Thuis ben je waar het leven klei is
Nog niet eens zo lang geleden werd er veel geschreven over de Anne Frankboom. Anne Frank had die boom zelf nog gezien, ernaar gestaard allicht, en nu dreigde die boom omgehakt te worden. Men was nogal emotioneel over de Anne Frankboom, vermoedelijk omdat het makkelijker is emotioneel te zijn over bomen dan over mensen.
Over die boom schreef ik een korte tekst getiteld The Anne Frank Tree and Its Discontents, die in een beperkte oplage werd gedrukt en verspreid onder de mensen die me hadden geholpen bij het verkrijgen van mijn Green Card. Ik meen dat ik zelf geen exemplaar meer in mijn bezit heb, maar dat is niet erg.
Een zekere Phillip D. schreef mij in januari 2013: ‘Hello Mr Grunberg. [...] I live in the Southern Cayuga Central School District in upstate New York near Ithaca. We are, remarkably, one of the eleven sites in the U.S. chosen to receive one of the saplings made available by the Anne Frank Foundation. In doing some research, I came across your website. In particular, this limited edition’s title and unique nature intrigue me. My question for you is simple. Is the content of this publication available in some other form? Or is it intended to be limited only to those fortunate enough to have received one of the 50 copies. Any help or guidance you can provide would be greatly appreciated. Thank you.’
Gaandeweg ben ik ervan overtuigd geraakt dat er geen betere definitie van vriendschap bestaat: het sporadisch uitwisselen van e-mails
Een korte samenvatting in het Nederlands. Deze meneer woont niet ver van Ithaca, een stadje in het noorden van New York. En de Southern Cayuga Central School District heeft een jong boompje gekregen, een zoon of dochter van de beroemde Anne Frankboom als het ware. Om die reden wilde hij mijn tekst lezen.
Ik stuurde hem een exemplaar en vanaf die tijd raakten we bevriend, voor zover het sporadisch uitwisselen van e-mails vriendschap kan worden. Maar eerlijk gezegd ben ik er gaandeweg van overtuigd geraakt dat er geen betere definitie van vriendschap bestaat: het sporadisch uitwisselen van e-mails.
Een jaar of twee geleden zag ik Phillip D. voor een lunch. Hij was kunstenaar en hij had een dochter en een vrouw, zijn achtergrond was Iers.
Recent kondigde Phillip aan dat hij weer in de stad zou zijn. Hij had een kunstwerk voor mij gemaakt, geïnspireerd door de dood van mijn moeder. De dood inspireert veel mensen en de dood van moeders inspireert meer mensen dan de dood van mensen. Het klinkt onbescheiden, maar ik ben ervan overtuigd dat mijn dood ook een aantal mensen zal inspireren, een dozijn of twee schat ik.
Ik nodigde Phillip uit voor een avondeten in mijn favoriete Italiaanse restaurant in New York, feitelijk een verlengde van mijn woonkamer. Mijn geliefde was ook in de stad en het werd een zeer genoeglijke avond, al dreigde er enige freudiaanse verwarring toen Phillip zei: ‘Het werd tijd dat ze het huis uitging.’ Mijn geliefde dacht dat hij het over zijn vrouw had terwijl hij zijn dochter bedoelde.
Tijdens het diner overhandigde hij mij het kunstwerk. Het was een memento mori dat bestond uit een zwarte doos, een limonadeglas en een steen. Picasso maakte van een stuur en een zadel een stier. Waarmee maar gezegd is dat je niet veel nodig hebt om te scheppen.
‘De kunst ligt op straat,’ zei mijn voormalige leermeester Jan Ritsema tegen mij toen ik nog bij hem dienst was als privésecretaris. We hebben het over eind jaren tachtig.
Maar soms zit de kunst ook tegenover je, al dan niet levend.
Voor de een mondt het leven uit in een boek, voor de ander in een schilderij, voor een derde in voetbal.
Thuis ben je waar het leven klei is waar iets beters, iets mooiers van wordt gemaakt.