Wat zeg je? Je gaat - net als zo’n - niet stemmen op 18 maart?

Lariekoek.

Je gaat wel degelijk stemmen op 18 maart.

Of wilde je soms beweren dat je die bewuste woensdag plotseling:

  • Geen boodschappen gaat doen?
  • Niet naar je werk gaat?
  • De kinderen thuishoudt?
  • De verwarming uitdraait?
  • De auto laat staan?
  • De stekker uit de televisie trekt?
  • Het internet links laat liggen?
  • Je smartphone de deur uitdoet?
  • Dat goedkope T-shirt in de kast laat hangen?
  • De laatste roddels op Nu.nl negeert?

Je stemt iedere dag. De hele dag door.

Curieus genoeg ervaren we dat niet zo. Stemmen is iets wat we uitbesteed hebben aan een formele procedure, waar we eens in de zoveel tijd aan worden herinnerd door een stembiljet in de post en wat luider-dan-gewoonlijk politiek gekwetter op tv. O ja, denken we dan: verkiezingen. Er moet weer een biljetje door een bus worden geduwd. Moet het weer wel meezitten. En de stembus op de route zijn.

Er moet weer een biljetje door een bus worden geduwd. Moet het weer wel meezitten

En als we niet stemmen? Ach ja, zoveel had het ook niet uitgemaakt, denken we dan, terwijl we in dezelfde auto naar hetzelfde werk rijden, om hetzelfde eten in dezelfde supermarkt te kopen, om ’s avonds met hetzelfde bord op schoot dezelfde troep op tv te kijken, alvorens op hetzelfde matras in slaap te sukkelen. Nee, er verandert inderdaad niet bijster veel.

Hoe zou dat toch komen?

Omdat we niet doorhebben dat de werkelijke verkiezingen buiten het stemhokje worden gehouden.

Als de verkiezingsposter van een partij er zo had uitgezien, had je er dan op gestemd?

Als niet, waarom stem je er dan wél steeds op, door er dag in dag uit je boodschappen te doen?

En als dit de verkiezingsposter was geweest, had het dan jouw stem gekregen?

Nee? Waarom stem je er dan wél steeds op door er elke dag, op een verveeld moment, even op te klikken?

De reden is: we hebben de economie gedepolitiseerd en de politiek geëconomiseerd. De economie, die draait in onze beleving enkel om onszelf - de individuele consument. De gevolgen van ons werk, onze consumptie en ons spaargeld voor anderen, voor de samenleving, voor de wereld als geheel, scharen we er niet onder. De politiek, op haar beurt, draait enkel nog om de economie: als het koopkrachtplaatje er maar fraai uitziet en de 3-procentsnorm maar wordt gehaald.

In feite wordt nergens nog politiek bedreven.

We hebben de economie gedepolitiseerd en de politiek geëconomiseerd. In feite wordt nergens nog politiek bedreven

Maar de politiek is natuurlijk meer dan economie en, belangrijker nog, de economie is juist politiek. Zolang we niet erkennen dat een oude thermostaat een stem op Gazprom’66, een goedkope kiloknaller een stem op de PVVeehouderij, een muisklik op junknieuws een stem op de Partij van de Achterklap en een spaarrekening bij een grijze bank een stem op GroenNiks is - nee, dan verandert er inderdaad weinig.

Het probleem is alleen: omdat onze consumptie apolitiek en geïndividualiseerd is, is het bijna zeker een vruchteloos pad om mensen op te roepen de wereld te veranderen door hun eigen koopgedrag aan te passen. Het marxistische gezegde luidt dat het persoonlijke politiek is, maar tegenwoordig is het politieke vooral alleen maar persoonlijk - en dus tot weinig in staat.

Want in theorie zijn we weliswaar allemaal meesters van de vrije markt: als wij collectief iets niet meer kopen, is het de volgende dag nog uit het schap. Maar in de praktijk ervaren we onszelf als atomische onderdelen van een niet-bestaand groter geheel: wat helpt het, denk je dan algauw, als alleen ik aan de Fairphone of uitloopkip ga?

Maar dat grotere geheel bestaat stiekem natuurlijk wél: allemaal zijn we heimelijk lid van de benzinevereniging, lagelonenclub en CO2-sociëteit. Consumptie - of dat nu van energie, vlees, nieuws of onderwijs is - zou in onze taal en beleving meer gepolitiseerd moeten worden, wil het ooit als stemmen voelen.

Zal dat gemakkelijk gaan? Onmiddellijk resultaat opleveren? Door iedereen enthousiast omarmd worden? Nee, geenszins en zeker niet. Maar het alternatief is dat we als de ‘politieke integriteit’ van onze volksvertegenwoordigers weer eens in het geding is, terwijl we tegelijkertijd iedere dag op ons werk, op internet en voor het vleesschap het verkeerde stembiljet invullen en dan klagen dat ‘de politiek’ niet luistert.

Wie niet gaat stemmen, kan de Stemwijzer laten voor wat ’ie is. Maar kijk dan wel nog even naar het boodschappenlijstje.

Want stemmen zal je.

Democratie: stemmen op wat je al vindt om te behouden wat er al is Politici vinden wat kiezers willen horen. Media schrijven over waar men over praat. Kiezers vinden belangrijk waar media over schrijven. Maak kennis met de Cirkeldriehoek van de Stilstand, die ervoor zorgt dat er nooit écht iets verandert in Nederland. Lees hier mijn vorige column over de verkiezingen terug Hoezo, we zijn geen collectief? Hoeveel mensen zijn er betrokken bij het maken van een potlood? Of bij het totstandbrengen van een taxirit? Het antwoord schuilt in wat je een Wereldwonder Beter Bekend Als Het Dagelijkse Leven kunt noemen: de ongekende mate van samenwerking tussen mensen. Lees hier mijn essay over menselijke samenwerking terug