Van alle menselijke activiteiten neemt landbouw verreweg de meeste ruimte in. Het mag geen verrassing heten dat de natuur hiervan het kind van de rekening is. Door het afbreken en verdelen van leefgebieden komen veel dieren en planten dermate in het nauw, dat wetenschappers nu speculeren dat we in de zitten. Het aantal organismen dat jaarlijks uitsterft, is op dit moment honderd tot duizend keer hoger dan normaal, met landbouw vermoedelijk als belangrijkste aanjager.

En dan te bedenken dat er deze eeuw nog eens 2 tot 4 miljard mensen bijkomen. Hoe gaan we in vredesnaam zorgen dat we zo meteen niet op een levensloze planeet leven?

Twee manieren om de planeet te voeden

Deze vraag wordt grofweg op twee verschillende manieren beantwoord. Het ene kamp - de klassiek groenen - pleit voor meer wildlife friendly landbouw. Dit type landbouw, denk aan biologische landbouw, agro-ecologie of permacultuur, gebruikt natuurvriendelijkere methoden en is daardoor biodiverser. Dit gaat wel ten koste van de opbrengst per hectare, waardoor er meer land nodig is om dezelfde opbrengst te genereren.

Het andere kamp - is voorstander van verregaande intensieve landbouw, die gebruikmaakt van kunstmest en bestrijdingsmiddelen en openstaat voor moderne veredelingstechnieken als genetische modificatie. De verbouwde velden zijn laag in biodiversiteit, maar hoog in opbrengst per hectare. De niet gebruikte stukken land kunnen aan de natuur toegewezen worden.

Het is, kortom, het debat tussenland delen en land sparen.

Hoeveel land hebben we nodig?

Voordat we de wetenschappelijke literatuur induiken om te kijken welk uiterste nu het beste is om de biodiversiteit te waarborgen, wil ik de vraag beantwoorden hoeveel minder efficiënt wildlife friendly landbouw is en hoeveel land er nodig is als we volledig zouden overschakelen.

Foto’s: Thomas Trutschel/Getty Images


In 2012 verscheen er een overzichtsstudie die deze vraag voor een hele reeks aan landbouwproducten probeerde te De onderzoekers vonden dat het voor veel soorten fruit heel weinig uitmaakte welke van de twee landbouwsystemen er gebruikt werd. Voor tarwe en maïs waren de verschillen echter enorm: tot wel 40 procent. Als de onderzoekers alle gewassen op één hoop gooiden, kwamen ze tot een verschil van minimaal 25 procent: er is met biologische landbouw dus een kwart meer land nodig om dezelfde opbrengst te genereren. Dat komt overeen met een gebied zo groot als de Verenigde Staten, en dat wordt alleen maar groter als er in de toekomst meer mensen gevoed moeten worden.

Is het het waard om natuur op te offeren voor een natuurvriendelijker landbouwmethode? De afgelopen decennia is hier veel onderzoek naar gedaan en het gros van de studies richtte zich op ontwikkelingslanden in met name Afrika. De meeste boeren hebben daar nauwelijks toegang tot kunstmest, bestrijdingsmiddelen en tractors, soms uit infrastructurele redenen, soms om financiële. Het gros van de boeren bezigt daarom nog zeer kleinschalige landbouw. Tegelijkertijd is Afrika het continent waar de grootste bevolkingsgroei voor de deur staat: van 1 naar 3 à 4 miljard in 2100. Het staat op een splitsing: gaat het voor biologische landbouw of voor intensieve landbouw om iedereen te voeden en tegelijk nog natuur over te houden?

En welke methode is dan het best voor de biodiversiteit?

Een van de grootste studies die het debat tussen land delen en land sparen probeerde te beslechten, keek naar zeshonderd vogel- en boomsoorten in zowel het noorden van India als het zuidwesten van De conclusie was duidelijk: voor zowel planten als voor dieren was land sparen verreweg de beste optie. In Ghana bleek zelfs dat meer wildlife friendly landbouw ervoor zou zorgen dat de helft van alle vogels en zo goed als alle bomen verdwenen zouden zijn in 2050. De studie maakt overigens duidelijk dat er geen echt winnend scenario is: ook bij de optie van land sparing gaat er richting 2050 veel biodiversiteit verloren. Het blijkt helaas onmogelijk om alle natuur te behouden en tegelijk meer voedsel te produceren.

Foto’s: Thomas Trutschel/Getty Images

Een andere studie keek naar 256 vogelsoorten in Oeganda en kwam tot een soortgelijke conclusie: ook hier was land sparen beter in staat om vogelsoorten te Een studie afgelopen jaar in de Zuid-Amerikaanse Andes, weer met vogels als studieobject, pleitte wederom voor de strategie van intensieve Opvallend was dat de studies ontdekten dat biologische landbouw inderdaad een hogere biodiversiteit op de velden herbergde, maar dat vooral opportunistische, generalistische soorten profiteerden van de natuurvriendelijke landbouwmethoden. Zeg maar de mussen en de meeuwen van het Afrikaanse platteland. Zeldzamere soorten die bescherming nodig hebben, hebben er niks aan. Zij hebben zulke specifieke habitats nodig, dat alleen echte natuur voldoet.

