Als we zo graag groen willen zijn, waarom investeren we dan in gas?

Han van de Wiel
Journalist, gespecialiseerd in energie & klimaat
Bij de oostpunt van Ameland met boorplatform van de Nam voor aardgaswinning. Foto: Siebe Swart/Hollandse Hoogte

Gas is een relatief schone brandstof en we hebben er veel van. Dat maakt het de ideale transitiebrandstof in de overgang van fossiele naar groene energie. Althans, dat stellen voorstanders. Maar als je het nader onder de loep neemt, blijkt het wondermiddel erger dan de kwaal.

De strijd om het gas is begonnen. Shell nam begin april British Gas over voor 64 miljard euro en wordt daarmee ’s werelds grootste verkoper van vloeibaar gemaakt aardgas. Het bedrijf voorziet een gouden toekomst voor het spul: de bewezen reserves zijn groot en gasgestookte energiecentrales sluiten perfect aan bij hernieuwbare energiebronnen. Mocht er geen wind zijn, dan zet je snel even een centrale aan. Een uiterst betrouwbare achtervang.

Ook andere grote energie- en chemiebedrijven als Total, Dupont, Enel en E.On mengen zich in de strijd. Sinds een aantal jaar hebben ze de meerderheid in de besturen van die in Brussel het gebruik van zonne- en windenergie stimuleren. Die posities gebruiken ze om gas als partner van hernieuwbare energie te promoten én om de Europese ambities op het gebied van schone energie

Onder druk van de gevestigde energiebedrijven zwakten de windlobbyisten zo hun eis van 45 procent hernieuwbare energie in de EU voor 2030, af tot 30 procent. De zonlobbyisten volgden direct. Uiteindelijk kwamen de Europese regeringsleiders vorig jaar een niet-bindend doel van 27 procent

Het pleidooi voor gas als ‘transitiebrandstof’

In de Nederlandse politiek leeft het idee van gas als ‘transitiebrandstof’ (als overgang naar groene energie) ook sterk. ‘Duurzame energie aangevuld met gas is voor Nederland de meest ideale situatie,’ zei minister Henk Kamp (Economische Zaken)

Hij heeft niet geheel ongelijk. Gascentrales stoten gemiddeld ongeveer 57 procent minder CO2 uit dan steenkoolcentrales en zijn 20 procent efficiënter in het omzetten van brandstof naar elektriciteit. Het is Bovendien kunnen we met de mondiale gasvoorraden nog zeker

Gascentrales stoten gemiddeld ongeveer 57 procent minder CO2 uit dan steenkoolcentrales

Het hoeft dan ook geen verbazing te wekken dat de Nederlandse gashandelsonderneming GasTerra een warm pleitbezorger is van aardgas als transitiebrandstof. Volgens Hans Overdiep, manager Energietransitie bij GasTerra, ligt de kracht van aardgas in het

Politiek en bedrijfsleven zijn kortom enthousiast. De verwachting is dat aardgas in Nederland nog lang een belangrijke brandstof zal blijven. Het winningstempo in het Groningenveld gaat weliswaar flink omlaag, daar staat tegenover dat Nederland meer gas uit Noorwegen en Rusland

Bovendien is de overheid van plan steeds meer vloeibaar gemaakt aardgas te importeren uit onder meer Qatar. Nederland bouwt volop aan de nodige infrastructuur. De huidige terminal op de Maasvlakte heeft een capaciteit die voldoende is om alle 7 miljoen Nederlandse huishoudens van gas te voorzien. Het gas blijft voorlopig dus wel stromen op de Nederlandse

Gaswinning voor de kust van Den Helder. Foto: Frans Lemmens/Hollandse Hoogte

Is gas werkelijk zo’n betrouwbare partner van duurzame energie?

De vraag is of dat wel een goed idee is. Is aardgas werkelijk zo’n betrouwbare partner van duurzame energie? Wat zijn de risico’s van aardgas als ‘transitiebrandstof’?

Om te beginnen de blijvende afhankelijkheid van gas. Zelfs als je aardgas een transitiebrandstof noemt, blijft het een fossiele brandstof. En daar wringt ’m de schoen. Willen we de temperatuurstijging op aarde tot beperken, dan kunnen we nog maar een beperkte hoeveelheid broeikasgassen uitstoten.

Het milieuprogramma van de Verenigde Naties UNEP gaat ervan uit dat we volledige moeten bereiken om te voorkomen dat de gevolgen van klimaatverandering uit de hand lopen. Voor het klimaat is inzetten op méér aardgas spelen met vuur.

Afhankelijkheid van gas maakt ons, vrij naar Halbe Zijlstra, ook afhankelijk van de grillen van ‘ongemakkelijke vrienden.’ De grootste wereldgasreserves liggen in autocratische landen als Rusland, Iran en Qatar. Daar zijn we afhankelijk van leiders die niet schromen aardgas als economisch en politiek wapen in te zetten.

Dat zijn twee voor de hand liggende problemen. Nu de minder voor de hand liggende – en iets complexere – nadelen.

