Toen de Belgische koning Leopold II in de negentiende eeuw de Congo wilde veroveren, stuurde hij journalist en ontdekkingsreiziger Henry Morton Stanley op pad. Stanley trok de machtige rivier op en hoe dieper hij Afrika in reisde, hoe groter zijn stapel contracten werd. Ieder dorpshoofd dat hij tegenkwam liet hij namelijk een document tekenen, waarmee de analfabete leiders hun land aan Leopold II afstonden.

Dat was kolonialisme. Dat was toen. Denk je. Tot je de nieuwe film van ziet.

We zitten onder een met een Zuid-Soedanees dorpshoofd dat ons een contract laat zien. Een regeringsleider en een blanke man kwamen een paar weken eerder naar zijn dorp. ‘Ze zeiden dat ik de enige was die nog moest tekenen,’ zegt hij.

Een tolk vertaalt voor hem wat er in het Engels - een taal die het dorpshoofd spreekt noch leest - in het contract staat. Het dorpshoofd heeft met zijn handtekening 600.000 hectare land (een gebied groter dan Noord- en Zuid-Holland samen) verpacht aan een Amerikaans bedrijf, dat voor een luttele 25.000 dollar de komende honderd jaar de rechten heeft alle natuurlijke hulpbronnen van het land te exploiteren.

Kolonialisme. En dit is nu.

De documentaire We Come As Friends, die deze maand op het Movies That Matter Festival in Den Haag draait, gaat over hedendaags kolonialisme. Locatie: Zuid-Soedan, het epicentrum van een wedstrijdje touwtrekken tussen Amerika en China. Inzet: grondstoffen, invloed, dominantie.

Vimeo
De trailer van We Come As Friends.

Natuurlijk, we lezen weleens dat China in Afrika naar olie boort, dat Amerikaanse missionarissen Afrikaanse dorpen willen bekeren, of dat westerse zakenmannen en Afrikaanse politici veel te gezellig met elkaar optrekken. Ja, dat lees je weleens. Maar zelden ben je zo dichtbij geweest als je naar We Come As Friends kijkt.

Ineens sta je in de bulletproof recreatieruimte van de Chineze olieboorders, lekker een potje te poolen. Of toont een lokale chief zijn geheel vervuilde land, waar zijn kinderen verminkt geboren worden.

Het vliegtuigje van Sauper

Hoe komt Sauper toch zo dichtbij? Het antwoord is even absurd als fantastisch: met een piepklein, zelfgebouwd vliegtuigje. Het brengt hem op de meest afgelegen plekken. Als een buitenaards wezen in een ruimteschip daalt hij neer.

Het vliegtuig is een metafoor, natuurlijk. Zoals Sauper nu als buitenaards wezen een vreemd land binnenkomt, zo kwamen vroeger, en komen nog altijd, de kolonisten. Voedselhulp komt in dit deel van de wereld als bommen uit de buiken van vliegtuigen vallen. Het vliegtuig is hét symbool van de westerse dominantie over Afrika.

Zoals Sauper nu als alien een vreemd land binnenkomt, zo kwamen vroeger de kolonisten

Maar het vliegtuig is ook een journalistiek middel. Door in een pilotenuniform uit te stappen, wint Sauper het respect van militairen. Door te zeggen dat hij geen brandstof meer heeft, wordt hij binnengehaald in een Chinese compound. Door te landen op plekken waar niemand ooit komt, sluit hij vriendschappen met de lokale bevolking.

We Come As Friends is - net als Saupers vorige film Darwin’s Nightmare - alles behalve letterlijk. De film legt subtiele verbanden met beelden, zonder een oordeel uit te spreken. Zelfs de Chinezen zijn sympathiek, als ze Star Wars zitten te kijken. Laag voor laag pelt Sauper de ui van het hedendaags kolonialisme.

De moderne kolonisten schreeuwen van de daken dat ze orde willen brengen in de Afrikaanse chaos - ontwikkeling. Maar als er iemand profiteert van de chaos op het Afrikaanse continent, dan zijn het juist de kolonisten.

En dat zien we in de angstige slotscènes van de film. Zuid-Soedan wordt onafhankelijk, en op de grens, waar de olie ligt, breken gevechten uit. Ordelijk, zoals ze dat van de blanken hebben geleerd, marcheren de soldaten naar het front. We Come As Friends is een film om nachten van wakker te liggen.

We Come As Friends op het Movies That Matter Festival We Come As Friends draait vrijdag 27 maart (17.00 uur) en zaterdag 28 maart (13:30) in Theater aan het Spui in Den Haag. Hubert Sauper geeft ook een masterclass over het tot stand komen van de docu. Ook zijn eerdere werken, Darwin’s Nightmare en Kisangani Diary’s, draaien op het festival. Kaarten zijn hier verkrijgbaar. Ook op Movies That Matter: Burden of Peace Enkele maanden terug publiceerden we in mijn tuin een stuk over het hoofd van het Openbaar Ministerie in Guatemala: een vrouw die met gevaar voor eigen leven strijdt tegen corruptie en drugsbendes. En met succes. Haar verhaal draait in documentairevorm ook op het Movies That Matter Festival. Lees hier meer over deze documentaire. Meer documentaires? Eerder tipte ik vijf IDFA-documentaires. Ze toonden stuk voor stuk dat oorlogstrauma’s vele slachtoffers kent: van dronepiloten tot vluchtelingen, van verkrachte vrouwen tot kindsoldaten. Kijk hier welke docu’s ik tipte. Wil je op de hoogte blijven van mijn artikelen? Als correspondent Conflict & Ontwikkeling ben ik op zoek naar manieren om de wereld een beetje beter te maken. Wil je weten wat ik zoal tegenkom op mijn zoektocht? In mijn tweewekelijkse nieuwsbrief tip ik je het beste wat ik lees, zie en hoor over mijn onderwerp. Schrijf je hier in voor mijn nieuwsbrief