Het menselijke gezicht van ING hangt nu in een museum
De tentoonstelling The Hidden Picture in het Cobra Museum in Amstelveen toont werken uit de bedrijfscollectie van ING. Normaal zijn die werken alleen te zien voor werknemers van de bank, nu kan ook het publiek ze bekijken. En niet alleen om te pleasen.
Het gezicht van de bank heeft een baard. Ook draagt hij een Russische bontmuts en een Italiaanse zonnebril. Vanaf een spiegelend vlak kijkt hij je aan, met een droge, ietwat verveelde blik. ‘Zelfportret met zonnebril,’ een zeefdruk op roestvast staal van de Italiaanse kunstenaar Michelangelo Pistoletto uit 1973, is het openingsbeeld van de tentoonstelling The Hidden Picture in het Cobra Museum in Amstelveen.
Normaal hangt Pistoletto’s zelfportret in het ING-hoofdkantoor van België, op het Koningsplein in Brussel. Het behoort tot de bedrijfscollectie van de bank. Maar omdat de ING Collectie haar veertigste verjaardag viert is het nu voor iedereen ontsloten – samen met nog ruim vijftig kunstwerken van de in totaal 15.000 over 550 kantoren ter wereld verspreide verzameling.
Vergeleken met overheden, musea en particulieren zijn bedrijven relatieve nieuwkomers in de verzamelwereld. De Vereniging Bedrijfscollecties Nederland, opgericht in 2005, telt vijftig leden die gezamenlijk meer dan honderdduizend kunstwerken bezitten. De meeste bedrijven begonnen in de jaren zeventig van de vorige eeuw met het aanleggen van kunstcollecties.
‘Het doel,’ vertelt Sanne ten Brink, hoofdconservator van de ING Collectie, was ‘een positieve werksfeer creëren voor de werknemers. Omdat kunst stimuleert en je op andere gedachten kan brengen.’ In de jaren daarna kregen bedrijfscollecties er steeds meer functies bij: vanaf de jaren tachtig fungeerden ze ook als ‘visitekaartje’ en sinds de jaren negentig geldt het verzamelen van kunst ook als een vorm van ‘corporate social responsibility.’ ‘Met een terugtrekkende overheid die minder geld beschikbaar stelt voor kunst en cultuur’, zegt Ten Brink, ‘is het belangrijk dat een bedrijf daar verantwoordelijkheid in neemt.’
Aankoopbudget: nul euro
Toch zijn het ook voor bedrijfscollecties geen gemakkelijke tijden. Vorige maand nog sloot de Rabobank haar Kunstzone, een openbare tentoonstellingsruimte in het hoofdkantoor in Utrecht, en maakte het bedrijf bekend te gaan bezuinigen op de bedrijfscollectie. ABN Amro, Achmea, KPN en andere bedrijven kondigden in de afgelopen paar jaar bezuinigingen op hun collecties aan. Nu bedrijven krimpen, bonussen bekritiseerd worden en overheden banken overeind moeten houden, zo lijkt de achterliggende gedachte, geeft het geen pas om onverminderd geld te blijven uitgeven aan zoiets frivools als kunst.
Ook bij de ING Collectie bedraagt het aankoopbudget al vijf jaar nul euro. Wel reikt de bank prijzen uit en geeft het opdrachten aan beginnend kunstenaars door hen in contact te brengen met ‘private banking-relaties.’ En kunstenaars wier werk al in de collectie zit, krijgen een publiek podium doordat ING van tijd tot tijd werken tentoonstelt in publieke musea, zoals nu dus met The Hidden Picture.
Naast een podium voor hedendaagse kunstenaars – de tentoonstelling bevat onder meer werken van Elly Strik (1961), Philip Akkerman (1957), Christian Boltanski (1944), Roni Horn (1955), en William Monk (1977) – is The Hidden Picture de eerste gelegenheid waarbij de collectie, die in veertig jaar tijd door verschillende fusies en overnames uitgroeide tot de grootste, maar ook een van de meest diverse bedrijfscollecties van Nederland, ‘als één gezicht naar buiten treedt.’
En dat gezicht moet dus, vertelt Ten Brink, ‘aanzetten tot reflectie.’ Niet voor niets is het zelfportret van Pistoletto, waar de tentoonstelling mee opent, ‘letterlijk een weerspiegeling.’ Het is ook een portret, net als het merendeel van de werken in de tentoonstelling én in de collectie: ‘Het menselijk gezicht en persoonlijkheid zijn erg belangrijk voor de bank.’
Alles bij elkaar
Wat niet wil zeggen dat de collectie er alleen is ‘om te pleasen’. Neem de installatie Sans-souci uit 1991, van Christian Boltanski. Dit werk bestaat uit 115 zwart-witkiekjes van nazi-officieren op hun vrije dag. ‘Je kan je afvragen waarom je zoiets als bank koopt, maar het daagt ontzettend uit, het zorgt ervoor dat je gaat nadenken over subjectiviteit, objectiviteit en berichtgeving. Het maakt duidelijk dat er meerdere verhalen mogelijk zijn.’
Dat laatste zou je eigenlijk over de ING Collectie als geheel kunnen zeggen. Die is immers opgebouwd uit verschillende verzamelingen en bevat zowel figuratieve als abstracte kunst, foto’s, schilderijen, sculpturen en video-installaties. In The Hidden Picture hangt het allemaal bij elkaar – nog tot en met 4 januari, want daarna vliegen de werken weer uit naar de werkkamers, lobby’s en vergaderruimtes van de vele kantoren van de bank.