In 1945 ontvangt de Amerikaanse ambassadeur in de Sovjet-Unie, W. Averell Harriman, een houten replica van The Great Seal of the United States. Nadat het prachtige cadeau is gecontroleerd op afluisterapparatuur, hangt Harriman het pontificaal op in het werkvertrek van de ambassadewoning.

Zeven jaar later, in september 1952, ontdekt een technisch specialist dat er al die tijd toch een afluisterapparaat in The Great Seal heeft gezeten. Dit apparaat heeft geen batterij, is draadloos en wordt vanaf een afstand met elektromagnetische golven aangestraald. Een technisch hoogstandje. De Amerikanen schrikken zich rot en beseffen dat de Russen mijlenver voorlopen op het gebied van audiosurveillance.

Wat er al die jaren door de Russen is opgevangen, is onbekend. Volgens de Russen gaf het hun jarenlang een strategische voorsprong in de Koude Oorlog.

52 jaar later vinden twee kleinzonen van een van de medewerkers van het NRP documentatie over de samenwerking tussen het NRP en de CIA

Uit vrijgegeven documenten van de FBI en uitspraken van Amerikaanse betrokkenen uit die tijd blijkt dat er in Washington paniek uitbreekt over het apparaat, dat al snel de omineuze naam The Thing krijgt. De Amerikanen hebben geen flauw benul hoe het apparaat werkt en besluiten eind 1952 naar de Nederlandse Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD) te stappen met een verzoek om hulp. Het hoofd van de BVD, Louis Einthoven, brengt de CIA in contact met Joop van Dijk, de oprichter van het Nederlands Radar Proefstation (NRP) in Noordwijk. Het NRP krijgt de opdracht om niet alleen The Thing te doorgronden, maar er ook replica’s van te maken. De CIA vertelt de NRP’ers alleen niet de ware achtergrond van de opdracht, ze delen mee dat het afluisterapparaat in een leunstoel is gevonden. Vandaar de naam van de operatie: Easy Chair.

De jaren daarna wordt er in het diepste geheim gewerkt. Het lukt het NRP niet om een exacte kopie van The Thing te maken, wel slaagt het bedrijf erin na hard zwoegen een apparaat te maken dat op dezelfde principes steunt. Het NRP ontwikkelt zodoende een draadloos, batterijloos apparaat dat vanaf een afstand door radargolven kan worden aangestraald.

Eind 1958 verneemt de BVD van een informant dat de Russische ambassade in Den Haag nieuwe meubelen heeft besteld. Samen met het NRP slaagt de BVD erin om in een poot van een bureau een afluisterapparaat aan te brengen. Begin 1959 wordt het bureau in de Russische ambassade in Den Haag geplaatst.

Omdat het apparaat niet werkt, wordt besloten tot een risicovolle gezamenlijke operatie. Medewerkers van de CIA, het NRP en de BVD rijden met een vrachtwagen langs de Russische ambassade en stoppen voor het gebouw. Ze veinzen motorpech, maar in werkelijkheid zitten een medewerker van het NRP en de CIA achterin met apparatuur om het afluisterapparaat in de ambassade aan te stralen. Het werkt. Ze ontvangen geluid. Missie geslaagd.

Het Nederlands Radar Proefstation zal tot en met het einde van de Koude Oorlog in 1989 apparatuur maken voor de Amerikaanse geheime dienst. Het zal sommige medewerkers van het NRP geen windeieren leggen.

52 jaar later, in mei 2012, vinden twee kleinzonen van een van de medewerkers van het NRP documentatie over de samenwerking tussen het NRP en de CIA. Zij stappen daarmee naar mij, waarna ik met inlichtingenexpert Cees Wiebes binnen anderhalf jaar de samenwerking weet te reconstrueren.

In december 2013 krijgt het verhaal nog een actueel staartje: dan blijkt uit documenten van Edward Snowden dat de NSA en de CIA nog steeds afluisterapparatuur inzetten die direct is gebaseerd op de technologie van The Thing.

Een tijdlijn van de geschiedenis

Ook in operatie-Leunstoel:

Operatie Leunstoel is ook als ebook verkrijgbaar Lees je een lang verhaal als Operatie Leunstoel liever op een ereader? Koop dan de ebookversie voor 5 euro. Ben je lid van De Correspondent? Dan krijg je het ebook cadeau en zit het al in je mail. Zo niet, mail dan onze redactie-assistent Gwen Martél via post@decorrespondent.nl Klik hier om het ebook te bekijken en bestellen Operatie Leunstoel: hoe een klein Nederlands bedrijf de CIA hielp om de Russen af te luisteren Een klein bedrijf uit Noordwijk, het Nederlands Radar Proefstation, werkte decennialang voor de CIA. Het bouwde geavanceerde afluisterapparatuur die de Amerikanen inzetten tegen de Sovjet-Unie. Ik kwam dit verhaal op het spoor doordat een oude schoolvriend mij documenten van zijn opa gaf. Samen met inlichtingenexpert Cees Wiebes reconstrueerde ik in anderhalf jaar de nog nooit vertelde sleutelrol die dit Nederlandse bedrijf speelde tijdens de Koude Oorlog. Lees hier het verhaal Deze drie (uitgetikte) A4’tjes vormen de aanleiding van operatie-Leunstoel De aanleiding voor operatie-Leunstoel waren de notities van Gerhard Prins. Notities die bovendien als onderligger dienden voor ons hele onderzoek. In deze update: een transcript van die notities. Lees hier de brief Waarom operatie-Leunstoel vruchtbaar én frustrerend was Samen met Cees Wiebes deed ik anderhalf jaar onderzoek naar operatie-Easy Chair: een samenwerking tijdens de Koude Oorlog tussen de CIA en een klein bedrijf uit Noordwijk, het Nederlands Radar Proefstation. Het was een vruchtbaar en tegelijkertijd frustrerend onderzoek. Daarom een verantwoording. Lees hier de verantwoording van het onderzoek De hoofdrolspelers van operatie-Leunstoel Operatie-Leunstoel is boven alles een verhaal over mensen. Véél mensen. Daarom hier een handig overzicht van de belangrijkste figuren uit het verhaal - van Admiraal tot BVD’er X. Bekijk hier de hoofdrolspelers Hoe werkte The Thing? En hoe verhoudt die technologie zich tot de recente Snowden-documenten Wij vroegen technische afluisterexpert Peter Koop om de technologie van The Thing uit te leggen. Ook vroegen we hem om te analyseren wat de relatie is met de Snowden-documenten. Zijn conclusie: sommige van de uitgelekte afluisterapparaten die de NSA gebruikt, zijn directe afstammelingen van The Thing. Lees hier de explainer van Peter Koop

Deze reconstructie is gebaseerd op documenten van direct betrokkenen, gesprekken met direct betrokkenen, uitvoerig archiefonderzoek, documenten uit archieven van zowel Amerikaanse als Nederlandse geheime diensten die zijn vrijgegeven na een Wob-verzoek en uitgebreid openbronnenonderzoek. Het onderzoek duurde anderhalf jaar.