Thuis ben je waar anonieme minnaars bloemen voor je achterlaten

Arnon Grunberg
Schrijver

Nadat ik de steenzetting van mijn moeders graf in Israël had bijgewoond, ontmoette ik in een buitenwijk van Tel Aviv mijn Israëlische uitgever die van huis uit architect is en die al een paar jaar, feitelijk zolang als ik hem ken, zijn land naar de verdoemenis ziet gaan.

Geheel ongelijk heeft hij daar natuurlijk niet in, al hangt het ervan af hoe je verdoemenis definieert en soms laat het eindspel van de verdoemenis akelig lang op zich wachten. Zijn vrouw was positiever, zij meende dat de mens altijd weer mogelijkheden ziet om aan de totale ondergang te ontkomen, althans sommige mensen.

Het was een ietwat weemoedige maar toch genoeglijke avond en de avond erop vloog ik naar Nederland.

Ik zou langsgaan bij de school van mijn petekind om met zijn juffrouwen over zijn schoolkeuze te praten. Altijd weer een hachelijk moment, dat doet beseffen hoe moeilijk het is om ouder te zijn. Een boek schrijven is makkelijker en, uitzonderingen daargelaten, minder schadelijk.

Mijn geliefde is de eerste vriendin die niet door mijn moeder afgekeurd kon worden. Ik geloof dat ze er zelf ook onder lijdt

Voor je het weet zadel je het kind op met je eigen ambities. Nu zijn wij natuurlijk allemaal opgezadeld met de ambities van onze ouders, althans daar ga ik van uit, maar misschien moet je soms een stapje terug doen en tegen het kind zeggen: ik ga je niet opzadelen met mijn ambities, je mag jezelf opzadelen met je eigen ambities, hoewel je dan als ouder/verzorger niet verbaasd moet staan als het kind zegt dat het graag wil veranderen in een iPad.

Op 9 februari was het precies een jaar geleden dat mijn moeder was overleden. Daarom had ik in een aardig restaurant in Amsterdam, YamYam, een dinertje georganiseerd voor mensen die voor haar hadden gezorgd. Mijn beste vriendin, tevens moeder van mijn petekind, een meneer die mijn moeder energietherapie gaf, zijn vrouw en hun twee kinderen, alsmede de jonge vrouw die bij mijn moeder inwoonde. De andere vrouw, die gedurende het weekend bij mijn moeder inwoonde, is spoorloos verdwenen. Mijn geliefde, die mijn moeder niet heeft gekend, was er ook. Zij is de eerste vriendin die niet door mijn moeder afgekeurd kon worden en dat is treurig. Ik geloof dat ze er zelf ook onder lijdt.

Door omstandigheden was ik een halfuur te laat. Een geliefde integreren in je privéleven is altijd een heikel proces, in het verleden is het meer dan eens misgegaan en dat zal ongetwijfeld ook door mij komen.

Zo nam mijn beste vriendin de verzorging van mijn moeder op zich toen zij ziek werd. Mijn toenmalige geliefde voelde zich daardoor geloof ik enigszins buitenspel gezet. Daar kwam bij dat mijn toenmalige geliefde door mijn moeder werd omschreven als ‘saai.’ Dat brengt spanningen met zich mee die ik misschien adequater had kunnen voorkomen of toch zeker verminderen. Ik had bijvoorbeeld duidelijker tegen mijn moeder kunnen zeggen dat mijn toenmalige geliefde helemaal niet saai was. Maar zoals de toenmalige geliefde meer dan eens tegen me heeft gezegd: ‘Als je iedereen tevreden probeert te stellen, stel je uiteindelijk helemaal niemand tevreden.’

Waar ze natuurlijk wel gelijk in had, maar iedereen tevreden willen stellen is verslavend en als je dat al veertig jaar probeert te doen, kom er dan nog maar eens vanaf.

Mijn moeder was een vrouw die spanningen met zich meebracht, ik geloof dat dat de kern van haar karakter raakt, en het zou me niet verbazen als ik alleen al daarom verslaafd ben aan spanningen, maar de omgeving van de schrijver wil natuurlijk soms ook rust. In hoeverre mijn behoefte aan spanning zich verhoudt tot mijn behoefte iedereen tevreden te willen stellen, zal ik onderzoeken als ik de vijftig ben gepasseerd.

Het diner in YamYam verliep zonder al te veel opzichtige spanningen. We spraken over orale seks in een lift en Chinese geneeskunde, ik geloof dat mijn moeder dat had kunnen waarderen.

Om een uur of elf bleef ik achter met mijn geliefde. Ze had de avond net iets anders beleefd dan ik. Gespannen, nu en dan ongemakkelijk.

We gingen naar het huis van mijn moeder. Daar had een onbekende rozen aan de deur gebonden. Er zat geen kaartje bij.

‘Had je moeder een geheime minnaar?’ vroeg de geliefde.

‘Niet dat ik weet, ik zou met terugwerkende kracht een beetje jaloers zijn. Maar goed, je weet het nooit.’

De rozen werden onderzocht, maar er was echt geen aanknopingspunt te vinden van wie ze zouden kunnen zijn.

Mijn geliefde ging op de bank liggen, ik ging nog wat werken en al typend begreep ik dat je thuis bent waar geheime, anonieme minnaars bloemen voor jou of je moeder achterlaten, bij voorkeur rozen.