Wij zijn afgeluisterd. Dit staat er op het spel in onze rechtszaak tegen het Openbaar Ministerie

Rob Wijnberg
Oprichter

Maandag 9 december start onze rechtszaak tegen het Openbaar Ministerie (OM). Het OM heeft een gesprek van journalisten van De Correspondent afgeluisterd en daarmee onze bronbescherming geschonden. Op het spel staat het recht van journalisten om in vertrouwelijkheid te kunnen spreken met bronnen, zonder inmenging van de overheid.

Het recht om in vertrouwelijkheid te spreken met bronnen zonder afgeluisterd te worden door de staat. Dat is wat er op 9 december tijdens onze rechtszaak tegen het Openbaar Ministerie op het spel staat.

Op 25 maart 2022 spraken onderzoeksjournalist Anne de Blok, adjunct-hoofdredacteur Rosan Smits en ik, hoofdredacteur Rob Wijnberg, af met Sywert van Lienden, Bernd Damme en Camille van Gestel in het kader van een mogelijke reconstructie van de beruchte ‘mondkapjesdeal’.

Dat gesprek werd, bleek later,

Vooraf was bij het OM bekend dat journalisten van De Correspondent aanwezig zouden zijn bij het gesprek en toch werd besloten de opname door te zetten, zonder daarvoor de vereiste toestemming te vragen bij de rechter-commissaris.

Dat is een grove schending van onze bronbescherming, vinden wij, óók als de bronnen in kwestie als verdachte staan aangemerkt bij het OM. Wij willen daarom dat de rechter zich uitspreekt over de mate waarin journalisten zich beschermd moeten weten tegen dergelijke afluisterpraktijken. De werkwijze van het OM is in onze ogen zeer kwalijk – voor ons als De Correspondent en evenzeer voor de journalistiek als geheel.

Van dit soort afluisterpraktijken waar journalisten bij betrokken zijn, kan namelijk een gevaarlijk chilling effect uitgaan: zonder garantie op vertrouwelijkheid wordt het voor journalisten veel moeilijker om met bronnen af te spreken en te communiceren. Dat ondermijnt ons vermogen om maatschappelijke misstanden of anderszins gevoelige kwesties boven tafel te krijgen.

In een eerste reactie op onze klacht verweerde het OM zich door te stellen dat het Het afluisteren was immers niet tegen ons – de journalisten – gericht, maar tegen onze gesprekspartners, die

Met die uitleg gaat het OM in onze ogen voorbij aan ons fundamentele recht op vertrouwelijkheid. In feite verklaart het OM hiermee journalisten vogelvrij: zolang het afluisteren tegen anderen is gericht, kunnen journalisten er niet van op aan dat ze in vertrouwelijkheid spreken.

Dat het OM het niet zo nauw neemt met het zogenoemde verschoningsrecht, bleek al eerder: het OM werd onlangs al op de vingers getikt wegens het mogelijk onrechtmatig verkrijgen van Kort daarvoor ging het OM ook al de fout in door ongeoorloofde inzage in vertrouwelijke e-mails van advocaten in zijn

Omdat nu ook de journalistieke vrijheid van informatievergaring met voeten wordt getreden, Wij weten ons daarin gesteund door Stichting Democratie en Media (SDM) en het Persvrijheidsfonds, die een deel van de proceskosten voor hun rekening nemen.

Op maandag 9 december komt de zaak voor de rechter. De verwachting is dat de rechter binnen enkele maanden uitspraak doet. Wij houden jullie, onze leden, uiteraard op de hoogte van de uitkomst daarvan.