Deze roman geeft een schitterend inzicht in de Russische ziel en de ontwikkelingen in Oekraïne
Soms kan een roman je dichter bij begrip van de absurde actualiteit brengen dan bergen journalistieke stukken. Emmanuel Carrères portret van de in Oost-Oekraïne geboren schrijver en strijder Edward Limonov werpt een verrassend licht op de ontwikkelingen in Oekraïne en Rusland.
In het geheim kwamen de presidenten van Rusland (Jeltsin), Oekraïne (Kravtsjoek) en Wit-Rusland (Sjoesjkjevitsj) op 7 december 1991 bijeen in een jachthuis in een woud nabij de Poolse grens. Terwijl ze wodka zopen, drukten ze elkaar op het hart dat hun drie republieken in 1922 de Sovjet-Unie hadden opgericht en nu dus ook het recht hadden die te ontbinden.
‘Jeltsin was zo dronken dat de twee anderen hem naar bed moesten dragen en net voor hij in zijn roes wegzonk, belde hij nog George Bush (senior) om hem de primeur te brengen: ‘George, we hebben met de makkers een akkoord bereikt. De Sovjet-Unie bestaat niet meer’.’
Deze versie van de ontmanteling van de Sovjet-Unie is te lezen in Limonov van de Franse schrijver Emmanuel Carrère. Het boek, dat in 2013 de Europese Literatuurprijs won, kreeg in de Nederlandse vertaling het etiket ‘roman’. Maar al vertelt Carrère het verhaal met grote literaire schwung, de zoon van de gerenommeerde Franse Rusland-historicus Hélène Carrère d’Encausse heeft zich buitengewoon goed gedocumenteerd en ook deze scène lijkt waarheidsgetrouw. Ze stemt in ieder geval grofweg overeen met wat een getuige vertelde aan sterreporter - nu hoofdredacteur van The New Yorker - David Remnick, die dit optekende in zijn boek Resurrection: The Struggle for a New Russia (1997).
Op de dag dat de MH17 uit de lucht werd gehaald en zoveel onschuldige mensen het leven lieten, was ik op mijn vakantieadres Limonov aan het lezen. Zelden heb ik zo sterk het gevoel gehad dat een boek mij inzicht gaf in de absurde actualiteit. Onze onvolprezen hoofdredacteur Rob Wijnberg zei onlangs nog in een uitzending van het programma Kijken in de ziel dat hij ‘weinig romans’ leest, want ‘daar zit geen stuk in.’ Maar bij dit literaire werk is het tegendeel het geval: Limonov brengt je dichter bij begrip van de werkelijkheid dan stapels journalistieke stukken.
Hij wil horen bij de mensen die bereid zijn tot moord
Limonov, hij dook begin deze week nog in de krant op. NRC Handelsblad berichtte dat hij op een plein in Moskou een toespraak hield waarin hij de tegenstanders van Poetin verdacht of belachelijk maakte. Elke 31ste van de maand organiseert Limonov een protestbijeenkomst tegen het feit dat het Russische regime artikel 31 van de grondwet (vrijheid van vergadering en demonstratie) schendt.
Dat maakt hem tot dissident. Maar over Oekraïne denkt hij hetzelfde als het Kremlin. Al is hij nog radicaler. De lage opkomst bij de demonstratie verklaarde hij met het feit dat zijn ‘soldaten’ nu in de Donbass aan het vechten waren. In zijn ogen zou Rusland de rebellen in Oost-Oekraïne nog meer moeten steunen. ‘Poetin is zijn durf kwijt. Ik hoop dat het tijdelijk is,’ zei hij op het Moskouse plein.
In Limonov laat Carrère prachtig zien hoe een dergelijke denkwereld kan ontstaan. Limonov wordt als Edward Savenko op 2 februari 1943 geboren, kort na de slag bij Stalingrad, het keerpunt van de Tweede Wereldoorlog. Men prent de jonge Edward in dat hij een kind van de overwinning is en dat hij het leven van een slaaf zou leven als de grote Stalin de nazi’s niet had overwonnen.
Edward groeit op in Saltov, een buitenwijk van industriestad Charkov, waar de meeste mannen ongeletterde alcoholisten zijn. Zijn vader heeft een armzalig baantje als onderluitenant. Tijdelijk organiseert hij als ‘nachtclubbaas’ bij de NKVD culturele avonden. Maar dit fijne baantje, waarbij hij gitaar kan spelen en zingen, wordt hem afgenomen door een concurrent met minder talent. Daarna moet hij gevangen begeleiden naar strafkampen in Siberië, of naar het schavot.
