Europese burgers willen dat de lasten van hoe we asielzoekers opvangen eerlijker worden verdeeld

Robert Dur
Gastcorrespondent Economie

Na meer dan tien jaar gesteggel is er een nieuw Europees pact over asielopvang, dat meer solidariteit vergt van Europese landen onderling. Geen dag te laat: die opvang zou een eerlijk gedeelde verantwoordelijkheid moeten zijn, vinden EU-burgers.

Begin juni zijn de verkiezingen voor het Europees Parlement, en migratie- en asielbeleid zou daarbij weleens een Een paar weken geleden (nog net op tijd voor de aftrap van de verkiezingscampagnes) heeft Europa een grote stap gezet op dat terrein: een nieuw migratie- en asielpact kreeg definitief Er is en het wordt door velen

Eerlijk gedeelde verantwoordelijkheid

Een belangrijk onderdeel van het pact draait om De opvang van asielzoekers is binnenkort niet langer alleen een verantwoordelijkheid van het eerste land van aankomst (of aanmelding) van de asielzoekers, maar wordt een

Concreet betekent deze gezamenlijke verantwoordelijkheid dat landen die relatief veel asielaanvragen krijgen, voortaan kunnen rekenen op steun van de andere EU-landen. Die steun kan bestaan uit het overnemen van de opvang van asielzoekers of uit een financiële bijdrage. Elk land kan zelf bepalen hoe het bijdraagt, maar dát het bijdraagt, staat vast: de solidariteit is niet gebaseerd op vrijwilligheid. De hoogte van de verplichte bijdrage van een land wordt bepaald op basis van de bevolkingsomvang en het nationaal inkomen – bijdragen naar draagkracht dus.

Meer solidariteit betekent niet alleen een eerlijker verdeling tussen landen, het kan ook een ‘race to the bottom’ in het nationale asielbeleid tegengaan. Binnen het huidige systeem kunnen landen er immers voor kiezen de nationale asielopvang te versoberen, in de hoop dat asielzoekers liever bij een ander land aankloppen voor asiel. Dat gaat in het nieuwe systeem niet meer op – of in ieder geval wordt het een stuk minder makkelijk. Wie met sober asielbeleid veel asielzoekers buiten de deur houdt, krijgt nu alsnog de rekening gepresenteerd.

Draagvlak voor solidariteit

Maar meer solidariteit, is daar wel politiek draagvlak voor? Hoe zullen kiezers daarop reageren bij de komende verkiezingen?

Met dat politieke draagvlak zal het ongetwijfeld goed zitten in landen die relatief veel asielverzoeken krijgen. Zij kunnen een financiële bijdrage tegemoetzien uit het solidariteitsfonds, of andere landen nemen de opvang van een deel van hun asielzoekers over.

Maar hoe zit het met het politieke draagvlak in landen die relatief weinig asielzoekers opvangen? Zitten de kiezers in die landen te wachten op verplichte solidariteit met landen die veel asielzoekers opvangen? Een studie van enkele jaren geleden geeft een

Aan ruim 18.000 burgers uit vijftien Europese landen (waaronder Nederland) werd gevraagd hoe ze denken over een gezamenlijk Europees asielbeleid waarbij de asielverzoeken naar draagkracht worden verdeeld over de Europese landen. Dit ‘draagkrachtsysteem’ – gebaseerd op een systeem dat sterk lijkt op de verplichte solidariteit in het nieuwe pact – wordt vergeleken met de status quo, waarbij asielzoekers moeten worden opgevangen door het land waar de asielzoeker zich als eerste meldt

Wat blijkt? Er is volop steun voor. In de vijftien onderzochte landen wil een grote meerderheid de status quo inruilen voor het draagkrachtsysteem, variërend van 58 procent in Duitsland tot 87 procent in Griekenland. Ook een ruime meerderheid van de Nederlanders wil dat.

Meerderheidssteun, maar op basis waarvan?

