heeft Nederland afgelopen november aan den lijve ondervonden. Rob Wijnberg schreef dat als de vooruitgang geen verhaal heeft, Nostalgie als een rechts-nationalistisch obstakel; iets wat we moeten overwinnen om vooruitgang te boeken.

Ik zie dat toch anders.

Nostalgie is een condition humaine. Ook in de slogan van de progressieven van GroenLinks-PvdA Deze club is Wat de baksteen doet, is ons verbinden door middel van een onuitgesproken collectieve nostalgie. Want de baksteen, dat is thuis.

De baksteen is het verleden dat in steeds nieuwe verbeeldingen de toekomst inleidt

En natuurlijk vertelt het verleden waar we naartoe gaan; welke andere opties zijn er? De mens is slecht in het verbeelden van wat nog nooit geweest is, laat staan het als toekomst beloven. Denk aan futuristische utopia’s: die laten vaak vliegende auto’s zien. Ze mogen dan wel vliegen, het zijn nog altijd auto’s. En het duurzame toekomstverhaal van Europa is door Ursula von der Leyen niet voor niets genoemd. Onze verbeelding, kortom, bouwt voort op wat we al kennen.

Maar zelfs al hebben we de mogelijkheid om het compleet anders te doen, dan nog gebruiken we vaak het oude om die vooruitgang te verankeren in wat we al kennen. Want waar de mens nóg slechter in is, is het accepteren van grote vervreemdende veranderingen. En daarom verankeren we de e-mail in een symbool van een envelop, terwijl je die met e-mail juist niet meer nodig hebt. Zit het oplaadpunt van veel elektrische auto’s bij de brandstoftank, die er niet meer is. En gebruiken we nog steeds bakstenen om mee te bouwen, ook al zijn ze niet meer noodzakelijk.

Millennia oud en al die tijd nauwelijks wezenlijk veranderd, blijft dit materiaal ons boeien. De baksteen is het verleden dat in steeds nieuwe verbeeldingen de toekomst inleidt.

In een minder abstracte bewoording: vraag studenten bouwkunde aan de TU Delft naar Nederland over honderd jaar, en de baksteen om de buitenkant van een voornamelijk houten en aarden huis mee te beschermen.

Natuurlijk is er altijd frictie tussen het oude en het nieuwe; tussen traditie en innovatie. Maar het baksteendenken leert ons dat dit geen onoverkomelijke tegenstelling hoeft te zijn. Sterker nog, ze hebben elkaar heel hard nodig.

Over de beelden Voor haar project ‘Master of Things’ legt de Duitse fotograaf Caroline Heinecke bijzondere verzamelingen vast. Een daarvan is de collectie bakstenen van stadsfotograaf Karl-Ludwig Lange. Sinds de wederopbouw van Berlijn, na de Tweede Wereldoorlog, verzamelt hij van elk nieuw bouwproject een baksteen. Met een collectie van meer dan 1.600 stenen is hij een van de grootste baksteenverzamelaars ter wereld. De bakstenen zijn niet alleen divers in vorm en kleur, maar ze vertellen ook veel over de industriële en sociale geschiedenis van Berlijn. (Veerle van Herk, beeldredacteur). Bekijk hier meer werk van Caroline Heinecke

Meer lezen?