Borstvoeding een bron van verdeeldheid? Het verbond deze vrouwen in de donkerste tijd van hun leven
Terwijl ze elkaar nooit eerder hadden ontmoet, gaf Lisa meer dan tien liter moedermelk aan Claire. Ze raakten verbonden door de tegenslagen die ze te verduren kregen. Ver weg van de verhitte discussies over borstvoeding keken deze vrouwen naar elkaar om.
Claire (43) loopt de tuin in, ze tilt een cadeau van ruim een meter hoog. Het is ingepakt met karton en schilderstape, bovenop prijkt een gouden strik.
‘Mag ik het openmaken?’ vraagt Lisa (34). Langzaamaan verschijnt een lamp van lichtgrijs plastic. Ze kijkt naar Claire. ‘Is dit van de flesjes?’
Claire knikt, het is inderdaad van de flesjes. De flesjes die ze heeft bewaard en omgesmolten tot deze lamp. De flesjes die ze ooit is komen ophalen, hier bij Lisa thuis. De flesjes waar toen nog moedermelk in zat.
Vandaag zien ze elkaar nog maar voor de vierde keer. ‘Maar voor mij voelt het als vriendschap’, zegt Claire. Lisa knikt. Ze begrijpen elkaar, vertellen ze, weten hoe lastig het is om je leven weer op te pakken na een groot verlies.
Een bijzondere vriendschap
Ouderschap is een eenzame bedoening geworden, stelt hoogleraar pedagogiek Maartje Luijk. Ouders vinden het in deze geïndividualiseerde samenleving lastig om hulp te vragen aan hun omgeving. Ze schakelen liever de hulp in van een professional dan van een dierbare.
Het helpt niet dat ouders elkaar regelmatig de maat nemen, online en offline. Want perfectionisme, vertelt Luijk, is ook een kenmerk van het moderne ouderschap. Je wilt toch het beste voor je kind? Dus woeden er discussies over slaaptraining, over kinderopvang, over schermtijd. Iedereen lijkt het beter te weten.
Borstvoeding is misschien wel het heetste hangijzer van deze ‘mommy wars’ (het zijn vooral vrouwen die deze discussies voeren). Moeders die niet willen of kunnen voeden, voelen zich onder druk gezet door zorgverleners, influencers en bekenden – de ‘moedermelkmaffia’. Hebben ze wel hard genoeg hun best gedaan? Gunnen ze hun kind dan niet het beste?
Vrouwen die wel borstvoeding geven, voelen zich op hun beurt ook niet gesteund: lactatiekundige hulp wordt niet vergoed in het basispakket, kolven is op veel werkplekken lastig* en als ze ervoor kiezen hun kind voor een langere tijd te voeden, kunnen ze rekenen op vervelende reacties.
Het kan anders, laat het bijzondere verhaal van Lisa en Claire zien. Ouderschap – en borstvoeding in het bijzonder – kan verdelen, maar juist ook verbinden. Terwijl ze elkaar nooit eerder hadden ontmoet, gaf Lisa meer dan tien liter moedermelk aan Claire. In Lisa’s tuin vertellen ze hun verhaal.
Lisa
Een onbezorgde zwangerschap zou het nooit worden. Niet nadat een paar jaar eerder bij een echo was gebleken dat hun ongeboren kind geen niertjes had. Omdat het buiten de buik niet zou kunnen leven, besloten Lisa en haar man om de zwangerschap af te breken. Met ruim 21 weken werd hun zoontje stil geboren.
Dat was superheftig geweest, maar ze moesten door. Een gezond dochtertje werd geboren. Acht maanden lang had Lisa haar borstvoeding gegeven.
Dan weer melk meenemen, dan weer wegbrengen, het werd een hele organisatie
Nu was ze weer zwanger. En weer was het spannend: bij de twintigwekenecho bleek dat hun kind een darmafsluiting had, een ‘double bubble’. Maar hij zou meteen na de geboorte worden geopereerd en dan kon hij net zo oud worden als iedereen.
Met bijna 36 weken, iets te vroeg, werd Stan geboren.
Meteen werd hij in Nijmegen geopereerd aan zijn darmen en kreeg hij een stoma. Van het ziekenhuis kreeg hij een pop met een zakje aan zijn buik, om te laten zien dat het niet gek is om een stoma te hebben.