Poetin is zijn durf kwijt. Ik hoop dat het tijdelijk is
Edward wil niet als zijn vader zijn, niet lullig leven als kleine functionaris van de ordediensten. Hij wil een vrij en gevaarlijk bestaan leiden, een mannenleven.
Op een dag slaat een jongen uit zijn klas hem tot moes. Als hij bont en blauw thuiskomt, troost zijn moeder hem niet. Heel goed, vindt hij later. Want: ‘Er is iets fundamenteels tot hem doorgedrongen, namelijk dat er twee soorten mensen bestaan: mensen die je slaag kunt geven, en mensen die je geen slaag kunt geven, en als je ze geen slaag kunt geven, is dat niet omdat ze sterker zijn of beter getraind, maar omdat ze bereid zijn tot moord.’
Na een nachtelijk drinkgelag met zijn vrienden steekt hij een agent in zijn kuit. Hij belandt een tijdje in de gevangenis, maar ontsnapt aan jaren strafkamp omdat de dienstdoende commandant zijn vader kent.
Geen kans op een mooie aristocrate
Jaren later komt hij in een psychiatrische inrichting terecht. Bij het lezen van de klassieker Het Rood en het Zwart van Stendhal was hij tot het inzicht gekomen dat hij niet net zoals het hoofdpersonage Julien Sorel een mooie aristocrate kent, maar ook nog eens geen enkele kans maakte er een te leren kennen. Zijn vrienden uit de jeugdbende waartoe hij behoorde zijn of ter dood veroordeeld of zitten in een strafkamp. Hij ziet geen toekomst meer en snijdt zich met een scheermes in de pols.
Na enkele maanden in de inrichting ontfermt een wijze, oude psychiater zich over hem. Hij concludeert dat Limonov niet gek is maar een aandachtstrekker. Hij geeft hem het adres van een boekhandel in Charkov waar ze een straathandelaar zoeken.
Die gebeurtenis staat aan het begin van de vlucht die Limonovs leven neemt. In de proloog schrijft Carrère dat hijzelf net zoals de meeste vrienden uit een burgerlijk milieu in een rustig land komt. Je kan niet zeggen dat hij het leven hem ver van zijn sociale en geografische wortels heeft doen belanden. Maar de uit een kansloze buitenwijk afkomstige Limonov trekt de hele wereld rond en vertoeft in talloze milieus.
Via de boekhandel waar de psychiater hem naar verwees, is hij in aanraking gekomen met het literaire milieu in Charkov. Hij begint gedichten te schrijven en tooit zich met de naam Limonov, een samentrekking van ‘limon’ (citroen) en ‘limonka’ (granaat), om zijn scherpe en strijdlustige temperament aan te duiden.
Met de hoofdverkoopster van de boekhandel trekt hij naar Moskou. Het is het begin van vele omzwervingen met vele liefjes. In de jaren tachtig is hij zwerver en bediende van een miljardair in New York. In de jaren negentig verkeert hij in Parijs als cultschrijver in de hoogste literaire kringen. Daarna ziet hij zijn imago als underground-schrijver omslaan in dat van crimineel als hij vecht in dienst van de Servische krijgsheer Arkan.
Carrère stelt zich als opdracht om zijn morele oordeel op te schorten en te trachten dit bijzondere leven in kaart te brengen en te begrijpen
Aan het begin van deze eeuw zit hij na zijn arrestatie in het Altaigebergte nabij de grens van Kazachstan, waar hij volgens de aanklacht een geheim trainingskamp zou hebben, vijftien maanden in de gevreesde Moskouse gevangenis Lefortovo. Na zijn vrijlating vormt hij met schaker Gary Kasparov de oppositiebeweging het Andere Rusland.
Carrère stelt zich als opdracht om zijn morele oordeel op te schorten en te trachten dit bijzondere leven in kaart te brengen en te begrijpen. Een alledaags burgermansbestaan is het bepaald niet. Hallucinant zijn bijvoorbeeld de gebeurtenissen in New York. Als Limonov in een park een zwarte man om een vuurtje vraagt, ontstaat een vechtpartij die uitmondt in een vrijage. Hij laat zich in zijn kont nemen. Als hij later wakker wordt en door de ontwakende stap loopt, is hij ‘volmaakt gelukkig en trots op zichzelf. Ik ben niet bang geweest, denkt hij, ik hem me in mijn reet laten neuken. Molodjets! zou zijn vader zeggen: flink ventje!’
