We leven in het tweede interbellum
Een kunstenaar blikt vanuit 2063 terug op hoe het Europa sinds de grote crisis van de jaren tien is vergaan. Zijn uppercut komt hard aan.
Het is al te laat om Europa nog te redden. In het Huis van Europa in Ballingschap kijkt de Vlaamse kunstenaar Thomas Bellinck vanuit 2063 terug op het dan in duigen gevallen Europese project. Halfslachtige reddingspogingen die in onze tijd zijn gedaan, zoals een bankenunie, hebben niet kunnen voorkomen dat de financiële crisis is uitgemond in een totale vertrouwenscrisis tussen de Europese volkeren. Na de grote recessie volgde de grote oorlog. Althans, daar hinten de teksten naar die in de kamers van het huis hangen. Ze reppen van ‘het einde van het tweede interbellum.’
Wat had ik graag een bezoek aangeraden aan het in een slooppand aan de Kloktoren in Brussel gevestigde Domo de Europa en Ekzilo (de naam is in het Esperanto). Maar op 29 september sloten de deuren van de tentoonstelling. Waarschijnlijk komt er een reprise bij het filmfestival van Rotterdam en de Wiener Festwochen. Wie dan zijn kans grijpt, ondergaat een even schitterende als beklemmende ervaring.
In de eerste kamers neemt Bellinck de bezoeker mee in het idealisme van de grondleggers van Europa. ‘De stamvaders van de Europese Unie hadden de burgeroorlogen van 1914-1918 en 1940-1945 zelf aan den lijve meegemaakt. Ze werden allen gedreven door dezelfde gedachte: gewelddadige conflicten, geboren uit nationalisme, konden alleen worden opgelost door dat nationalisme te overstijgen,’ noteren de toekomstige ‘Vrienden van een Herenigd Europa’ aan wie Bellinck de expositie toeschrijft. Maar de oorlog raakt snel vergeten en de Unie ontaardt in een bureaucratisch project. In de Kamer van de Richtlijnen en Verordeningen exposeert de kunstenaar enkele van de meest absurde Brusselse voorschriften zoals de precieze omvang en vorm die een prei moet hebben om een prei te mogen heten. Gemakzuchtige kritiek op de Brusselse bureaucratie valt hem evenwel niet aan te wrijven. We lezen ook dat het almaar uitdijende universum van Europese wetteksten in beginsel een nobel doel had: de strijd tegen consumentenbedrog, discriminatie en oneerlijke concurrentie aanbinden.
De laatste Kamer van het huis komt als een mokerslag aan. Na het lezen van een plakkaat over ‘2009-2015. De Europese Zelfmoordgolf’ treden we een aardedonkere ruimte binnen. Via een gat in de muur valt op één plek op de vloer net voldoende licht om daar een brief te lezen aan Lucas die uit het leven is gestapt. De schrijver kan het beeld van de vier zonen die hem moesten torsen niet van zich afschudden.
Voor wie het te veel is geworden, schenkt Bellinck persoonlijk in de bar een borrel in.
Voor wie het te veel is geworden, schenkt Bellinck persoonlijk in de bar een borrel in. Of Lucas bestaat, doet er niet toe, zegt hij eerst. Even later vertelt hij dat hij de naam veranderd heeft maar de vader van een vriend in gedachten had wiens tomatenkwekerij de concurrentie met Almeria niet meer aankon. Nee, hij is geen doemprofeet, zegt hij, hij wil de bezoeker wakker schudden. Een kunstwerk is geen pamflet. Toch is er geen ontsnappen aan de boodschap dat het fataal is dat Europa haar sociale hart is verloren en zich heeft vernauwd tot een neoliberaal project dat louter nog gericht is op vrijhandel en begrotingsdiscipline. Een loopplank leidt de bezoeker een zwarte doos binnen. Daarin het huis van een van de tienduizenden illegalen die onder mensonterende omstandigheden in de Zuid-Spaanse regio Almeria de tomaten kweken die wij het hele jaar tegen dumpprijzen willen consumeren.
Kort na mij komen ook enkele ambtenaren van de Europese Commissie de bar binnengelopen. Ze zien er aangeslagen uit en lusten wel een Sloveense likeur. Het blijken medewerkers van een van de communicatiediensten van de Unie. ‘Als er één ding is dat we in de afgelopen jaren hebben geleerd, is dat reclamespotjes en affiches niets helpen, als je geen verhaal hebt dat appelleert,’ zegt een van hen enigszins mistroostig. Dé grote opdracht van Europa op dit moment is het vinden van een verhaal dat wél aanspreekt, vinden ze. Want anders kan de waarschuwing van Bellinck wel eens werkelijkheid worden en naderen we het einde van het tweede interbellum.