Politiek en jongeren? Zo gaan ze wél samen

Johannes Visser
Correspondent Onderwijs
Fotograaf Jurre Rompa ging in opdracht van De Correspondent op bezoek bij Tienskip.

Minder dan een op de drie jongeren is geïnteresseerd in de Nederlandse politiek, blijkt uit onderzoek. ‘Tienskip’ wil die kloof dichten door studenten te laten nadenken over oplossingen voor problemen waar ze zelf tegenaan lopen. ‘Wij willen een zebrapad.’

De driehonderd mbo-studenten die tegen elf uur ’s ochtends richting dezelfde loods in Drachten krioelen, hebben geen idee wat ze vandaag gaan doen.

‘Het is gewoon een excursie van school’, hoor ik er een zeggen.

‘We hebben een formulier ingevuld en dat was het.’

‘Ik heb dat formulier niet eens ingevuld.’

Langzaamaan druppelen de studenten, die allemaal studeren aan Firda in Drachten, de loods binnen. Daar krijgen ze hun ‘democratisch paspoort’, waarop staat wat ze op dat formulier hebben ingevuld: een maatschappelijk probleem waar zij in hun omgeving tegenaan lopen, wat ervoor nodig is om daar iets aan te doen, en wat ze daar zelf aan kunnen bijdragen. Daarna halen ze een gratis bekertje koffie of thee en gaan ze aan een van de lange tafels zitten.

‘Biertafels. Mooi.’

Of ze er zin in hebben? ‘Het is beter dan school.’

Om elf uur neemt organisator Jeppe Kok (26) vanaf een podium in het midden van de loods het woord. Kok is oprichter van de stichting die dagen als deze organiseert: een samentrekking van ‘tieners’ en ‘mienskip’ (Fries voor ‘gemeenschap’). Jeppe Kok richtte Tienskip in 2016 op, naar aanleiding van het profielwerkstuk dat hij in 6 vwo schreef over politieke betrokkenheid. Kok las toen, als eindexamenleerling, het boek Tegen verkiezingen van David Van Reybrouck en was gelijk gecharmeerd. De Vlaamse cultuurhistoricus en schrijver pleit er in het boek voor om burgers meer mede-eigenaar te maken van democratische besluiten – Dat zou de politieke betrokkenheid, en de legitimiteit van beleid, vergroten.

Toenmalig Tweede Kamerlid Lutz Jacobi (PvdA) hoorde van het profielwerkstuk, en nam Kok mee naar de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in die tijd, Ronald Plasterk. Beide politici vonden dat het profielwerkstuk niet bij woorden zou moeten blijven, en dus vertaalde Kok zijn enthousiasme in Tienskip. Met Tienskip wil hij de afstand tussen jongeren en politiek verkleinen.

‘Vandaag gaan jullie het hebben over problemen die jullie belangrijk vinden’, opent Kok de dag vanaf het podium.

Hij legt uit wat de studenten te wachten staat: in drie brainstormrondes zullen ze praten over de maatschappelijke problemen die hen bezighouden en de mogelijke oplossingen daarvoor. Aan het eind van de middag presenteren ze hun plannen op een ‘ideeënmarkt’ en mogen ze stemmen op het plan dat ze het beste vinden.

Na Jeppe Kok mag de burgemeester van de gemeente Smallingerland iets zeggen. Hij doet duidelijk zijn best om zijn taalgebruik af te stemmen op de doelgroep. ‘In onze gemeente zijn heel veel mensen die participeren. En dat is heel belangrijk. Als ik naar jullie kijk, zie ik mezelf op die leeftijd. We hebben jullie nodig. Anders zijn er alleen maar ouderen die zeggen hoe het moet.’

Jeppe Kok

Hoe de Jeppes van deze wereld de politiek domineren

Een week eerder sprak ik Kok al telefonisch over Tienskip. Hij vertelde dat het hem pijn doet dat het democratisch zelfvertrouwen van de gemiddelde mbo-student ‘echt heel laag’ is. ‘Veel jongeren denken dat politiek en democratie gaan over problemen die later van belang zijn. Dat het iets is voor na hun achttiende, als ze mogen stemmen.’

Zijn observatie wordt gestaafd door onderzoek. Minder dan een op de drie jongeren is geïnteresseerd in de Nederlandse politiek, En mbo’ers zijn

Jongeren, is de stellige overtuiging van deze groep oudere jongeren, hebben tegenwoordig geen respect meer

Als het gaat om jongeren betrekken bij politiek, ziet Kok dat het vaak ‘de Jeppes van deze wereld’ zijn die bijvoorbeeld in de jongerenraad van hun gemeente zitten. ‘Die komen er zonder die raad ook wel. Ze sluiten zich aan bij een politieke partij, voelen zich heel erg gehoord. Participatie moet juist ten goede komen van degenen die zich niet gehoord voelen.’

