Dat beschrijft journalist Robinson Meyer mooi in zijn analyse van het Verdrag van Parijs. Ik las zijn citaat vandaag opnieuw en wilde het graag delen.
Meyer schrijft in tijdschrift The Atlantic: ‘In mijn optiek is klimaatverandering ons grote verhaal. Geen ander narratief omvat de gehele mensheid op dezelfde manier. Geen ander narratief dwingt ons antwoord te geven op zoveel vragen: vragen over ethiek, voedsel, olie en technologie; vragen over economische zekerheid, over democratische republieken en staatskapitalisme, over kolonialisme en inheemse volkeren; over wie in de wereld rijk is en wie in de wereld arm is.’
Wat Meyer zo goed vat is de grenzeloosheid van klimaatverandering. In termen van tijd, bijvoorbeeld: de oorsprong van de opwarming van de aarde ligt in de vroege dagen van het kapitalisme, dat door kolen en kolonialisme werd aangedreven. Maar de volledige gevolgen van de opwarming zullen we pas kennen over een eeuw of wat.
Een ander voorbeeld van die grenzeloosheid: klimaatverandering gaat niet alleen over energie en technologie (zoals de mogelijkheid om de huidige energiehuishouding te vervangen met een groenere), maar ook over consumptie, rijkdom, voedsel.
In de verhalen die ik hieronder op een rijtje heb gezet, komen deze verschillende aspecten terug. Zie het als hernieuwde kennismaking (vooral voor wie pas net lid is van De Correspondent - welkom!) en als uitnodiging om verder te blijven praten. Want: het gesprek dat we samen voeren over de opwarming van de aarde, bepaalt in hoge mate ons vermogen om ermee om te gaan.