Internetkunst is allang niet meer een linkje waarvan je computer lijkt te crashen

Marian Cousijn
Correspondent Beeldende kunst
'Artfest: De Webeditie' op ons Festival der Vooruitgang. Foto: Lise Straatsma / De Correspondent

Internetkunst wordt nog steeds niet echt geaccepteerd. Daarom organiseerde ik er met collega Ernst-Jan Pfauth een editie van de talkshow Artfest over op het Festival der Vooruitgang. Voor wie er niet bij was: een terugblik.

Mijn eerste confrontatie met internetkunst kan ik me nog levendig herinneren. Ik moet een jaar of dertien zijn geweest en kreeg via MSN een doorgestuurd. Nieuwsgierigheid won het van argwaan en ik belandde in de cryptische, labyrintachtige websites van Jodi, waarna al snel foutmeldingen en over terrorisme en geheime diensten over het scherm knipperden.

Ik was ervan overtuigd dat ik de computer van mijn ouders kapot had gemaakt, dus ik drukte paniekerig op de powerknop en sloop schuldbewust de studeerkamer uit. Pas jaren later besefte ik dat het kunst was.

Inmiddels is een doorgegaan op de fundamenten die pioniers zoals Jodi legden. Je kan niet meer om internetkunst heen.

Daarom organiseerde ik op het Festival der Vooruitgang met Ernst-Jan Pfauth een editie van de onpretentieuze talkshow Artfest over internetkunst. We spraken met drie gasten die er allemaal vanuit een andere invalshoek over vertelden.

Gast 1: Josephine Bosma

Josephine Bosma. Foto: Lise Straatsma / De Correspondent

Om te beginnen een snelcursus van die al sinds de vroege jaren negentig het raakvlak tussen kunst en internet onderzoekt. Haar belangrijkste les: het web is meer dan alleen websites en webkunst kan zich ook afspelen op Skype, als een Kickstarterproject of zelfs helemaal buiten computers om. Interessante voorbeelden die ze aanhaalde waren onder meer en de van Jan Robert Leegte.

Gast 2: Geoffrey Lillemon

Geoffrey Lillemon. Foto: Lise Straatsma / De Correspondent

De tweede gast was , wiens kunst net zo goed een schilderij kan zijn als een fles wijn. Of een online kunstwerk dat stukje bij beetje wordt vernietigd door bezoekers die het via Facebook liken. Een goed voorbeeld van de ontwikkeling van het individuele richting het gemeenschappelijke die volgens Lillemon momenteel plaatsvindt binnen de internetkunst.

Gast 3: Ward Janssen

Ward Janssen. Foto: Lise Straatsma / De Correspondent

Ten slotte spraken we Ward Janssen van het een van de weinige musea in Nederland die zich bezighouden met het en tentoonstellen van internetkunst. Janssen presenteert websites in het museum het liefst zo monumentaal mogelijk. Het aankopen ervan is niet zo ingewikkeld als het lijkt en het publieksbereik is enorm. Bijvoorbeeld van Moniker, een werk dat al 6 miljoen bezoekers trok. Het onderscheid tussen online en offline in de kunst zal volgens Janssen steeds minder relevant worden.

Conclusie?

Op het internet gebeuren de spannendste dingen in hedendaagse kunst en het is ontzettend de moeite waard om rond te surfen langs plekken waar je niet zo snel komt. Wie zich er verder in wil verdiepen, kan ik de volgende publicaties aanraden:

  • Josephine Bosma, Nettitudes: Let’s Talk Net Art. Nai Publishers: 2011.
  • Rachel Greene, Internet Art. Thames and Hudson: 2004.
  • Julian Stallabrass, Internet Art: The Online Clash of Culture and Commerce. Tate Publishing: 2004.

Komend seizoen zullen we weer drie edities van Artfest organiseren. De eerste vindt plaats op 28 januari. Houd mijn tuin in de gaten voor meer info!

Eerdere verhalen over internetkunst: