Waarom iedereen zich tegenwoordig curator noemt (en of dat erg is of niet)

Marian Cousijn
Correspondent Beeldende kunst
Zaalopname van de tentoonstelling: 'Seth Siegelaub: Beyond Conceptual Art'. Foto: Gert Jan van Rooij

Van je bloggende nichtje tot Kanye West: steeds meer mensen noemen zich curator. De term is afkomstig uit de kunstwereld, waar een curator tentoonstellingen samenstelt. Onder tentoonstellingsmakers zorgt het dan ook voor ergernis dat playlists, modecollecties en cocktailkaarten tegenwoordig het label ‘curated’ dragen. Is dat terecht?

Gecureerd.

Veel kunstcollega’s trekken een vies gezicht als ze dat woord horen. Ook ik kan een lichte scepsis niet onderdrukken wanneer ik het tegenkom. Negen van de tien keer kun je namelijk gewoon ‘geselecteerd’ gebruiken.

“Ashetu”, gebreide ceremoniële hoofdtooien met stekels van stekelvarkens, schelpen en kwasten, afkomstig uit Kameroen. Foto: Stichting Egress Foundation

Het begrip curator is een modieuze geworden die iets artistieks suggereert, maar dat niet per se hoeft te zijn.

Dat heeft te maken met de consumptiemaatschappij en de keuzestress die daaruit voortkomt. Het is heel fijn wanneer iemand een voorselectie maakt uit het overweldigende aanbod muziek, kleding en koffietentjes. Het liefst iemand met goede smaak die van selecteren en presenteren zijn of haar beroep heeft gemaakt: de curator.

De titel die oorspronkelijk was voorbehouden aan connaisseurs, is zodoende een alomtegenwoordig geworden binnen de lifestyle-industrie.

Ten eerste: hoe het nu precies zit met die woorden

Het woord curator stamt af van het Latijnse curare, dat verzorgen of genezen betekent. Lange tijd gaven Nederlandse woordenboeken alleen andere definities (‘persoon die door de rechtbank is aangesteld om een nalatenschap af te handelen,’ ‘persoon die bij een faillissement door de rechtbank is aangesteld om de zakelijke kant af te handelen,’ ‘lid van een raad van toezicht’), maar sinds enkele jaren is daar ‘persoon die verantwoordelijk is voor/beheerder van een tentoonstelling’ bij gekomen.

Armand Mattelart en Ariel Dorfman, ‘How to Read Donald Duck, Imperialist Ideology in the Disney Comic’, tweede editie, 1979.

De onlineversie van Van Dale vermeldt waaruit het bredere gebruik van de term spreekt: ‘iem. die de programmering van een festival verzorgt enz.’ en ‘iem. die voor anderen relevante informatie selecteert en overzichtelijk bij elkaar zet.’ Je hoeft dus geen kunstconnaisseur of tentoonstellingsmaker meer te zijn om jezelf curator te noemen.

Maar hoe zit het met cureren? In het Engels is to curate in de context van tentoonstellingen maken sinds de jaren tachtig gangbaar. Ook afgeleiden als curational, curation en curationism worden gebruikt. Omdat de Engelse taal dominant is in het kunstjargon (er is zelfs zoiets als slijten de woorden er ook in het Nederlands in: je komt steeds vaker vormen van ‘cureren’ tegen, zowel in de kunstwereld als daarbuiten.

Arme curatoren: zelfs de gevreesde associatie met vagina’s lijkt onvermijdelijk

De nieuwe betekenis van het werkwoord is nog niet tot het Nederlandse woordenboek doorgedrongen: vooralsnog betekent cureren daar alleen genezen. Begaan we dan massaal taalfouten, wanneer we het over gecureerde playlists en kledingkasten hebben? Ton den Boon, hoofdredacteur van het Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal: ‘We hebben de nieuwe betekenis van het woord cureren al gesignaleerd. In de kunstwereld komt het vaker voor, maar dan gaat het nog om jargon: dat nemen we niet op in het woordenboek. Pas wanneer een nieuw woord regelmatig zonder toelichting in de algemene taal opduikt, wordt het opgenomen. En dan meestal pas na een paar jaar, zodat we zeker weten dat het niet om een modegril gaat.’

Geborduurd paneel met bloemmotieven op roze achtergrond, afkomstig uit Oezbekistan. Foto: Marion Benoit

Den Boon merkt nog iets interessants op: ‘Cureren betekent genezen en komt van het Engelse to cure, niet van to curate. Eigenlijk zou in het Nederlands curateren dus veel logischer zijn.’