Is er dan geen enkele studie die land delen als beste strategie aanwijst? Ja, er is een onderzoek naar leeuwen dat pleit voor natuurvriendelijkere De leeuw heeft echter zo’n groot gebied nodig om te leven, dat het onwaarschijnlijk is dat er zulke grote gebieden als natuur weggezet kunnen worden door meer intensivering. Er zal samengeleefd moeten worden. Maar juist op zulke gevaarlijke dieren zitten boeren niet te wachten op hun velden, onafhankelijk van de landbouwmethode die ze gebruiken.

Land sparen blijkt bovendien niet alleen de winnende strategie bij landbouw. Ook als het gaat om het kappen van bos ten behoeve van houtproductie, is het beter om heel intensief een gebied om te hakken en de rest met rust te laten, zo blijkt uit een studie naar vogels, kevers en mieren in Intensief wonen blijkt daarnaast beter voor het ecosysteem dan extensief wonen, zo laat een vergelijking van Rio de Janeiro met het Amerikaanse Portland zien. Rio is een volgepakte stad met natuur eromheen, terwijl Portland zeer uitgestrekt is, maar veel natuur binnen de bebouwde kom

En voor het Westen?

Nu is het voor Afrika en andere ontwikkelingsgebieden duidelijk dat land sparen de betere strategie is, maar hoe zit dat voor meer westerse landen? In Nederland valt er niet veel natuur meer te redden, en helemaal geen gebieden die ook maar in de buurt komen van de enorm biodiverse regenwouden.

Foto’s: Thomas Trutschel/Getty Images

Toch lijkt ook in het Westen land sparen een biodiversere natuur op te leveren. Zo keken Britse wetenschappers naar vlindersoorten in hun eigen land en kwamen tot de conclusie dat intensieve landbouw gecombineerd met natuurgebieden een hogere biodiversiteit garandeerde dan biologische Interessant is dat zij heel specifiek konden aangeven wanneer het kwartje de andere kant op valt: als het de biologische landbouw lukt om tot 87 procent van de opbrengst van conventionele landbouw te komen, dan verdient wildlife friendly landbouw de voorkeur. In Amerika keken wetenschappers naar plantensoorten en ook daar bleek land sparen de Naar Nederland vertaald lijkt het daarom effectiever om de biodiversiteit op landbouwgronden maar op te geven en een extra Biesbosch of Oostvaardersplassen te creëren, dan om te focussen op landbouwgrond met meer dieren en planten.

Intensieve landbouw helpt de planeet bovendien niet alleen op het gebied van biodiversiteit. Zo laat een recente studie zien dat intensieve landbouw in Groot-Brittannië in de toekomst tot 80 procent van de uitstoot van broeikasgassen kan voorkomen, als de bespaarde gebieden CO2-opnemend bos of veengebied worden. Een eerdere studie berekende dat het landsparende effect van intensieve landbouw de afgelopen decennia de uitstoot van 160 miljard ton aan broeikasgassen voorkomen

Betekent zo’n pleidooi voor intensieve landbouw dat de sector maar helemaal zijn gang mag gaan? Uiteraard niet. Landbouw is een noodzakelijk kwaad en gaat gepaard met veel destructie: het gebruikt twee derde van al het zeldzame zoetwater op deze planeet, het is verantwoordelijk voor 10 tot 15 procent van alle broeikasgasuitstoot, er wordt nog steeds veel te kwistig omgegaan met stikstof en bestrijdingsmiddelen zijn we ook liever kwijt dan rijk. We zullen daarom alles op alles moeten zetten om het efficiënter, duurzamer en meer circulair te maken en zo de planeet leefbaar te houden.

Maar als we de komende tijd moeten kiezen tussen biologische landbouw en intensieve landbouw om de biodiversiteit te redden, dan verdient de laatste duidelijk de voorkeur. Er is weinig romantisch aan de grote, efficiënte landbouwbedrijven en hun manier van voedsel produceren, maar het is de enige manier om een groene en welvarende planeet te combineren in de toekomst.

Update 29 januari: Dank voor de vele interessante bijdragen onder dit stuk. Ik verblijf op dit moment voor het maken van een documentaire in Bangladesh en ben daardoor niet in staat direct op alle bijdragen in te gaan. Als ik over drie weken terugben, reageer ik alsnog.

Eerder in deze serie:

Welvarender worden én de natuur alle ruimte geven, kan dat? Volgens ecomodernisten is een stijgende welvaart helemaal niet de vijand van het milieu. Sterker nog, het is essentieel om ons los te kunnen koppelen van de natuur, zodat die ruimte krijgt om te floreren. Ik ging op zoek naar bewijzen voor deze controversiële stelling. Lees hier mijn stuk terug