De artsen vertelden: moedermelk zien wij hier als een medicijn. Stan had hechtingen in zijn darmen en dan was moedermelk het beste wat je kon geven. Lisa begon elke drie uur te kolven in het ziekenhuis, ook ’s nachts. Ze hadden daar een professioneel kolfapparaat, dus het ging als een trein.
Stan kreeg de moedermelk via een slangetje in zijn neus. Hij mocht niet te veel vocht binnenkrijgen, anders zou hij nog zieker worden. Zoveel melk te geven, maar hij mocht het niet, Lisa vond het zo erg. De overgebleven melk bewaarde ze in flesjes in de vriezer van het ziekenhuis. Dan kon Stan dat later nog drinken.
Al gauw raakte de vriezer in het ziekenhuis vol. Het was zomer en ze woonden een uur van het ziekenhuis vandaan, dus ging Lisa’s man op en neer naar huis met de koelbox. Dan weer melk meenemen, dan weer wegbrengen, het werd een hele organisatie.
Soms mochten ze Stan voeden door hem op een vinger te laten zuigen, met een spuitje melk erbij. Dat waren heel speciale momentjes. Eén keer gaf Lisa zelf borstvoeding, omdat het leek alsof Stan daar de kracht voor had. Maar het was te veel voor hem, dus hield ze er al snel weer mee op.
Het ging niet goed met Stan. Lisa is verpleegkundige en zag hoe snel zijn ademhaling was, maar dat kon ook komen door die grote operatie. Maar toch, het ging slechter en slechter.
Toen Stan drie weken oud was, bleek dat hij pulmonaal-veneuze stenose had: een zeldzame afwijking waarbij de longaders die het hart binnenkomen vernauwd zijn.* Met spoed gingen ze naar het kinderziekenhuis in Rotterdam, waar Stan een openhartoperatie zou krijgen. Ze moesten afscheid van hem nemen, want de kans was groot dat hij het niet zou overleven.
Op 14 september 2022 werd Stan geopereerd.
De voordelen van borstvoeding
Claire heeft vandaag, naast de lamp, nog iets meegenomen om Lisa te bedanken: twee flesjes melk, die ze al die tijd bewaard heeft. Op het etiket staat ‘80 milliliter, 14 september 2022, 11.30 uur’. Zelfs op de dag van de operatie had Lisa gekolfd.
Borstvoeding heeft een aantal voordelen: borstgevoede baby’s hebben bijvoorbeeld minder vaak eczeem en maag-darmontstekingen. Sommige ouders vinden dat doorslaggevend, andere vinden het verschil met kunstvoeding te verwaarlozen.
Maar voor ernstig te vroeg geboren baby’s zijn de voordelen van borstvoeding groter:* zo zorgt moedermelk voor een betere neurocognitieve ontwikkeling en verlaagt deze de kans op de ernstige darmontsteking ‘necrotiserende enterocolitis’ (NEC).
Niet voor niets heeft het Amsterdam UMC een speciale moedermelkbank, die donormelk verzorgt voor ernstig te vroeg geboren kinderen op neonatale intensive cares. En daarom boden de ziekenhuizen waar Lisa die weken doorbracht alle spullen die ze nodig had om te kunnen kolven en de melk te bewaren.
Claire had die flesjes van 14 september 2022 expres apart gehouden, achter in de grote vriezer die ze aanschafte om de melk goed te kunnen bewaren. Want die dag was speciaal. En niet alleen voor Lisa.
Claire
Een onbezorgde zwangerschap zou het nooit worden. Niet na de twee miskramen en nadat ze een zwangerschap om medische redenen had moeten afbreken. Het meisje werd na zestien weken stil geboren. Zoiets gaat in je hoofd zitten.
Gelukkig had Claire een gezonde zoon gekregen. Hij was nu zestien maanden oud en ze gaf hem nog altijd borstvoeding. Haar moeder noemde haar weleens een ‘borstvoedingsextremist’, maar Claire vond het logisch om borstvoeding te geven: zo had de natuur het bedacht, het is het beste wat je je kind kunt geven. Dat wilde ze met dit kind, dat nu negen weken in haar buik zat, weer gaan doen.