Waarom is cureren er dan ingesleten, in plaats van curateren? ‘Wellicht omdat het te veel aan een ander woord doet denken. Als je op curateren zoekt met Google, krijg je resultaten voor curetteren. Dat is een gynaecologische ingreep: niet direct een associatie die je als curator graag wil.’

Maar arme curatoren: zelfs de gevreesde associatie met vagina’s lijkt onvermijdelijk. In Groot-Brittannië en Amerika heb je sinds kort bedrijven zoals PeriodBox, die menstruerende vrouwen iedere maand een doos ‘carefully hand curated comfort and wellness goods’ bezorgt: maandverband van kleine, ethisch verantwoorde bedrijven, tampons van organisch katoen en biologische chocolade.

Seth Siegelaub, 5 januari 1969. Foto: MoMA

Hoe het beroep curator ontstond

In de kunstwereld is de curator een relatief nieuw beroep. Tot de jaren zestig werden er beduidend minder tentoonstellingen georganiseerd dan In musea viel de presentatie van de kunstwerken onder de verantwoordelijkheid van de Dat was meestal een onzichtbare en bureaucratische baan. Musea hadden vooral de taak zo neutraal mogelijk de kunstgeschiedenis te volgen en presenteren. Het ontdekken van jonge kunstenaars, risico’s nemen en het publieke debat op gang brengen, was de taak van galeriehouders en critici.

Bijpassende set van kazuifel en dalmatiek in rode damast met passement. Foto: Marion Benoit

Eind jaren zestig kwam daar verandering in. speelde hier een grote rol in: Na het organiseren van een moest hij vertrekken als directeur bij de Kunsthalle Bern en besloot hij als onafhankelijk tentoonstellingsmaker verder te gaan. Zo kon Szeemann het zich veroorloven om risico’s te nemen en radicaal te experimenteren met het maken van tentoonstellingen. Het zou de blauwdruk zijn voor een nieuw, sterk tot de verbeelding sprekend dat draait om creativiteit, goede smaak en een eigenzinnige visie.

Er ontstond meteen weerstand: sommige kunstenaars vreesden dat hun werk overschaduwd werd door dat van de curator. Al in 1972 schreef kunstenaar een fel manifest waarin hij zich uitsprak tegen de dominante rol die Szeemann zichzelf had toegeëigend. Hij beschuldigde hem ervan dat deze de tentoonstelling als één groot kunstwerk beschouwde, waarbij alle losse kunstwerken gedegradeerd werden tot decoratieve onderdelen die in dienst stonden van het grote geheel.

Zaalopname van de tentoonstelling: ‘Seth Siegelaub: Beyond Conceptual Art’. Foto: Gert Jan van Rooij

Hoe curatoren beroemdheden werden

De opmars van de onafhankelijke curator bleek niet te stuiten. Zeker met de opkomst van conceptuele kunst ontstond er behoefte aan tussenpersonen die een brugfunctie konden vervullen tussen de kunst en het publiek, bijvoorbeeld door het schrijven van verklarende teksten. Vanaf de jaren tachtig vond er een explosieve groei plaats in het aantal blockbuster- en megatentoonstellingen en werd de curator nog prominenter.

In de jaren negentig werd het beroep geprofessionaliseerd. Het is nog steeds geen beschermd beroep, maar er werden gespecialiseerde opleidingen opgericht en er verscheen vakliteratuur. Rond 2000 bereikte de invloed van het curatorschap in de kunstwereld een hoogtepunt: er was sprake van star curators: glamoureuze mannen en vrouwen met de status van die de hele wereld overvlogen.

Foto van Joseph Kosuth, ‘Titled (Art as Idea as Idea) The Word ‘Definition’, 1966-1968. Met links Joseph Kosuth en rechts Seth Siegelaub. Foto: MoMA

Hoe curator in een bredere culturele context gebruikt werd

Een curator houdt zich dus bezig met het selecteren, organiseren en presenteren van kunstwerken. Vaardigheden die ook kunnen worden toegepast op films, boeken, kleding en andere consumptieartikelen. En dat kunnen we goed gebruiken in de huidige consumptiemaatschappij waarin kiezen een kunst is geworden. Het overweldigende aanbod van zaken die je kunt consumeren creëert behoefte aan een voorbeeldfiguur, die een goed geïnformeerde voorselectie kan maken.

