Europa moet zo snel mogelijk eigen tech bouwen. Zolang we Silicon Valley maar niet copy-pasten

Maurits Martijn
Correspondent Beter internet

Europese leiders zijn het eens: de EU moet nú een eigen digitale infrastructuur bouwen om minder afhankelijk te worden van Amerikaanse tech. Uitstekend plan. Zolang we maar goed kijken naar Silicon Valley – als een voorbeeld van hoe het níét moet.

Hij gaat er komen: de ‘EuroStack’, het Europese technologische ecosysteem. Hoe, wat en wanneer is nog ongewis, maar het waarom wordt met de dag duidelijker: Europa is te afhankelijk van Amerikaanse technologie en de Verenigde Staten zijn onder president Donald Trump een onberekenbaar risico geworden. Daarom moet de Europese Unie zelf gaan bouwen, en snel ook.

Het gaat dan niet alleen over alternatieven voor big tech, zoals zoekmachines (Google), sociale media (Facebook, Instagram, X) en clouds (Amazon, Microsoft en Google), maar om alle lagen van de zogenoemde stack: van fysieke infrastructuur en chips tot software en toepassingen. De EU is een kleine speler in al die lagen, en functioneert niet zonder de tech uit de VS.  

Over de noodzaak van de EuroStack bestaat tot op het hoogste politieke niveau consensus. Zo heeft de Europese Commissie sinds een paar maanden een heuse Eurocommissaris technologische soevereiniteit, de Finse vicepresident Voor de Franse president  en de waarschijnlijke volgende Duitse bondskanselier  is Europa’s (digitale) soevereiniteit absolute topprioriteit. En in Den Haag eiste een  we moeten van het Amerikaanse techinfuus af en investeren in alternatieven.

Diezelfde boodschap verkondigde een bonte verzameling spelers uit de Europese techindustrie afgelopen maandag  De brief werd ondertekend door Europese techbedrijfjes als Nextcloud (Duits, cloud) en Proton (Zwitsers, e-mail), grote bedrijven als Airbus (Europees, defensie) en Dassault Systèmes (Frans, software), Nederlands internetknooppunt AMS-IX en allerlei lobbyclubs.

‘Het is tijd voor radicale actie’, aldus de negentig partijen. ‘Wat het bedrijfsleven nodig heeft, is een pragmatische strategie voor industriepolitiek om onze afhankelijkheden van kritische technologieën te verminderen.’

Laten we Silicon Valley niet copy-pasten

Als correspondent Beter internet juich ik deze ontwikkelingen toe. De directe aanleiding is zorgelijk, maar de noodzaak voor een andere, Europese tech was er al lang vóór Trump. Dus ja, kom maar op met die EuroStack.

Toch zie ik ook risico’s in dit breedgedragen EuroStack-enthousiasme. Namelijk: dat de EU Amerikaantje gaat spelen. Dat, simpel gezegd, het Silicon Valley-model wordt gekopieerd en over het Europese continent wordt uitgerold.

Dat we gaan bouwen, bouwen, bouwen, en uit het oog verliezen wat Amerikaanse tech – naast mooie, glimmende apparaten, handige apps en soepele mailprogramma’s – nog meer heeft gecreëerd: massale surveillance, grootschalige privacyschendingen, privatisering van kennis, een uitgehold medialandschap en monopolievorming. 

Die gevolgen zijn niet inherent aan de technologie, maar hangen samen met politiek-economische keuzes. Het valt daarom te hopen dat de beleidsmakers, financiers en bouwers van de EuroStack evenveel nadenken over regulering, durfkapitaal, verdienmodellen en aandeelhoudersstructuren als over de technologie. En dat ze daarbij goed kijken naar Silicon Valley, als een voorbeeld van hoe het níét moet. 

Het is in ieder geval veelbelovend dat een aantal van de interessantste Europese denkers zich óók  Zij formuleren plannen voor een daadwerkelijk Europese digitale infrastructuur,

Hopelijk luistert de Europese Commissie naar hen voor het hoe en het wat van de EuroStack.

Deze update verscheen eerder in mijn nieuwsbrief over de macht, de mythes en de mogelijkheden van technologie.