We willen De Correspondent diverser maken. Helpen jullie mee?
Wij werken op een 100 procent witte redactie in een stad waar 35 procent van de mensen dat niet is. Dat laatste geldt ook voor 12 procent van de gehele Nederlandse bevolking. En dat kan natuurlijk niet. Daarom zijn we begonnen met het scouten van talent. Zoeken jullie mee?
Vandaag publiceren wij voor uit het essay Nederland mijn vaderland van Zihni Özdil. Dat lijkt misschien vreemd: deze historicus en schrijver is een van onze felste criticasters .
Zijn kritiek in een notendop: het ontbreekt De Correspondent aan diversiteit. We zouden een ‘witte blik’ op de wereld hebben.
Eerder publiceerden we een opiniestuk van publiciste Nadia Ezzeroili van soortgelijke strekking: de redactie is zo ‘witroze als een Pamperscommercial voor gevoelige babybilletjes,’ schreef zij.
Nu is het ontvangen van kritiek nooit leuk of gemakkelijk. Je intuïtieve reactie is in de verdediging schieten. En dat deden we dan ook. We zeiden dingen als: juist het feit dat wij geen verschil tussen mensen zien, bewijst dat uitsluiting op basis van afkomst bij ons tot het verleden behoort.
Inmiddels vinden we dat niet meer. We kunnen daarover natuurlijk onze spijt betuigen en het daarbij laten.
Liever grijpen we dit moment aan om - beter laat dan nooit - een openbare zoektocht te beginnen. Want het is tijd om dit te gaan veranderen.
Een openlijke zoektocht
We willen transparant zijn over onze journalistieke prioriteiten. Bovendien hopen we ze nieuwe stemmen te leren kennen
We hebben daarom twee fulltime banen, de nodige proefplekken en tientallen plekken als gastcorrespondent in de aanbieding voor journalisten die onze redactie tot een betere afspiegeling van de samenleving kunnen maken. Om dat te bereiken zetten we een netwerk van scouts op, die ons helpen zoeken.
Dat we deze zoektocht zo expliciet en openlijk aankondigen, heeft een reden: we willen transparant zijn over onze journalistieke prioriteiten. Bovendien hopen we zo nieuwe stemmen te leren kennen die we nu via de gebruikelijke kanalen nog niet zo makkelijk konden bereiken.
Waarom ‘ja, maar’ niet meer kan
We zijn dus van mening veranderd. Wil dat zeggen dat we eerst vonden dat De Correspondent een bastion van witheid moest blijven en nu niet meer? Nee, natuurlijk niet.
Wel hebben we het belang van diversiteit te lang onderschat. Ons verscholen achter het excuus: ‘Ja, diversiteit is natuurlijk heel belangrijk, maar…’ En dan volgde er doorgaans een heel scala aan mitsen en maren. Je denkt dan al gauw: laten we onze vingers hier maar niet aan branden.
Nu is een veelgehoord argument tegen diversiteitsbeleid dat je mensen niet zou moeten kiezen op grond van hun achtergrond of afkomst, maar op grond van hun kwaliteiten.
We kunnen dit natuurlijk niet voor anderen bepalen, maar voor ons geldt: iemands achtergrond, afkomst en wereldbeeld is een kwaliteit. Want wij zijn een auteursmedium waar de vertellers minstens zo belangrijk zijn als de verhalen die verteld worden. Kwaliteit is en blijft dus ons belangrijkste selectiecriterium, maar we wegen wel andere achterliggende prioriteiten mee.
Burgers in een democratie vertegenwoordigen
Voor een platform als het onze is diversiteit in culturele achtergronden en perspectieven bij uitstek van belang. Het is niet zozeer een leuk ‘links’ ideaal dat je, als dat zo uitkomt, af en toe kunt bediscussiëren om vervolgens weer in de la te laten verstoffen: het is een voorwaarde voor het functioneren van een redactie.
Om onze rol als informatiebron voor burgers in een democratie te kunnen vervullen, moeten we de burgers in die democratie ook zo goed mogelijk vertegenwoordigen.
Dat gebeurt nu onvoldoende. In totaal 12 procent van de Nederlanders is Nederlander van kleur. Op Nederlandse nieuwsredacties is dat 3 procent. En bij ons ligt dat percentage op 0.
Daar gaan we - in elk geval op onze redactie - dus actief verandering in brengen. Hoe precies?
We hebben het afgelopen jaar al een aantal zaken veranderd:
- We brachten een paar kleine, maar belangrijke veranderingen aan in ons stijlboek. Wanneer we het over ‘zwarten’ hebben, hebben we het tegenwoordig ook over ‘witten’ (in plaats van ‘blanken’). En: in plaats van over ‘allochtonen,’ ‘nieuwe Nederlanders’ of een andere term van die strekking hebben we het nu over Somalische Nederlanders, Afghaanse Nederlanders, Marokkaanse Nederlanders, et cetera.
- We nodigden vertegenwoordigers van verschillende migrantengroepen uit op de redactie. Eerst Afghaanse Nederlanders, daarna Somalische Nederlanders. En meer groepen zullen volgen.
- We vroegen journaliste Laila Ezzeroili de stille emancipatie van Marokkaans-Nederlandse vrouwen te beschrijven; lieten onderzoeksjournalist Hind Fraihi de opkomst van - en weerstand tegen - het Arabisch feminisme in kaart brengen en vroegen oud-politicus Tofik Dibi witte Nederlanders inzicht te geven in hun ‘onopgemerkte privileges.’
- Ondertussen voerde Lex Bohlmeijer podcastgesprekken met belangrijke voorlopers in de strijd tegen institutioneel racisme en voorvechters van diversiteit, zoals Zihni Özdil en Mitchell Esajas.
Een beginnetje, maar nog lang niet genoeg. Daarom zetten we vanaf vandaag deze concrete stappen:
- De twee vacatures voor nieuwe correspondenten die we nog open hebben staan, blijven onvervuld totdat we kandidaten hebben gevonden die ons helpen een betere afspiegeling van de samenleving te worden.
- We gaan anders en actiever zoeken naar deze nieuwe correspondenten. Hoe? Door een netwerk van scouts op te zetten dat actief voor ons gaat zoeken naar talent buiten de ons bekende kringen. Dit netwerk zal ons ook adviseren bij de stap die daar op volgt: het scheppen van een klimaat waar diversiteit goed gedijt.
- We gaan proefplekken en trainingen aanbieden aan mensen zonder journalistieke ervaring, die wel journalistieke ambities hebben.
- We gaan ook ons netwerk aan gastcorrespondenten diverser maken. In november en december organiseren we onze eerste twee pitchdagen, waarbij we freelancers uitnodigen hun ideeën voor verhalen, series of gastcorrespondentschappen te presenteren.
Aanmelden, meedenken en meehelpen kan hieronder of door te mailen naar karel@decorrespondent.nl.