Hij begrijpt wel dat het zo gaat. Politiek en beleid lopen vaak via lijnen die totaal niet aansluiten op de leefwereld van de gemiddelde mbo-student. Via participatie- en inspraakavonden, bijvoorbeeld, waar gewoon geen jongeren op afkomen. Kok: ‘Wat ik vaak zie, is dat beleidsmakers denken: die mbo-student moet maar naar ons toe komen. Ik vind dat je dat moet omdraaien. Als je wilt dat je beleid vormgegeven wordt door verschillende perspectieven mee te nemen, dan moet je daar actief naar op zoek.’

Kok – en zijn team van 150 vrijwilligers – wil jongeren laten zien dat ze niet hoeven te wachten tot iemand anders hun problemen voor hen oplost (of niet), maar dat ze daar zelf ook een rol in kunnen spelen.

Van digitale samenleving tot praten over seks

Na de openingswoorden van de burgemeester starten de drie brainstormrondes, en aan elke tafel begeleidt een vrijwilliger van Tienskip het gesprek. In de eerste ronde leggen jongeren hun problemen op tafel en denken ze na over wat de ideale situatie zou zijn. In ronde twee maken ze een concreet plan en in ronde drie denken ze na over wat ze zelf en wat anderen zouden kunnen doen om het probleem op te lossen.

Aan tafel 15 zitten zes meiden. Carmen (21) vertelt dat haar pake en beppe op een leeftijd zijn waarop het hun moeite kost om de digitale samenleving bij te benen, bijvoorbeeld wanneer ze belastingaangifte moeten doen. Elize (21) uit Leeuwarden heeft last van haar luide buren, die veel ruziemaken en klussen. Ze vraagt zich af of ze nog bij iemand anders dan bij de huisbaas kan aankloppen. De vier andere meiden maken zich zorgen over de gevaarlijke weg voor hun school. Ze zouden graag zien dat daar een zebrapad komt.

Aan tafel 4 zijn de problemen en oplossingen nog wat minder concreet. Het gaat er over respect. Jongeren, is de stellige overtuiging van deze groep oudere jongeren, hebben tegenwoordig geen respect meer.

‘Ik werk in het onderwijs en ik merk dat kinderen een steeds grotere mond hebben.’

‘En ze beginnen al veel te vroeg met roken en vapen en praten over seks.’

De groepsleider vraagt of iedereen zich daarin kan vinden.

‘Ja!’

‘Ik heb het idee dat het op de middelbare school erger is dan in het mbo.’

Een van de studenten deelt zijn ervaring. Als hij op straat een ouder iemand gedag zegt, wordt hij vaak zuur aangekeken. Hij vraagt zich af of dat te maken heeft met eerdere ervaringen die zo iemand gehad heeft met jongeren.

‘Ik was ook een deugniet’, bekent een andere leerling.

‘Maar wat voor emoties zaten daarachter?’ vraagt de persoon naast hem.

Tafel 15, die van Carmen en Elize, heeft zich inmiddels omgedoopt tot team ‘Zebra Warriors’. Ze hebben onderzoek gedaan: driekwart van de teamleden is weleens bijna aangereden op de weg voor school. Dat

De Eiffeltoren komt naar Drachten

‘We gaan de Eiffeltoren in Drachten zetten’, verwelkomt een jongen aan een andere tafel me. Het gaat er over de herinrichting van het centrum van Drachten. Want Drachten is nu gewoon heel saai. Na zes uur is er niks meer open. En er wonen veel te veel oude mensen.

‘Kennen jullie die kade met al die restaurants?’ vraagt de groepsbegeleider.

Het valt me op dat de studenten gedurende de dag steeds iets meer rechtop zijn gaan zitten

‘Het kakcentrum van Drachten’, weten de studenten. Ze zouden liever zien dat er een casino komt op het plein. ‘Drachten Casino, dat is toch vet?’ Zijn vriend oppert de bevolking van Drachten te halveren, want ‘dan heb je ook de helft van de problemen’.

Tafel 4 heet inmiddels team ‘Acceleratie Acceptatie’, en heeft opgeschreven waar dat gebrek aan respect onder jongeren vandaan komt. ‘Arrogante jongeren zijn meestal arrogant omdat ze onzeker zijn en er thuis niet over kunnen praten.’ Al brainstormend komen ze tot een oplossing: er zou op iedere school een plek moeten zijn waar studenten zich even kunnen terugtrekken, kunnen ontprikkelen, om hulp kunnen vragen.

‘Ik zie een overeenkomst met de bibliotheek.’

‘Een mediatheek.’

‘Die zal er waarschijnlijk al wel zijn.’

‘Maar dan anders ingericht.’

Het valt me op dat de studenten gedurende de dag steeds iets meer rechtop zijn gaan zitten. Een leerling die zich aan het begin van de dag nog vastklampte aan haar tas alsof het een knuffel was, heeft die inmiddels op de grond gezet en doet mee aan de brainstorm. Aan het merendeel van de tafels zijn studenten met veel handgebaren met elkaar in gesprek. Ik zie opvallend weinig leerlingen op hun mobieltje zitten.

