Waarom de vluchtelingenkwestie een goud-wit-zwart-blauw jurkje is
Wat zie je als je naar deze foto kijkt?
- Wanhopige vluchtelingen die recht hebben op onze hulp?
- Calculerende gelukszoekers op zoek naar een uitkering?
- Koloniserende moslims op kruistocht door Europa?
- Een bedreiging voor de sociale cohesie van ons land?
- Hoofdstuk twee in een multicultureel drama?
- Een schier onmogelijk op te lossen probleem?
- Een gekmakend moreel dilemma?
En deze foto?
- Boze burgers die terecht bezorgd zijn?
- Hooligans zonder enige compassie met de medemens?
- Een prachtig voorbeeld van meningsvrijheid in ons democratische land?
- Een stel gekken dat anderen het spreken onmogelijk maakt?
- Lager opgeleiden die bang zijn gemaakt door de media?
- Mensen met een rationele angst voor het onbekende?
Je wereldbeeld weerspiegeld
Wat je ook ziet: meer dan een paar mensen op een foto. Je ziet je hele wereldbeeld erin weerspiegeld.
Het is een fenomeen dat mij al jaren mateloos fascineert: hoe kan het dat wij enerzijds een realiteit delen en anderzijds zulke waanzinnig uiteenlopende dingen zien als wij naar die realiteit kijken?
Nu hebben wij allemaal - menselijk, al te menselijk - de neiging onze blik voor waar aan te nemen: de realiteit is wat ik zie. Journalisten, politici en opiniemakers hebben daar zelfs hun beroep van gemaakt: hun perspectief als het juiste propageren.
Maar sta mij toe hier, in deze column, eens een andere weg te bewandelen en de vraag te stellen: wat maakt de vluchtelingenkwestie nu bij uitstek zo’n gold-white-blue-black-dress?
Het vluchtelingenprobleem is geen probleem: het is een social mess
In mijn zoektocht naar antwoorden stuitte ik op een concept dat mij weliswaar geen uitsluitsel bood op de vraag wat ik eigenlijk zie als ik naar het vluchtelingenprobleem kijk, maar dat me wel hielp doorgronden waarom dat antwoord zo moeilijk te vinden is: het concept van de social mess.
De term social mess - vrij vertaald: sociale rotzooi - werd gemunt door de Amerikaanse politicoloog Robert E. Horn. Daarmee doelde Horn op politiek-sociale problemen die zo complex, ambigu en ondoorgrondelijk zijn dat ze - anders dan ‘gewone’ problemen - niet echt een oplossing kennen.
Volgens Horn kenmerkt een social mess zich door zeker veertien eigenschappen, waarvan dit de belangrijkste zijn:
- Er is geen ‘juiste’ kijk op het probleem.
- De vermeende oplossingen zijn sterk met elkaar in tegenspraak.
- Het probleem hangt samen met heel veel andere problemen.
- Data over het probleem zijn onvolledig of ontbreken.
- Het probleem gaat gepaard met botsende waarden.
- De consequenties van het probleem zijn slecht te voorzien.
- De oplossers van het probleem staan vaak ver af van het probleem zelf (en de mogelijke oplossing).
Je ziet aan dit lijstje al: de eigenschappen omschrijven de vluchtelingenproblematiek als geen ander.
1. Iedereen ziet een ander probleem
Om te beginnen met kenmerk één van de social mess: het totale gebrek aan overeenstemming over de basale vraag ‘Wat ís het probleem precies?’.
Is het probleem dat er überhaupt vluchtelingen zijn? Of dat het er zovéél zijn? Of dat ze oneerlijk verdeeld worden? Of dat de welvaart zelf zo oneerlijk verdeeld is? Is het probleem niet zozeer dat ze komen, maar dat ze misschien niet meer teruggaan? Of dat ze niet werken? Of juist: dat ze niet mógen werken? Of dat, als ze gáán werken, ze andere werknemers verdringen? Of dat ze een andere cultuur meebrengen? Of dat juist deze cultuur wantrouwen kweekt? Of is dat wantrouwen zelf weer het probleem?
2. De oplossingen zijn compleet tegenstrijdig
Hier volgt logischerwijs uit dat de oplossingen uit zo’n beetje alle windrichtingen komen waaien: van alle grenzen open (want dat eist minder mensenlevens én maakt teruggaan makkelijker) tot alle grenzen dicht (want dan houd je het probleem buiten); van een zo sober en tijdelijk mogelijke opvang (want dat stimuleert de terugkeer) tot volledige integratie van nieuwkomers in de samenleving (want dat levert de minste sociale spanningen op); van niet toelaten tot de arbeidsmarkt (want dat voorkomt verdringing) tot het zo snel mogelijk aan het werk zetten (want dat ondervangt de vergrijzing).