Toen kreeg ze een bloeding. Het was weer een miskraam, daar was ze van overtuigd.
Maar de echo’s, de bloedtesten – alles wees erop dat het toch goed ging met de baby. Claire voelde zich vaak ziek, dat wel, en was heel moe. Maar wat wil je: ze was zwanger en gaf nog borstvoeding. En ja, ze voelde wel een pijnlijke bobbel in haar borst, maar dat was vast een melkkliertje. Voor de zekerheid ging ze naar het ziekenhuis.
Op de veertigste verjaardag van haar vriend – zo’n datum vergeet je niet – gaf ze hem een pretecho cadeau. Ze was inmiddels zeventien weken zwanger. Hun kind bleek een meisje te zijn, ze waren dolblij. Een paar uur later kreeg ze het telefoontje: ze had borstkanker.
Ik wilde zo graag borstvoeding geven. Het is troost, het is geborgenheid, het is de band met je kind
Vanaf die dag stapte ze op een trein die alleen maar doorreed. Van de ene op de andere dag moest ze stoppen met borstvoeding, want dat mocht niet met de onderzoeken en de chemotherapie die ze tijdens haar zwangerschap al kreeg. Had ze eerst nog van haar borsten gehouden – die hadden haar zoontje immers melk gegeven – nu zat er kanker in.
Twee weken na de laatste chemotherapie voor haar bevalling – ze had intussen negen kuren gehad – begon ze met kolven. Dan had ze in elk geval wat melk als haar dochter geboren zou worden. En ze moest weer even vriendjes worden – zo noemde ze dat – met die ene borst.
Op 14 september 2022 werd haar dochtertje geboren.
De borstvoeding was niet meteen voldoende, dat kwam door de uitputting van de chemo en de bevalling. Daarom moest haar dochter kunstvoeding erbij krijgen. Claire wilde zo graag dat de borstvoeding lukte dat ze ’s nachts kolfde om haar productie op te hogen. Uiteindelijk had ze genoeg melk en kon ze nog drie dagen zelf voeden zonder bijvoeding.
Haar dochter was tweeënhalve week oud en het was tijd voor de volgende chemo. Claire moest stoppen met borstvoeding, opnieuw van de ene op de andere dag. Ditmaal was het voor altijd: door de behandelingen zou ze in de overgang komen en zou ze nooit meer zwanger kunnen worden.
De emotionele kant van borstvoeding
Als Claire op dit punt aankomt in haar verhaal, in de tuin van Lisa, schiet ze vol. ‘Ik wilde zo graag borstvoeding geven. Het is troost, het is geborgenheid, het is de band met je kind. Dus het is zoveel meer dan alleen melk. De melk kun je vervangen, maar de rest kun je niet vervangen.’
In de discussies over moedermelk gaat het vaak over het nut. De wetenschappelijke studies worden erbij gepakt, de effecten worden vergeleken met die van kunstvoeding. Maar waar Claire het over heeft, heeft niets te maken met nut. Zij heeft het over de emotionele kant van borstvoeding: hoe fijn het kan zijn, die verbondenheid met je kind, en hoe verdrietig het is als het niet gaat zoals gehoopt. Zelf noemt Claire het de ‘ergste bijwerking’ van alle kankerbehandelingen, dat ze geen borstvoeding kon geven.
‘Breastfeeding grief’, noemt hoogleraar volksgezondheid Amy Brown het verdriet dat moeders ervaren als de borstvoeding niet gaat zoals gehoopt. In haar onderzoek zag ze dat vrouwen die rouw op verschillende manieren beleven: ze voelen zich schuldig of jaloers, of denken dat ze gefaald hebben. Claire voelde vooral verdriet en boosheid vanwege ‘dat stomme kankergedoe’, dat voor haar een beslissing had genomen die ze zelf nooit zou nemen.
‘Dit wist ik eigenlijk helemaal niet’, zegt Lisa. ‘Hoe heb je bedacht dat je melk ging zoeken van iemand anders?’
‘Een vriendin zei: “Ik heb wel melk voor je voor de eerste weken”’, vertelt Claire. ‘Het is het allerbeste wat je kunt geven, dacht ik, dus ik heb maar ja gezegd. Als ik het niet kan geven, dan maar van een andere moeder.’ Ze vond het eerst nog een vies idee, moedermelk van iemand anders, maar het wende snel. ‘Het is gewoon ontdooien, je warmt het op en je geeft het aan je kind.’
