Wie hebben het voor het zeggen in de islamitische wereld?

Robin de Wever
Journalist, gespecialiseerd in religie

Natuurlijk, terreurgroepen als Islamitische Staat en Al-Qaeda spreken niet namens ‘de moslimgemeenschap’. Maar naar wie luistert een doorsnee moslim dan wel? Wie zijn in de islamitische wereld de belangrijkste woordvoerders - en welke islam verkondigen ze? Ik zet de belangrijkste organisaties en personen op een rij.

Heeft de islam een paus of geestelijk leider?

Nee. Moslims benadrukken graag dat de islam één is. Een mooie gedachte, maar dat betekent niet dat ze allemaal achter één leider staan. Integendeel. De hoofdstroming van de islam, het soennisme, is van oudsher een optelsom van lokale gemeenschappen, elk voorgezeten door een imam. Zo zou de profeet het volgens hen gewild hebben.

Toch is het soennisme ook weer geen los zand. Imams moeten natuurlijk ergens hun ideeën vandaan halen. En als we één plaats moeten aanwijzen als inspiratiebron, dan is dat de Al-Azhar-universiteit in Caïro. Al eeuwenlang trekken imams uit de hele wereld naar Caïro om daar de ‘juiste’ leer te bestuderen.

Waarom is de Al-Azhar universiteit zo belangrijk?

Als er al zoiets bestaat als ‘standaard-islam,’ dan is dat dankzij de geestelijken van Al-Azhar. Door de eeuwen heen hebben zij over ieder islam-gerelateerd onderwerp nagedacht en min of meer definitieve conclusies geformuleerd.

Dat de Koran een pure goddelijke openbaring is en geen mensenwerk, is ooit vastgesteld en is sindsdien door Al-Azhar boven alle discussie verheven. Hetzelfde geldt voor de opvatting dat de geboden uit de Koran niet alleen golden in de tijd van Mohammed, maar dat het boek ook voorschrijft hoe moderne moslims moeten leven. Mede dankzij de universiteit rust er een groot taboe op nieuwe wetenschappelijke inzichten over de Koran.

Neem hoogleraar Nasr Abu Zayd. Toen hij in 1995 stelde dat de Koran literaire en mythische elementen bevatte, werd hij door Al-Azhar-geestelijken prompt tot afvallige bestempeld. Abu Zayd vluchtte vervolgens naar Nederland.

Voert Al-Azhar dan een conservatief schrikbewind? Nee, dat gelukkig ook weer niet. Mede dankzij de sterke banden met de Egyptische politieke machthebbers vaart de universiteit een vrij pragmatische koers. Homo’s kunnen in Egypte beter bijvoorbeeld niet uit de kast komen, maar als ze dat toch doen, hoeven ze niet bang te zijn dat Al-Azhar-geestelijken hen stenigen.

En waar de meeste moslimextremisten christenen niet kunnen luchten of zien, onderhoudt Al-Azhar juist vriendschappelijke relaties met het Vaticaan. Daarmee geeft ze aan andere landen een belangrijk signaal af.

Hoe bindend zijn de uitspraken van Al-Azhar?

Niet bindend. In het dagelijks leven van de gemiddelde moslim speelt Al-Azhar eigenlijk niet zo’n belangrijke rol. De echte invloed van het instituut is indirect en zit in haar macht over de islamitische theologie. Die heeft ze dus in de loop der eeuwen naar haar hand gezet en weet ze nog steeds goed te bewaken.

In de meeste soennitische landen is het religieus gezag in handen van lokale imams en regionale prominenten. Zij stippelen zelf een theologische en maatschappelijke koers uit, natuurlijk geïnspireerd door de theologie van Al-Azhar. Turkije is een uitzondering, daar zwaait een overheidsinstituut de scepter over de moskeeën. En in het land met de grootste moslimpopulatie ter wereld, Indonesië, volgen imams vooral de koers die de grote nationale islamitische organisaties varen.

