Steeds dacht ik: later herinnert hij zich dit niet. Later zal hij zich een andere eerste winter met sneeuw herinneren. Niet deze. Alsof alleen de momenten tellen die we onthouden.

Uit: van Jannah Loontjens.

In de jaren tien en twintig van de vorige eeuw trokken welgestelde zwangere vrouwen van over de hele wereld naar de Frauenklinik, een vrouwenziekenhuis in Freiburg, Duitsland. Ze kwamen daar voor een medisch wonder: bevallen zonder pijn. De behandeling, bekend als Dämmerschlaf – of Twilight Sleep, zoals het in Amerika ging heten – werd uitgevoerd door Bernhard Krönig en Carl J. Gauss, de dienstdoende artsen van het ziekenhuis.

De ‘patiënten’ kregen, tijdens hun bevalling, een combinatie van morfine en scopolamine toegediend, een cocktail die geheugenverlies veroorzaakte. Om er zeker van te zijn dat de vrouwen in een constante staat van vergeting verbleven, werd hen om het halfuur een geheugentestje voorgelegd; waar nodig werd de dosering opgevoerd. Was de baby eenmaal geboren dan werd hij onmiddellijk meegenomen naar een ander kamertje, zodat de moeder geen gehuil zou horen.

De vrouwen, schreven twee enthousiaste Amerikaanse feministen in 1914 in het tijdschrift McClure’s, ‘ontwaakten blij en opgewekt en gezond van lichaam en geest; en troffen, met ongelovig plezier, hun baby’s aan, helemaal aangekleed en aan hen gepresenteerd op een

Vergeten als zegen

Bij Twilight Sleep was het dus niet zozeer de pijn zelf die werd uitgeschakeld, maar de herinnering aan die pijn. De ervaring bleef intact, maar de link die, in het geheugen, naar die ervaring verwees, werd doorgeknipt, uitgeschakeld. In onze tijd, van eindeloze dataopslag en life logging en mensen die het hele internet lijkt ‘vergeten’ vooral een kwaal, een falen, iets om tegen te vechten. Voor de jonge moeders en feministische activisten van toen was het echter een zegen.

De aanstootgevende informatie blijft bestaan, maar de link er naartoe wordt opgeheven

Sinds afgelopen mei hebben Europeanen het ‘recht om vergeten te Het Europese Hof van Justitie gaf Google de opdracht om links naar verouderde informatie over een Spaanse man te verwijderen. Vervolgens ontwierp de zoekgigant een online formulier waarop iedereen in de EU soortgelijke verzoeken kan Sindsdien heeft Google 120.000 vergeetverzoeken ontvangen, waarvan ongeveer de helft is ingewilligd. Het principe is hetzelfde als bij Twilight Sleep: de aanstootgevende informatie blijft bestaan, maar de link ernaartoe wordt opgeheven. In de praktijk betekent dat bijna net zoveel als ophouden te bestaan: wat niet wordt onthouden, is zo goed als

(Overigens was Twilight Sleep tegen het eind van de Eerste Wereldoorlog al weer uit de gratie. Deels omdat vrouwen die de behandeling hadden ondergaan vaak twijfelden of hun kind wel echt van hen was; maar ook omdat de baby’s ernstige ademhalingsproblemen kregen door de toegediende medicatie en dat was nou ook weer niet de bedoeling.)

Mijn verdwenen zomers

Wat je niet onthoudt, bestaat niet. Er was een tijd waarin ik me nog bijna elke zomer uit mijn leven kon herinneren – waar ik in jaar x of y op vakantie was geweest of, als ik niet op vakantie was geweest, wat ik dan wel had gedaan; op wie ik toen verliefd was, met wie ik ruzie had en waarover, welke muziek er bij die tijd hoorde, wat voor schoenen ik droeg. Sinds een paar jaar kan ik dat niet meer – en dat komt niet alleen door het op zichzelf al vrij treurige feit dat, op een bepaald moment in de gang naar volwassenheid, de zomer ophoudt een afgebakend seizoen te zijn.

Veertien jaar aan ervaringen, gereduceerd tot een handvol momenten, sensaties en beelden

De voornaamste reden dat mijn zomers weg zijn is, vrees ik, simpel: ik word ouder. Er liggen steeds meer jaren achter me en die passen niet langer allemaal in mijn hoofd. Overigens geldt dat niet alleen voor zomervakanties. Ik heb zes jaar op de middelbare school gezeten, drie jaar in Limburg gestudeerd en vijf jaar in Amerika gewoond. Veertien jaar aan ervaringen, in mijn herinnering gereduceerd tot een handvol momenten, sensaties en beelden. Hoe het voelde om ’s ochtends in het donker naar school te fietsen. Hoe de zon op mijn gezicht scheen wanneer ik de Maas overstak. Het geluid van bonen die gemalen werden in een bepaalde koffiezaak.

Van de kleuterschool en de basisschool herinner ik me nog minder: het enige wat ik me levendig voor de geest kan halen is de teleurstelling die ik voelde, ergens toen ik zes of zeven was, over de discrepantie tussen de tekening in mijn hoofd en het rommelige, onbeholpen resultaat dat uiteindelijk op papier verscheen.

Honderden, duizenden ervaringen heb ik gehad – maar zonder een herinnering eraan zijn ze weg, kwijt, verdwenen, opgelost in een mistig vergeten.

