Is er leven na het apocaholisme?

Jelmer Mommers
Correspondent Democratie & Klimaat

Klimaatverandering wordt onze ondergang maar we hebben nog heel eventjes om onszelf te redden. Klopt dat? De komende weken ga ik aandacht besteden aan doemdenken in het klimaatdebat. Jullie tips, ideeën en irritaties zijn van harte welkom.

Van alle onheilspellende verhalen over het klimaatprobleem spant één boekje zeker de kroon. Het is een essay met de titel The Collapse of Western Civilization: A View from the Future. De verteller is een Chinese wetenschapper die in het jaar 2393 terugblikt op de ‘grote ineenstorting.’ Die begon in 2023, het ‘jaar van de oneindige zomer,’ toen een half miljoen mensen en talloze dieren het loodje legden door hitte, bosbranden, voedsel- en watertekorten. Welgestelde mensen in het Westen waren toen nog erg ontstemd over de dood van hun honden en hun katten, maar een leven zonder huisdieren werd al gauw het ‘nieuwe normaal.’

Alle voorspellingen van hedendaagse klimaatwetenschappers zijn in 2393 werkelijkheid geworden. De aarde is bijna vier graden Celsius opgewarmd en 20 procent van de wereldbevolking is ontheemd geraakt omdat de zeespiegel acht meter is gestegen. Oorlogen en conflicten zijn uitgebroken. ‘Natuurlijk zijn de bevolkingen van Afrika en Australië weggevaagd,’ schrijft de verteller droogjes. Op aarde zijn er nog maar 500 miljoen mensen overgebleven.

Nederland komt er ook niet echt lekker van af. Het eerste plaatje in Collapse is een topografisch kaartje van ‘the nation formerly known as The Netherlands’. We staan grotendeels onder water – Den Haag, Rotterdam, Amsterdam en Groningen zijn verdronken.

De auteurs van het boekje, hebben natuurlijk het beste met ons voor. Ze willen ons wakker schudden. Als we dit onheilspellende scenario tot ons door laten dringen, dan zullen we toch zeker massaal ‘in actie’ komen?

Ik vraag me af of het zo werkt. De komende weken ga ik aandacht besteden aan doemdenken en bangmakerij in het klimaatdebat.

Een angstaanjagende cocktail

Het scenario dat Oreskes en Conway schetsen lijkt extreem, maar volgens mij is het simpelweg een geconcentreerde versie van ons ‘normale’ denken over het klimaatprobleem. Veeg alle beelden die je over het klimaat kunt verzinnen maar eens bij elkaar. Wat krijg je dan? Ik durf te wedden dat zich in je hoofd een cocktail vormt van de volgende verschijnselen:

  • Overstromingen en ondergelopen steden;
  • orkanen, tyfoons en superstormen;
  • extreme hitte, extreme droogte, oprukkende woestijnen, bosbranden;
  • smeltende gletsjers, brekende ijsbergen, verloren ijsberen;
  • mislukte oogsten, kaalgeslagen aarde;
  • afstervende koralen en dode vissen;
  • als je mensen voor je ziet, zijn ze waarschijnlijk hongerig, dorstig of op de vlucht.

Dat is – voor wie het wil zien – het dominante beeld van klimaatverandering. Je ziet het op de foto’s bij dit verhaal: onze beeldredacteur Sterre Sprengers heeft alle foto’s die verschijnen als je in de grote beeldbanken zoekt op ‘climate change’ bij elkaar gezet. De natuurfenomenen die bij klimaatverandering horen, worden hier uitvergroot tot er niets anders overblijft: de aarde verandert in een inferno of smelt als een ijsje, continenten breken in stukjes door de hitte. Het zijn absurde uitvergrotingen.