Wat Claire toen nog niet wist, is dat er een hele gemeenschap bestaat van vrouwen die moedermelk doneren of ontvangen. Er is de officiële moedermelkbank, maar er zijn ook twee Facebookgroepen met duizenden leden, waar de vraag- en aanbodkant elkaar vinden.
Toen de melk die ze van haar vriendin kreeg op was, ging Claire googelen en kwam ze op Facebook terecht. ‘Toen kwam jij vrij snel voorbij’, zegt ze tegen Lisa. ‘En jullie verhaal was zo heartbreaking. Daarom heet jouw melk bij ons “de beladen melk”.’
Lisa
Haar zoontje Stan overleefde de operatie van 14 september. Sterker nog, het ging zo goed met hem dat ze het aandurfden om terug te gaan naar het ziekenhuis in Nijmegen.
Haar man reisde op en neer met de koelbox: flesjes de vriezer uit, mee naar huis, de vriezer in. Er lag zoveel buiten hun macht in die weken, maar het kolven en het zorgen voor de melk konden ze zelf voor Stan doen.
Weggooien was echt geen optie. Ik heb daar hard voor gewerkt, altijd met liefde gekolfd
Voor het eerst ging Lisa een weekend naar huis, om wat tijd door te brengen met haar dochter. Toen ze op maandag terugkwam, zag ze meteen dat Stans ademhaling weer sneller was geworden. Al gauw bleek uit onderzoek dat de vernauwingen in zijn longaders terug waren.
Op vrijdag – ze weet al die dagen nog precies – gingen ze terug naar Rotterdam. Opereren kon niet meer, legden de artsen uit, daarvoor was de vorige operatie te kort geleden. Er waren geen opties meer.
Op maandag overleed Stan in Lisa’s armen. Hij werd acht weken oud.
Ze vonden elkaar in het pikdonker
Op de overloop haalt Lisa een voor een spullen uit een kist waar ‘Stan’ op geprint staat. Een rugzakje met kleertjes, de knuffel met de stoma, een dagboekje dat de verpleging bijhield (‘Zo schattig ben jij!’ ‘Wat doe jij het goed!’).
‘Ik moest nog kolven toen hij was overleden, want dan moet je afbouwen. Dat was iets heel raars’, vertelt ze. ‘Toen lag heel de vriezer hier vol en ik dacht: wat moet ik ermee? Weggooien was echt geen optie. Ik heb daar hard voor gewerkt, altijd met liefde gekolfd.’
Zo kwam ze op de Facebookpagina terecht en zat Claire ineens bij haar aan de keukentafel. Ze raakten aan de praat, over de zwangerschappen die ze allebei hadden moeten afbreken, over Stan, over de ziekte van Claire. ‘Ik dacht,’ zegt Lisa, ‘het is duidelijk dat de melk daarheen moet.’
Ze pakt een kistje uit de kast, waar ook ‘Stan’ op staat, en rommelt er even in. ‘Hier is het.’ Ze laat een kaart zien met een foto van Claire in het ziekenhuis, een coldcap op haar hoofd. Ze geeft de fles aan haar dochter, die een paar weken oud is. ‘Bedankt voor deze speciale melk!’ Op een andere kaart kijkt haar dochter, vijf maanden oud, in de camera met in haar mond een flesje. Het laatste flesje van de melk voor Stan.
Ze hebben nog steeds veel contact. Lisa appte Claire dit voorjaar meteen een foto toen haar dochter was geboren. En Claire appte niet veel later dat er opnieuw borstkanker bij haar was gevonden.
Deze moeders vonden elkaar in het pikdonker. Lisa hielp Claire door haar de melk te geven, maar Claire hielp Lisa net zo goed, door liefdevol om te springen met de melk die voor Stan was bedoeld. Zelfs de flesjes heeft ze niet weggegooid.
‘“Beladen melk”, dat wist ik helemaal niet’, zegt Lisa. Ze denkt even na. ‘Ja, dat is met liefde gemaakt.’
‘En met liefde gegeven’, zegt Claire. ‘En met liefde gedronken.’