Het maken van een betekenisvolle selectie en presentatie is sinds de opkomst van internet alleen nog maar belangrijker geworden

Het maken van een betekenisvolle selectie en presentatie is sinds de opkomst van internet alleen nog maar belangrijker geworden. Eigenlijk is iedereen die (beeld)verzamelingen samenstelt op Facebook, Pinterest of Tumblr, in zekere mate een curator. De lifestyle-industrie maakt dankbaar gebruik van het artistieke prestige waarmee de term curator geassocieerd wordt. Socialemediaberoemdheden, die het samenstellen van hun Instagramaccounts tot lucratieve business hebben verheven, worden ingezet als curator voor bijvoorbeeld webshops. Zo wordt het kopen van spullen een weldoordachte, creatieve lifestylekeuze waaruit goede smaak en cultureel kapitaal blijkt.

Zaalopname van de tentoonstelling: ‘Seth Siegelaub: Beyond Conceptual Art’. Foto: Gert Jan van Rooij

Hoe beroemdheden curator werden

Ook musea spelen in op de populariteit en de lossere interpretatie van het begrip curator. De lijst popsterren die door kunstinstituten als gastcurator zijn gevraagd, is lang: Pharrell Williams, James Franco, Drake, Jay Z, Madonna, Miley Cyrus en, uiteraard, Kanye West. Ook in Nederland komt het gastcuratorschap op. In Museum de Fundatie waren Nick & Simon gastcurator, voor het pop-upmuseum van De Wereld Draait Door worden beroemdheden als Paul de Leeuw en Carice van Houten uitgenodigd om zalen in te richten.

Lawrence Weiner, ‘Gloss white lacquer, sprayed for 2 minutes at 40lb pressure directly’, 1968. Foto: MoMA

Een ontwikkeling die door menig traditioneel tentoonstellingsmaker met argusogen wordt bekeken. Drake zal niet maandenlang archieven hebben doorgespit voor wetenschappelijk onderzoek, Kanye heeft vast geen lijsten met kunstwerken in Excel bijgehouden en Pharrell Williams heeft de waarvan hij curator was niet eens bezocht.

Fijn dat deze gastcuratoren een nieuw publiek aantrekken, maar de toenemende focus van musea op bezoekersaantallen en publiciteit moet niet betekenen dat kwalitatief goede tentoonstellingen van minder sexy samenstellers verdwijnen.

Wat traditionele curatoren ervan vinden

De scepsis onder de mensen uit het kunstveld is begrijpelijk. Wanneer de titel ‘curator’ te pas en te onpas wordt gebruikt, zal deze minder serieus genomen worden. Er zijn zelfs voormalig curatoren die ervoor kiezen om voortaan als editor of agent door het leven te gaan.

Bij het van De Appel arts centre, een van de oudste en bekendste ter wereld, maken ze zich er niet zo druk over. Coördinator Saskia van der Kroef: ‘Het vakgebied is altijd heel breed opgevat. We willen de deelnemers leren om een selectie te maken op basis van een actualiteit of een tendens en ze de capaciteit geven dat om te zetten in een interessant resultaat. Dat hoeft niet per se een tentoonstelling te zijn.’

Merken ze veel van de trend om je curator te noemen? ‘Nee, het aantal aanmeldingen blijft gelijk, net als de achtergrond van de kandidaten. Onze aanmeldprocedure is heel specifiek en je moet echt al wat ervaring hebben. De kandidaten zijn over het algemeen heel goed geïnformeerd.’

Wanneer de titel ‘curator’ te pas en te onpas wordt gebruikt, zal deze minder serieus genomen worden

Volgens Van der Kroef begint de dominantie van de curator overigens weer af te nemen: ‘De star curators uit de jaren negentig hadden zich veel autoriteit toegeëigend, maar je ziet dat die dominante stem steeds zachter wordt. Biënnales zijn bijvoorbeeld op zoek naar collectieven van tentoonstellingsmakers. En types als Hans Ulrich Obrist zijn echt een uitzondering. Over het algemeen gaat het er een stuk bescheidener aan toe.’

Wanneer mag je jezelf nou eigenlijk echt curator noemen? ‘Dat is heel persoonlijk. Ik heb zelf ook weleens tentoonstellingen gemaakt, maar ik zie mezelf niet als curator. Sommige kandidaten voor deze opleiding noemen zich in hun motivatiebrief al curator, anderen pas na afronding van het programma. Die term dekt de lading nog steeds, we zijn niet op zoek naar een ander

Verder lezen?