Thuis ben je waar de schaamte in je koffer past
Op weg van New York naar Zürich brak een van de vier wielen van mijn koffer af. Het gebeurde al in New York toen ik mijn koffer de trap van mijn appartement afsleurde.
Op weg naar het vliegveld ontdekte ik dat ik de schoenen van mijn geliefde, die ik beloofd had mee te nemen, had laten staan in mijn woning. Dat lag ook aan de werkster, die ze onder het bed had geschoven.
‘We moeten terug,’ zei ik tegen de chauffeur.
Hij keerde om en mompelde: ‘Ik hoop dat je je vliegtuig haalt.’
Toen hij zag waarmee ik vervolgens terugkwam, knikte hij begrijpend. ‘Nee,’ zei hij, ‘zonder schoenen had je beter thuis kunnen blijven.’
Ik zei dat hij gelijk had.
Het paar elegante damesschoenen liet ik maar in mijn handbagage zitten. Misschien zou men denken dat ik parttime travestiet was, maar ik had de leeftijd bereikt om me niet meer zo druk te maken om wat andere mensen dachten.
Op de bovenste verdieping van de Coop, daar zouden ze weleens koffers kunnen hebben
Bij het inchecken zei een van de medewerkers van Delta Airlines: ‘Er ontbreekt een wiel aan je koffer.’
‘Dat klopt,’ antwoordde ik.
‘Dan moet je even hier tekenen, anders zeg je dat wij het gedaan hebben.’
Ik tekende. Ook moest ik voor het teveel aan gewicht betalen. Op diverse momenten van zijn leven is de mens machteloos. Het went.
Van Zürich reisde ik per trein naar Davos, een reis die ik al diverse malen heb ondernomen, maar zij blijft de moeite waard.
Mijn kapotte koffer gaf ik aan een vriendin mee die ook in Davos was om hem in Amsterdam te laten repareren. In Amsterdam kende ik via via een kofferreparateur die in het verleden behoorlijk werk had geleverd voor een schappelijke prijs.
In Davos bleek van alles te koop maar geen koffer. Wel sporttassen en luxe handtassen, maar een betrekkelijk normale koffer was nergens te vinden.
Een dame van het hotel zei dat ik het in Chur of Landquart kon proberen, maar dat was ruim een uur heen en ruim een uur terug.
Aangezien ik toch nog het Nietzsche-Haus in Sils Maria wilde bezoeken, besloot ik mijn koffer maar in St. Moritz aan te schaffen – op weg naar Sils Maria kom je langs St. Moritz, tenzij je uit Italië komt.
Nietzsche heeft verscheidene zomers in Sils Maria doorgebracht en wie weleens in Sils Maria is geweest, kan dat goed begrijpen.
Sils Maria lukte alleen niet meer, ik had die ochtend nog een bergwandeling gemaakt die was uitgelopen en toen ik in St. Moritz aankwam, bleek het Nietzsche-Haus al gesloten, maar de treinreis erheen is ook zeer de moeite waard en mijn geliefde was er nog nooit geweest.
Ook in St. Moritz bleek veel te koop en te huur, maar geen koffer.
Een dame van de VVV zei: ‘Op de bovenste verdieping van de Coop, daar zouden ze weleens koffers kunnen hebben.’
Op de bovenste verdieping van de Coop vond ik inderdaad een koffer. Niet echt waarnaar ik op zoek was geweest, zelfs de grootste was te klein, maar deze koffer was altijd nog beter dan geen. Mijn geliefde had namelijk gezegd: ‘Als we geen koffer vinden, stoppen we alles in vuilniszakken.’
Alleen al de gedachte deed schaamte in mij opkomen.
Mijn geliefde schaamt zich ook voor veel, maar kennelijk niet voor vuilniszakken op een bagageband.
Thuis ben je waar schaamte in je koffer past en waar zij de vorm aanneemt van een gebrek, al is het maar gebrek aan een koffer.