Nu zou het natuurlijk kunnen dat deze brede steun gebaseerd is op een grove overschatting van de bijdrage die het eigen land levert aan de oplossing van de Europese asielproblematiek. Wellicht denken burgers dat hun land al relatief veel doet en dus een beroep kan doen op de solidariteit van andere landen. Zou dat de grote steun voor het draagkrachtsysteem kunnen verklaren?

Ook als burgers worden geïnformeerd over de gevolgen van het draagkrachtsysteem, blijft er in meerderheid steun voor bestaan

De onderzoekers hebben hun studie zo opgezet dat ze kunnen nagaan of deze redenering klopt. Ten eerste hebben ze zowel landen meegenomen die relatief veel asielzoekers opvangen als landen die relatief weinig asielzoekers opvangen. Ten tweede hebben ze een willekeurig deel van de respondenten de gevolgen laten zien van het draagkrachtsysteem: hoeveel meer (of minder) asielzoekers hun land moet opvangen als het draagkrachtsysteem van kracht wordt.

De data laten inderdaad zien dat de steun voor het draagkrachtsysteem afneemt als mensen te horen krijgen dat dit voor hun land betekent dat het verantwoordelijk wordt Andersom geldt dat het aan steun wint als mensen wordt verteld dat hun land dan

Maar belangrijker dan deze verschuivingen is het grotere plaatje: ook als burgers worden geïnformeerd over de gevolgen van het draagkrachtsysteem, blijft er een meerderheidssteun voor bestaan. Dit geldt voor zeven van de tien landen die verantwoordelijk worden voor en voor alle vijf de landen die voor minder asielzoekers verantwoordelijk worden. Blijkbaar is solidariteit een groot goed voor Europese burgers, ook als het de verantwoordelijkheid met zich meebrengt om meer asielzoekers op te vangen.

Wat betekent dit voor de stembusgang in juni?

De resultaten van deze enquête suggereren dat veel kiezers blij zullen zijn met het draagkrachtsysteem in het nieuwe pact, en wellicht zullen ze de gevestigde partijen hiervoor belonen bij de stembusgang in juni.

Nu kun je dit soort enquêteresultaten gemakkelijk in twijfel trekken. Hoe representatief is de groep ondervraagden? Lijken ze wel genoeg op de mensen die straks naar de stembus gaan? En: zijn de ondervraagden misschien geneigd sociaal wenselijke of politiek correcte antwoorden te geven? Bovendien: de studie vond enkele jaren geleden plaats, tegenwoordig denken we er misschien heel anders over?

Maar geen van deze bezwaren lijkt echt steekhoudend. Ten eerste hebben de onderzoekers er veel aan gedaan om tot een representatieve steekproef te komen. De belangrijkste resultaten blijken bovendien nagenoeg hetzelfde als wordt ingezoomd op bepaalde groepen (bijvoorbeeld mensen rechts of juist links van het politieke spectrum, mensen met veel of weinig kennis van politiek, en mensen die in het algemeen positiever of negatiever staan tegenover de opvang van asielzoekers).

De geneigdheid om sociaal wenselijke of politiek correcte antwoorden te geven, lijkt ook wel mee te vallen: in dezelfde enquête antwoordt meer dan 75 procent van de burgers ‘nee’ op de vraag of hun land meer asielzoekers moet opvangen. Ten slotte is een mogelijk bezwaar dat de data al een paar jaar oud zijn, maar ook dat maakt waarschijnlijk weinig uit, want we weten uit weer ander onderzoek dat de meningen over asielbeleid maar

De conclusie dat solidariteit het smalle eigenbelang kan overwinnen, vinden we niet alleen terug bij het asielbeleid. Ook op veel andere terreinen geldt dat we als we er maar zeker van zijn dat iedereen een bijdrage naar draagkracht levert. Hopelijk zijn er bij de aankomende verkiezingen voldoende politici die dat op een overtuigende manier weten uit te dragen.