Op slechte dagen, en op veel neutrale dagen trouwens ook, maakt dit besef me moedeloos. Alsof ik het allemaal net zo goed niet had kunnen meemaken, als ik er nu toch niets meer van weet. Wat was het doel van zes jaar lang, dag in dag uit naar school te gaan, als die zes jaar nu zijn samen te vatten in een paar onbeduidende momenten? Als ik me zelfs het Periodiek Systeem der Elementen, zo eindeloos uit mijn hoofd geleerd, niet eens meer kan Wat is het nut van meedoen aan een literaire avond, als de kans aanzienlijk is dat ik die avond over dertig jaar volledig kwijt ben? Waarom nog romans lezen, als er van het merendeel waarschijnlijk niets, maar dan ook niets zal blijven hangen?

Andere, oudere, vermoeidere ouders

Dat zulke gedachten behoorlijk doelloos zijn begrijp ik zelf ook wel. Zou ik deze ‘logica’ namelijk doorvoeren, dan hoef ik de komende vier jaar ook niets te ondernemen met mijn dochtertje. Geen Sinterklaas vieren, geen verjaardagen, niet naar de dierentuin en geen boekjes voorlezen. Ze zal er toch niets van onthouden. Een andere dag wordt straks haar eerste sneeuwdag; andere, oudere, vermoeidere mensen worden de ouders in haar herinnering, niet de relatief jonge en relatief energieke mensen die we nu nog zijn.

Toch gaan we, ondanks onze collectieve en massale amnesie, allemaal door, elke dag weer, met opstaan en tanden poetsen en ontbijten. Beginnen we iedere dag opnieuw aan activiteiten die we niet zullen onthouden. Schrijven we gedichten die bestemd zijn vergeten te worden, voeren we gesprekken waar straks geen enkele link naar zal verwijzen.

Misschien is een vrouw die haar bevalling vergeet nog steeds bevallen

Misschien is dat struisvogelpolitiek. Oogkleppenwerk. Of misschien zijn ervaringen ook iets waard op zichzelf, niet alleen wanneer er een herinnering van wordt aangemaakt. Een kind dat later niet meer weet dat het ooit in de sneeuw heeft gespeeld, speelt nú wel in de sneeuw. En dat spelen telt mee, in elk geval op dit moment. Misschien is een boom die valt zonder dat iemand het hoort, nog steeds gevallen. En een vrouw die haar bevalling vergeet, nog steeds bevallen.

In het geval van de Twilight Sleep hielp het in elk geval tegen de pijn, al waren de overige consequenties – twijfels over het ouderschap, zieke baby’tjes – niet ideaal. Het recht om vergeten te worden erkent dat een selectief collectief geheugen de beste bescherming biedt tegen slechte reputaties.

Het hulpeloze kind

Misschien is het maar goed ook dat mijn dochter zich deze tijd straks niet zal heugen. Dat haar ‘herinnering’ aan de eerste paar jaar van haar leven zal bestaan uit verhalen die wij haar gaan vertellen, over de eerste keer dat ze sneeuw zag – die dag moet trouwens nog komen – of hoe ze van enthousiasme haar hele broek onder poepte toen ze voor het eerst het aquarium van de dierentuin bezocht.

Uiteindelijk bestaat het leven van een baby immers grotendeels uit ongemakken en tranen – huilen van vermoeidheid, huilen van de honger, niet zelf kunnen lopen, niet zelf een glas melk in kunnen schenken, niet kunnen praten, niet begrepen worden. Wie wil zich zo’n totale hulpeloosheid überhaupt herinneren? Is het niet juist fijn dat de verwijzingen naar een zo mensonterend bestaan verloren gaan, misschien niet eens worden aangemaakt?

Je mist meer dan je meemaakt, dichtte Martin Bril ooit: helemaal niet erg. Ook vergeet je bijna alles wat je meemaakt. En dat is soms hartverscheurend, maar vaak ook helemaal niet erg.

Deze column droeg ik eerder deze week voor tijdens een rondom Misschien Wel Niet, de nieuwe roman van

Waarom we niet alles kunnen bewaren Ontzamelen is ook een soort ‘vergeten’, daarom hebben veel mensen en instituten er moeite mee. Toch gebeurt het steeds meer, want na anderhalve eeuw verzamelen zitten de depots van Nederlandse musea en gemeenten overvol. Is ‘ontzamelen’ het verzamelen van de toekomst? Lees hier over de stichting Onterfd Goed. Hoe wapenen we ons tegen de machine die nooit iets vergeet? De Amerikaanse hoogleraar en activist Eben Moglen wil ons wakker schudden over de gevaren van de surveillancestaat. ‘Met de technologie van de NSA is het mogelijk om de menselijke vrijheid uit te roeien. Onze gedachten verdwijnen in een machine die nooit vergeet.’ Lees het stuk hier terug Lijden we straks allemaal aan digitaal geheugenverlies? Vorige maand zond VPRO Tegenlicht Digitaal Geheugenverlies uit, een documentaire over de beloftes en gevaren van de digitalisering van erfgoed. Om zowel ons persoonlijke als ons collectieve geheugen veilig te stellen, leunen we steeds zwaarder op computers, harddrives en de cloud. We willen en kúnnen alles bewaren – of toch niet? Lees mijn bespreking van Digitaal Geheugenverlies hier terug