Nee, ik wil niet claimen dat deze later in Limonovs roman uit 1980 De Russische dichter houdt van grote negers vereeuwigde gebeurtenis iets zegt over de Russische ziel. Ja, ik vind dat je altijd voorzichtig moet zijn met generalisaties over de aard van een volk. Maar ik durf wel te zeggen dat we via Carrères portret van Limonov nieuw inzicht krijgen in het wereldbeeld van vele Russen en een totaal andere perceptie van de geschiedenis van de Sovjet-Unie.
Weemoed naar de Sovjet-Unie
Al had een overweldigende meerderheid van meer dan 90 procent van de Oekraïense bevolking zich op 1 december 1991 in een referendum voor de onafhankelijkheid uitgesproken, in de ogen van Limonov pleegde Jeltsin in het jachthuis in Wit-Rusland hoogverraad. Met de ontbinding van de Sovjet-Unie had hij miljoenen Russen in de steek gelaten, die nu zuchten onder islamitisch of, niet minder erg, democratisch bestuur.
Als oprichter van de partij van nationaal-bolsjewieken wil hij al in de jaren negentig haarden van verzet creëren in landen die vroeger tot de Sovjet-Unie behoorden en de oprichting van separatistische republieken stimuleren.
Het motto van Limonov is een uitspraak van Poetin: ‘Wie het communisme terug wil, heeft geen hersens. Wie het niet mist, heeft geen hart.’
Het motto van Limonov is een uitspraak van Poetin: ‘Wie het communisme terug wil, heeft geen hersens. Wie het niet mist, heeft geen hart.’ Aan het slot van het boek schrijft Carrère dat hij er zeker van is dat Poetin het honderd procent serieus meende toen hij dit zei en dat deze uitspraak de Russen, om te beginnen Limonov, uit het hart gegrepen is. Al zette Limonov zich de afgelopen jaren regelmatig af tegen Poetin, eigenlijk zijn het zielsverwanten, oordeelt Carrère.
‘Nu hij (Poetin) aan de macht is laat hij zich net als Edward graag met ontbloot, gespierd bovenlijf fotograferen, in gevechtsbroek met een paracommandodolk aan zijn riem. Net als Edward is hij kil en berekenend, weet hij dat de mens een wolf is voor zijn medemens, gelooft hij alleen in het recht van de sterkste en in de absolute relativiteit van waarden, en maakt hij liever anderen bang dan zelf bang te zijn. Net als Edward voelt hij een diepe minachting voor huilebalken die een mensenleven heilig vinden.’
Carrère is bepaald kritisch over Poetin. Toch vindt hij hem een ‘groot staatsman’ en wil hij niet geloven dat zijn populariteit louter te danken is aan het feit dat hij alle media in een houdgreep heeft. ‘Er is iets anders,’ schrijft hij, ‘Poetin blijft in alle toonaarden een boodschap herhalen waar de Russen naar snakken en die aldus kan worden samengevat: ‘Men heeft niet het recht tegen honderdvijftig miljoen mensen te zeggen dat zeventig jaar van hun eigen leven, van het leven van ouders en grootouders, alles waarin ze hebben geloofd, datgene waarvoor ze hebben gevochten en offers gebracht, en zelfs de lucht die ze hebben ingeademd - dat het allemaal bullshit was’.’
Poetins intense haat voor het westen is, suggereert Carrère, een reactie op het westerse dedain voor de Russische geschiedenis en het over een kam scheren van het stalinisme en het nazisme.
Boeddhistische wijsheid
Ik werd bijzonder getroffen door een boeddhistische wijsheid die een vriend van Carrère hem bijbracht: ‘Een mens die zich hoger, lager of zelfs de gelijke acht van een ander mens, begrijpt de werkelijkheid niet.’ Carrère bekent dat hij geen medemens kan ontmoeten zonder zich al dan niet bewust af te vragen of hij minder of beter is dan hem.
Het schrijven van Limonov was een poging daaraan te werken en het oordeel op te schorten. Het resultaat is een meesterlijke proeve van inleving in de denkwereld van een ander, van een Rus, die wellicht voor vele Russen staat.