En toch: studenten weten van alles te vertellen over de maatschappelijke problemen waar ze tegenaan lopen, maar zodra het woord ‘politiek’ of ‘democratie’ valt lijken ze een beetje te schrikken. Dan geven ze aan dat ze daar niet zoveel van weten, of dat ik die vragen beter aan hun

Laat burgerschap gaan over wat leerlingen belangrijk vinden

Hoe verschilt zo’n Tienskip-dag dan van de reguliere lessen burgerschap en maatschappijleer? Volgens Elize (Zebra Warriors) gaat een dag als vandaag een stapje verder, ‘omdat je echt iets met je ideeën doet’. Morgen heeft ze weer burgerschap op school, en moet ze debatteren over de doodstraf (ze is tegen). Vandaag wil ze gewoon een zebrapad.

Door team ‘Arme Arbeiders’ wordt een politiek thema besproken dat veel mbo-studenten aangaat: de stagevergoeding

Jeppe Kok ziet nog een ander verschil: bij de vakken burgerschap en maatschappijleer wordt vooral veel uitgelegd over welke politieke instanties er allemaal zijn, ‘en daar wordt niemand echt enthousiast van’. Kok: ‘Maar ik denk wel dat je heel veel mensen enthousiast kunt maken voor iets wat ze wezenlijk belangrijk vinden. Voor de een is dat sporten, voor de ander natuur, of klimaatverandering, of veiligheid. Laat die vraagstukken op de voorgrond treden, en dan fietsen wij er al die instanties wel in waarvan jongeren aan het begin van de dag vaak zeggen dat ze er niets mee hebben.’

Ook daar is wat voor te zeggen. Onderzoek laat weliswaar zien dat minder dan een op de drie jongeren geïnteresseerd is in politiek, maar tegelijkertijd geeft 53 procent aan geïnteresseerd te zijn in bepaalde politieke thema’s. Twee op de drie jongeren zijn geïnteresseerd in het thema criminaliteit, en meer dan de helft

Vorig jaar leidde Tienskips aanpak tot een bijzonder mooi resultaat: een groep jongens van een mbo uit Leeuwarden wilde sporten voor mbo-studenten goedkoper maken. Want hbo’ers en wo’ers kregen daar wel korting op de sportschool met een sportkaart, maar De aanwezige wethouder vond dat ook apart, maar wist tot die dag niet dat dit speelde. De studenten maakten tijdens de Tienskip-dag een plan en spraken daarna in bij de raadsvergadering. Resultaat: komend studiejaar krijgen ook de die sportkaart.

Aan een andere tafel wordt door team ‘Arme Arbeiders’ ook zo’n politiek thema besproken dat veel mbo-studenten aangaat: de stagevergoeding. Zes van de studenten aan tafel volgen de opleiding tot klassenassistent en lopen daarvoor twee dagen in de week stage op een basisschool. Ze krijgen daar alleen geen vergoeding voor, terwijl ze hetzelfde werk doen als collega’s die er wel voor betaald krijgen. En een ander, jonger groepslid (16) loopt voor zijn studie drie dagen in de week stage bij Philips en krijgt daar 750 euro netto per maand voor.

Oneerlijk, vinden de studenten. ‘Het is een beetje demotiverend om je carrière te beginnen met gratis werk doen’, legt een van hen uit. ‘En er komt ook veel verantwoordelijkheid kijken bij dit werk.’

Om iets te doen aan die ongelijkheid hebben ze een plan gemaakt. Ze gaan een petitie starten en contact opnemen met het Landelijk Aktie Komitee Scholieren (LAKS), de MBO Raad en politieke jongerenpartijen – organisaties die hun belangen vertegenwoordigen, maar waar ze tot vandaag nog niet van gehoord hadden. Uiteindelijk willen ze een voorstel doen aan de Tweede Kamer om een minimumstagevergoeding voor alle studenten in te voeren.

McDemocracy

Ze presenteren hun plan voor de minimumstagevergoeding tijdens de ideeënmarkt aan het eind van de middag. Daarna mogen alle studenten stemmen.

‘Verkeer’ blijkt het hete hangijzer van de dag. De derde prijs gaat naar team Zebra Warriors, de tweede prijs naar team Speedbus 2001, de eerste plaats is voor team OV Firda – dat een petitie wil starten voor gratis ov voor middelbare scholieren en twee aparte buslijnen voor scholieren naar Leeuwarden en Drachten. Voor het podium mogen ze een confettikanon afschieten. Er worden high fives uitgedeeld, boksen gegeven, een student geeft zijn groepsbegeleider een hand en bedankt hem omdat hij het ‘heeft volgehouden met deze groep’.

Dan gaat het leven buiten de loods weer door.

‘Wie heeft er eigenlijk gewonnen?’ vraagt een onoplettende student wanneer hij weer naar buiten loopt.

‘Team OV Firda.’

Zonder democratisch proces wordt besloten: ‘Dan moeten die nu trakteren bij de Mac.’