Áls het gas weglekt, zijn we de pineut

Een van de nadelen van aardgas, is het weglekken in de hele keten van winning, opslag, transport en verbruik. Hoofdbestanddeel van aardgas is methaan, dat aarde sneller doet opwarmen dan koolstofdioxide. De lekkage van methaan moet onder de blijven, anders verdampt de klimaatwinst ten opzichte van steenkool.

Hoeveel methaan er wereldwijd weglekt, is onbekend. Maar áls dat gebeurt, is dat een gigantisch probleem. Neem alleen al de in de Verenigde Staten, het overgrote deel boorputten voor schaliegasboringen, waarvan nog eens bekend is dat ze moeilijk zijn af te sluiten.

Hoeveel methaan er wereldwijd weglekt, is onbekend. Maar áls dat gebeurt, is dat een gigantisch probleem

Schattingen over Amerikaanse methaanlekkages variëren sterk. Een recente metastudie door onderzoekers van Stanford Universiteit komt uit op procent In Amerika is de klimaatwinst van gas ten opzichte van kolen door de klimaatlekkages dus nihil of zelfs negatief – want de grens van 3,2 procent wordt ruimschoots overschreden.

Na Amerika is Rusland momenteel het grootste gasproducerende land ter wereld. Het Internationaal Energie Agentschap schat de emissies toch op

Professor Jos Lelieveld, directeur van het Max-Planck-Institut für Chemie in Mainz, verrichte in in 2005 metingen aan het Russische gasnetwerk en komt op een lekpercentage van

Dat lijkt dus mee te vallen. Ook in Nederland lijkt de methaanlekkage onder controle: die blijft in ons land beperkt tot

Toch zijn deze schattingen met grote foutmarges en onzekerheden omgeven. De Amerikaanse schaliegas-boom draagt in hoge mate aan die onzekerheid bij: er zijn honderdduizenden boorputten op privaat land, die zich grotendeels onttrekken aan overheidscontrole en –regulering.

Door de mogelijke lekkages kunnen we aardgas kortom moeilijk een ‘betrouwbare’ partner van een duurzame energievoorziening noemen. Dat probleem wordt waar onder meer Shell nu juist op

Gaswinning voor de kust van Den Helder. Foto: Frans Lemmens/Hollandse Hoogte

Hoe aardgas juist voor méér opwarming kan zorgen

Het idee van de aardgaslobby, is dat we meer aardgas en groene energie gaan gebruiken en minder kolen. Het argument daarbij is dat aardgas bij verbranding veel minder CO2 uitstoot dan steenkool. Ogenschijnlijk een sterk argument, toch kan aardgas pervers genoeg weleens méér opwarming van de aarde veroorzaken.

Voor deze stelling levert de vooraanstaande klimaatwetenschapper in 2011 Op grond van computersimulaties concludeert hij dat overschakelen van steenkool op aardgas weliswaar leidt tot minder CO2-uitstoot, maar dat het ‘weinig helpt’ om het klimaatprobleem op te lossen. Als wereldwijd de verbranding van steenkool met 50 procent vermindert ten faveure van aardgas, leidt dat in veertig jaar tot een extra opwarming van iets minder dan 0,1 graad Celsius. Dat ligt aan het verkoelende effect van zwaveldeeltjes en koolstofhoudende fijnstofdeeltjes, die vrijkomen bij de verbranding van steenkool. Daarbij gaat Wigley ervan uit dat de methaanlekkages onder de 2 procent blijven. Zijn ze hoger, dan stijgt de temperatuur nog meer.

Hebben we eigenlijk wel een transitiebrandstof nodig?

Een sterk argument tegen meer aardgas is verder dat het de ontwikkeling van duurzame alternatieven kan belemmeren. Want waarom investeren in dure technologie als aardgas een betaalbaar alternatief is? Gas concurreert hernieuwbare energie weg en kan zelfs leiden tot méér elektriciteitsverbruik, zo is gebleken uit Goedkoop gas leidt daar tot goedkopere elektriciteit,

Blijft een prangende vraag over: als aardgas niet voldoet als transitiebrandstof, wat dan wel? Achter deze vraag gaat een veronderstelling verscholen, die maar ten dele klopt: dat we überhaupt een transitiebrandstof nodig zouden hebben.

Dat is onzin.

Wat we nodig hebben, zijn extra investeringen in stroomuitwisseling met andere landen, slimme netwerken, energie-efficiëntie en -opslag. Dat zijn vanuit klimaatperspectief veel slimmere investeringen dan nog meer aardgas – ook als dat aardgas de plaats inneemt van kolen. De onzekerheden en risico’s van gas als ‘transitiebrandstof’ zijn simpelweg te groot.

Aardgas is kortom niet de ideale partner van zon en wind. De fossiele-energiebedrijven zijn op zoek naar nieuwe markten en maken daarbij handig gebruik van onzekerheden tijdens de transitie naar een duurzame energiehuishouding. Maar als je de nadelen van aardgas op een rij zet weet je: de weg naar zon en wind, loopt niet via gas.