Ik heb deze week geld gedoneerd voor de strijd tegen ebola. Dat is hard nodig. Er is een verschrikkelijke ramp gaande en er is veel te weinig geld beschikbaar om die effectief te bestrijden.

Ik heb deze week ook een heel geschreven over de organisatie achter Giro555, de Samenwerkende Hulporganisaties, die zich inzet om meer geld voor de strijd tegen ebola in te zamelen.

Het was dan ook een dilemma om dit artikel te publiceren. Het is niet mijn doel om de ebolageldinzamelactie te ondergraven, integendeel. Maar wanneer het Nederlandse publiek geld doneert, lijkt het me belangrijk dat het weet welke onafhankelijke adviezen op tafel liggen om dat geld effectiever te verdelen. Vooral als die adviezen door de hulporganisaties genegeerd worden.

Het is niet mijn doel om de ebolageldinzamelactie te ondergraven

Kritiek op hulporganisaties is makkelijk te uiten – ze reageren te traag, zijn te bureaucratisch, hebben een klevende strijkstok. Maar de chaos van de rampgebieden waarin ze functioneren wordt vaak niet meegewogen in dergelijke kritiek. Ik ben dan ook niet van mening dat de tien organisaties achter Giro555 het geld dat zij ontvangen slecht besteden. Het zijn stuk voor stuk capabele organisaties, die dat ook moesten aantonen voordat ze werden toegelaten tot de Giro555-club.

Maar de manier waarop het geld van Giro555 verdeeld wordt, moet worden verbeterd. Juist doordat rampgebieden moeilijke werkterreinen zijn, moet er gekeken worden wie het best in een specifieke context kan werken. Als dat zou gebeuren, op een onafhankelijke manier, zou het ingezamelde geld van Giro555 effectiever besteed kunnen worden. En dat lijkt me voor iedereen beter.

Na een halfjaar onderzoek naar de noodhulpsector komt het voor mij niet uit de lucht vallen dat het de verschillende Nederlandse hulporganisaties niet lukt goed samen te werken. Het is een probleem dat ook op speelt: hulporganisaties vechten niet alleen voor hun slachtoffers, maar ook voor hun eigen bestaansrecht. En dan is het moeilijk anderen iets te gunnen, om de kwaliteiten van een ander te erkennen, of het vertrouwen in elkaar te hebben om echt samen te werken. Het lijkt mij fantastisch als Nederland een voortrekkersrol zou kunnen spelen in het veranderen van deze houding.

Terug naar de ebolaramp in West-Afrika. Ik heb geprobeerd te doen wat Giro555 nu niet doet: kijken naar de context. En daarop gebaseerd heb ik deze week gedoneerd aan Artsen zonder Grenzen, dat niet meedoet aan Giro555. Niet omdat ik denk dat het geld via Giro555 niet goed terechtkomt, maar omdat ik denk dat Artsen zonder Grenzen in dit rampgebied de beste uitgangspositie heeft en het grootste verschil kan maken. In een andere ramp was mijn afweging anders uitgevallen. Voor de slachtoffers van tyfoon Haiyan op de Filipijnen zou ik wél voor Giro555 zijn gegaan. Maar de context van een ramp maakt dat hulp er niet altijd hetzelfde uitziet.

Hoe werken de Samenwerkende Hulporganisaties precies? Hoe werkt de stichting, die verantwoordelijk is voor het inzamelen, verdelen en verantwoorden van het geld dat wij op 555 storten? Lees hier hoe de Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) georganiseerd zijn