Kijken: een jaar lang mee naar school in Japan, waar kinderen leren samenleven
Opgroeien in Japan is: bloedende knieën tot je een perfecte menselijke piramide kan maken. Samen bouwen door jezelf weg te cijferen. The Making of a Japanese, op de shortlist van de Oscars, biedt inzicht in wat we van Japanse discipline kunnen leren over samenleven. De film is een week lang exclusief te zien op De Correspondent.
Als Ema Ryan Yamazaki terugdenkt aan haar schooltijd, denkt ze aan bebloede knieën. Op haar school in Osaka, Japan, moesten zij en andere kinderen weken oefenen op de ‘menselijke piramide’. Dat betekende: vallen en opstaan, vallen en opstaan – tot er een perfecte driehoek van kinderen stond.
Voor Yamazaki begon de toren jaren later – toen ze in Amerika ging wonen – symbool te staan voor het Japanse schoolsysteem, waarin discipline, samenwerking en het collectief boven alles gaan. Want zo’n menselijke piramide, die werkt alleen als alle poppetjes perfect staan. In Amerika, leerde ze, draait onderwijs juist veel meer om zelfontplooiing. Het individu boven alles.
Eigenschappen die Yamazaki altijd had afgedaan als ‘normaal’ en ‘typisch Japans’, en waar ze vaak complimenten over kreeg in Amerika, kwamen ineens in een ander daglicht te staan. Beleefdheid, bescheidenheid, punctualiteit – ze waren niet aangeboren, maar aangeleerd, met name op school.
Yamazaki begon zich af te vragen: hoe vormt onderwijs een mens? En wat zegt dat onderwijs over hoe de maatschappij er in de toekomst uitziet? In haar zoektocht naar antwoorden besloot ze terug te gaan naar haar geboorteland, en een jaar lang het leven op een doodnormale school te volgen en dat vast te leggen op camera.
Het resultaat is de prachtige en ontroerende documentaire The Making of a Japanese, waarvan de ingekorte versie op de shortlist van de Oscars staat, en die een week te bekijken is op De Correspondent:
In de film volgen we meerdere leerlingen en docenten in Japan, en maken we kennis met hun kleine, dagelijkse rituelen. Zo krijgen de kinderen al op jonge leeftijd de verantwoordelijkheid om elkaar te beoordelen op hoe netjes ze hun schoenen in de schoenenkast plaatsen, en leren ze om in een rechte lijn door de gang te lopen. Het zijn rituelen die voor buitenstaanders waarschijnlijk fascinerend én rigide zijn, maar die perfect blootleggen hoe deze kinderen leren denken en functioneren als groep.
Als half-Japanse, half-Britse, voelde Yamazaki zich niet altijd thuis in Japan. In een samenleving waar – in haar woorden – ‘op elke spijker die uitsteekt wordt geslagen’ voelde ze zichzelf vaak die spijker, verstikt door de starre regels van de Japanse maatschappij. Maar door haar tijd in Amerika besefte ze ook welke goede kanten zo’n systeem heeft. Zonder die eigenschappen, thuis en op school aangeleerd, zou de trein in Japan waarschijnlijk nooit zo vaak op tijd zijn, de mensen er niet zo beleefd, en de straten er niet zo schoon.
Yamazaki hoopt dat de film mensen wereldwijd een spiegel voorhoudt. ‘Onderwijs gaat om meer dan alleen het stampen van kennis: het gaat over hoe we ons als individu verhouden tot een gemeenschap.’