Hollywood heeft de klimaatapocalyps al volledig geïnternaliseerd. In en om een paar kaskrakers van de afgelopen jaren te noemen, is de aarde compleet geruïneerd, mede doordat het veranderende weer ons genadeloos te grazen heeft genomen. Wie niet in de bioscoop maar in de literatuur zoekt naar wat einde-van-de-wereldvertier, heeft ruim keus uit boeken als

Steeds een schepje erbovenop

En dit beeld wordt continu aangevuld met nog engere scenario’s. Een paar weken geleden was het de bekende klimaatwetenschapper Hij kwam – samen met zestien collega’s – met over de impact die klimaatverandering nog deze eeuw zal hebben. Hij baseerde zich onder meer op onderzoek naar prehistorische klimaatveranderingen en op fenomenen die wetenschappers nu waarnemen en die suggereren dat conventionele klimaatmodellen

De mogelijke gevolgen volgens Hansen? Een zeespiegel die tien keer zo snel stijgt als eerder voorspeld, met volksverhuizingen en economische chaos tot gevolg. Kuststeden zoals New York, Tokyo en Amsterdam zouden nog maar een paar decennia bewoonbaar zijn. ‘Het is niet moeilijk je in te beelden,’ schrijven de onderzoekers, ‘dat de conflicten die voortvloeien uit gedwongen migratie en economische instorting de planeet mogelijk onbestuurbaar zullen maken, dat ze het weefsel van de beschaving zullen bedreigen.’

We zullen worden geroosterd, getoast, gebakken en gegrild

Onze collectieve hang naar dit soort scenario’s is wel Wat zijn de eigenschappen van dit vertoog, aan welke clichés kunnen we het herkennen?

  • Het onheilsdenken gaat altijd gepaard met ernstige waarschuwingen. ‘Niemand op deze planeet zal onaangedaan blijven door de impact van klimaatverandering,’ zei Rajendra Pachauri, voorzitter van het IPCC ‘Als we de Schepping vernietigen, zal de Schepping ons vernietigen,’ sprak onlangs Als we geen actie ondernemen, zei IMF-voorzitter Christine een paar jaar geleden, zullen toekomstige generaties worden ‘geroosterd, getoast, gebakken en gegrild.’ Dat is vier keer ongeveer hetzelfde, maar dat maakt het niet minder eng.
  • De als-dan-constructie in deze laatste twee formuleringen is veelzeggend: als we te ver gaan, dan wordt het ons einde. Hierbij wordt meestal een punt in de toekomst gesteld waarna we niet meer terug kunnen: een in klimaatwetenschappelijke termen, een ‘point of no return’ waarna we definitief verloren zijn. Maar gek genoeg is dat punt in de meeste onheilspellende profetieën nog net niet bereikt.
  • Dat leidt tot een volgend cliché: we hebben nog tijd om in te grijpen. Vaak wordt dit letterlijk gesymboliseerd door Een Britse denktank lanceerde in 2008 bijvoorbeeld een campagne met zo’n vergezeld van de claim dat we ‘nog 100 maanden hebben om ons klimaat te redden.’ Op het moment dat ik dit schrijf zijn er nog zestien maanden, 390 dagen en en 3960 uren
  • Doemdenken leidt als vanzelfsprekend tot retorische, gesloten vragen. ‘Kunnen we ons energiesysteem snel genoeg veranderen om te voorkomen dat het ons vernietigt?,’ vroeg de Canadese schrijfster in ‘Waar op aarde ben je eigenlijk nog veilig voor klimaatverandering?,’ vroeg de titel van een recent artikel in (Antwoord: Zwitserland, maar zelfs daar ben je je leven niet zeker.)

Is dit nou een verstandige manier van denken over het klimaatprobleem? Zijn er minder angstaanjagende, meer hoopgevende alternatieven denkbaar, of is zoeken daarnaar een vorm van ontkenning? Staat ons werkelijk een ‘grote ineenstorting’ te wachten? Zet angst aan tot actie? En waar komt het apocalyptische vertoog eigenlijk vandaan?

Met deze vragen houd ik me de komende weken bezig. Jullie tips, ideeën en eventuele irritaties over het huidige vertoog zijn van harte welkom.

Alle foto’s in dit verhaal: Getty Images