Omdat het alweer de tweede week van het nieuwe jaar is, zijn ik en mijn goede voornemens inmiddels verschoven van het schap met naturel rijstwafels naar het schap met rijstwafels met een laagje plezier erop. Ik sta de calorieën van crackers met kaaspoeder te vergelijken met de calorieën van crackers met caramelpoeder, als ik achter me een ‘Heeeeey’ hoor. Het is een ‘Heeeey ik ken je wel ergens van maar ik ben je naam even kwijt maar als ik je zomaar voorbij zou lopen is dat ook weer raar dus ik blijf maar e’s achter de ‘h’ aan plakken tot jij op mij reageert,’ dus ik draai me om en probeer het meisje te herkennen.

Het lukt niet. Toch zeg ik hoi.

Ze kijkt me aan alsof ik nieste zonder mijn hand voor mijn mond te doen, loopt me voorbij en zegt nog een keer ‘Heeey,’ blijkbaar tegen een meisje in een supermarktschort dat vleeswaren vanuit een krat in een schap staat te laden.

Ze kijkt op van haar gebraden gehakt. ‘Heeey, alles goed?’

Het meisje dat mij niet moest hebben zegt: ‘Noh. Ik zie het ineens.’

‘Ja?’

‘Je lijkt echt op je moeder, joh.’

‘Ja?’

‘Hoe is het daarmee?’

‘Nou, wel iets heel anders dan de vorige opleiding, dat wel. Maar ik moet nog even kijken’

‘Ja goed, ze heeft een nieuwe vriend en... ’

‘Jij dan? Verliefd, verloofd, getrouwd?’ Ze loopt om het vleeswarenkrat heen en tilt de hand van het supermarktmeisje op. ‘Nee dus, ach ja.’

‘Nee.’

‘Want de vorige keer dat ik je sprak was je nog met dinges, toch?’

‘Erik.’

‘Nee, nee, ik bedoel...’ Ze knipt in haar vingers en staart naar het systeemplafond voor het antwoord.

‘Ik denk dat je Erik bedoelt.’

‘Eeerik, ja!’

‘Dat is uit. Hij ging toen naar Nijmegen en...’

‘Zit jij nog op school?’

‘Nee, ik begin in september weer. Heb nu een tussenjaar. Lekker geld verdienen.’

‘O ja, hier natuurlijk.’

‘Natuurlijk.’

Het supermarktmeisje probeert nonchalant tegen haar krat aan te leunen, maar haar elleboog schiet van het zwarte plastic af. Ze glimlacht breed en vraagt: ‘Wat doe jij nu dan?’

‘Weet je al welke opleiding je gaat doen in september?’

‘Nou, wel iets heel anders dan de vorige opleiding, dat wel. Maar ik moet nog even kijken.’

‘Leuk joh. Je lijkt wel echt op je moeder hoor, bizar.’

‘Maar hoe is het met jou dan?’

‘Super! Maar ik moet echt gaan eigenlijk, mijn parkeertijd loopt af.’

‘Ja, nee, natuurlijk.’

‘Oké doei! En de groetjes aan Erik hè!’

Iemand die ik niet ken: Monsieur Elke twee weken schrijf ik over een moment dat ik deelde met iemand die ik niet ken. Een ontmoeting die de betovering verbrak, of het ongrijpbare verklaarde. Deze week een ontmoeting vanuit Parijs: die met Monsieur. Lees hier de vorige Ontmoeting terug