Indonesië is overigens het toneel van een belangrijke ontwikkeling. Van oudsher zijn moslims er erg verdraagzaam tegen andersgelovigen, maar sinds een aantal jaren zijn daar radicale groepen in opmars die onverdraagzaamheid prediken tegen islamitische minderheidsgroepen, zoals de Een prominent deel van die onruststokers hangt het salafisme aan, een uiterst conservatieve stroming. Aanhangers daarvan willen zo veel mogelijk leven als de eerste generaties moslims. Alles wat daarvan afwijkt is hen een doorn in het oog. En zo zijn we bij een volgende belangrijkste stem aangekomen: de salafisten.

Waar komen die salafisten ineens vandaan?

Uit Saoedi-Arabië. De sjeiks die het sinds de oprichting van het Arabische koninkrijk voor het zeggen hebben, prediken een strenge en repressieve vorm van het salafisme: het wahabisme. Ze willen leven als de eerste generaties moslims, en dus vinden ze dat vrouwen vrijwel volledig gesluierd over straat moeten, dat diefstal en overspel gesanctioneerd moeten worden met lijfstraffen en dat afvalligheid moet leiden tot de doodstraf.

De sleutel tot hun succes? Olie. De Saoedi’s gebruiken de opbrengsten daarvan om hun ideeën te verspreiden over de wereld. Ze laten moskeeën bouwen, financieren salafistische instituten en steunen extremistische groepen. Zo is het geen toeval dat vijftien van de negentien aanslagplegers van 11 september 2001 uit Saoedi-Arabië komen. En ook een aantal van de groepen die in Syrië tegen Assad strijdt, heeft banden met de Saoedi’s (al moet Riyaad niets hebben van Islamitische Staat; die groep ziet ze als politieke concurrent).

De oliedollars maakten het de afgelopen decennia dus mogelijk dat de marginale salafistische sekte uitgroeide tot een stroming van betekenis. Die heeft Indonesië nu dus ook bereikt. Nederland kent trouwens ook een aantal salafistische moskeeën. Volgens de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid zijn de vier belangrijkste salafi-moskeeën allemaal ‘indirect met Saoedische

Maar toch niet alle extremisme is aan Saoedi-Arabië te relateren?

Nee. De Saoedische wahabisten zijn lang niet de enige promotors van extremisme. Op Arabische en Zuid-Aziatische televisiezenders en op internet zijn de hele dag door preken te zien van allerlei geestelijken, afkomstig uit verschillende religieuze en politieke kringen.

Zij hebben vandaag de dag misschien nog wel de meeste invloed op de publieke opinie. Voortdurend laten ze zich uit over actuele kwesties - van de rol van de man in het gezin tot de Arabische politiek. Veel van hen zijn uiterst verdraagzaam, maar er zijn ook figuren bij die we in Nederland haatimams zouden noemen.

De bekendste televisieprediker is Yusuf Al-Qaradawi, die met zijn preken op Al-Jazeera een miljoenenpubliek bereikt. Hij wordt alom gezien als de meest invloedrijke geestelijke van de soennitische wereld. Al-Qaradawi verkondigt vanuit Qatar een conservatieve en politieke islam en pleit voor de oprichting van islamitische staten, op basis van de sharia. Een echte ‘haatimam’ is hij niet, maar hij is zeker de laatste jaren meer radicaal dan gematigd.

Illustratief voor zijn invloed is een fatwa uit het begin van de jaren negentig. Daar noemde hij ‘defensieve’ Palestijnse zelfmoordaanslagen tegen Israëli’s geoorloofd.

Een historische uitspraak. Want hoewel Al-Qaradawi niet de eerste en zeker ook niet de laatste was die zelfmoordaanslagen theologisch goedkeurde, was hij wel de bekendste. En omdat hij destijds te boek stond als relatief gematigd, had de fatwa hoge symbolische waarde. Als zelfs een ‘gematigde’ geestelijke als hij aanslagen steunde, dacht menig soenniet, dan moesten die aanslagen wel deugen. Critici houden Al-Qaradawi nu bijna persoonlijk verantwoordelijk voor het salonfähig maken van zelfmoordterreur bij de massa.