3. Het probleem hangt met heel veel andere problemen samen
En dan is er nog de kenmerkende eigenschap van een social mess dat ‘het probleem’ niet op zichzelf staat, maar samenhangt met een haast oneindige - en in veel gevallen: al even complexe - lijst andere problemen.
In dit geval: sociale en economische ongelijkheid, oorlogen, wapenhandel, dictatoriale regimes, geopolitieke strijd, oliebelangen, etnische conflicten, stammenstrijd, een koloniale geschiedenis, slecht functionerende overheden, overbelaste buurlanden, falend grensbeleid, bureaucratische asielprocedures, gebrek aan financiën, druk op Europese verzorgingsstaten, angst voor nieuwkomers, moeizame integratie, verdringing op de arbeidsmarkt, vergrijzing, werkloosheid, polarisatie in het debat, afkeer van politieke elites, globalisering, enzovoorts, enzoverder.
4. Het probleem gaat gepaard met meerdere botsingen van waarden
Een vierde kenmerk waarmee Horn ‘gewone’ problemen van sociale rotzooi onderscheidt, is dat het laatstgenoemde altijd gepaard gaat met extreme botsingen van waarden. Die eigenschap zie je in de vluchtelingenkwestie sterk terug.
Solidariteit, is dat: je land openstellen voor hen ver weg, of je land behouden voor hen die het hebben opgebouwd?
Compassie, is dat: opkomen voor het lot van de vreemdeling in een oorlog, of voor die van je buurman die naast het azc woont?
Vrijheid van meningsuiting, is dat: hartstochtelijk pleiten voor open grenzen of woedend demonstreren tegen gelukszoekers?
Aan welke kant je ook staat in het debat, een ding hebben alle deelnemers gemeen: ze komen op voor diepgekoesterde opvattingen over goed en kwaad.
5. Het probleem lijkt dichtbij, maar is dat niet
Tot slot het vijfde kenmerk, dat misschien nog wel het meest aansluit op de vluchtelingenproblematiek, namelijk: de relatief grote afstand tussen oplossers en probleem. Want, de meesten van ons weten niet hoe het is om een oorlog te moeten ontvluchten - of huis en haard te verlaten voor een beter bestaan. En, laten we eerlijk zijn: de meesten van ons, inclusief de politici die erover gaan, hebben én krijgen evenmin asielzoekers in hun huis of achtertuin.
Kortom, het gros van de mensen met een mening over de social mess die de vluchtelingenkwestie heet, staat heel ver af van het probleem ter sprake. Dat er een directe correlatie is tussen de afstand tot het probleem en de sterkte van de mening die iemand erover koestert, is niet onwaarschijnlijk.
Oké, en wat kunnen we hiermee?
Nu, de term social mess leert ons vooral dat de vluchtelingenkwestie no easy way out kent - en die ga ik hier dan ook niet opperen. Maar leert het ons ook nog iets bruikbaarders?
Ja, en wel dit.
Ten eerste: dat de term ‘vluchtelingenprobleem’ hopeloos simplistisch is. En misleidend bovendien, want het suggereert dat ‘vluchtelingen’ het probleem zijn. In werkelijkheid schuilt achter de term zo’n beetje alle onrecht in de wereld - van ongelijke welvaartsverdeling tot gewelddadige conflicten met een decennialange geschiedenis. Daarvan bewust zijn is belangrijk, omdat de woorden die we gebruiken uiteindelijk onze politieke beslissingen medebepalen.
De term ‘vluchtelingenprobleem’ is misleidend, want het suggereert dat ‘vluchtelingen’ het probleem zijn
Ten tweede: dat je mening baseren op grond van discussies in talkshowformats van zes minuten en nieuwsberichten van 200 woorden hopeloos ontoereikend is. Neem ze vooral slechts voor kennisgeving aan: ze doen de complexiteit van de kwestie per definitie onrecht aan. Verdiep je mening met boeken, oorspronkelijke rapporten of gesprekken met betrokkenen zelf.
En ten derde: dat de mening die diametraal tegenover de jouwe staat geen kwestie van ‘domheid,’ ‘naïviteit’ of ‘gebrek aan medemenselijkheid’ is. ‘Linkse’ mensen willen niet allemaal het land in de uitverkoop doen en ‘rechtse’ mensen zijn niet allemaal vreemdelingenhaters: ze koesteren gewoon een ander perspectief, gebaseerd op fundamenteel verschillende - maar daarom niet minder legitieme - waarden. Iets meer empathie voor de andere kant is dus op zijn plaats.
Dat maakt het al een heel klein beetje minder een rotzooi.