Brazilië vecht niet tegen corruptie, het vecht tegen het verleden
Brazilië verkeert in een constitutionele crisis. Toen een oud-president in een corruptiezaak ondervraagd dreigde te worden, benoemde de huidige president hem plotseling tot stafchef. Een benoeming die laat zien: in dit politieke speelveld heeft niemand schone handen.
Brazilië, de grootste economie van Latijns-Amerika, verkeert in een ernstige crisis, met de organisatie van de Olympische Spelen slechts vier maanden verwijderd. In economisch, maar ook in constitutioneel opzicht staat het land aan de rand van de afgrond.
Mondjesmaat begint de westerse wereld daar aandacht aan te besteden, waarbij de verslaggeving vooral gaat over koningskoppel Luiz Inacio Lula da Silva, de voormalige president van Brazilië, en de huidige, zijn opvolger en goede vriendin Dilma Rousseff. Beiden zijn van de linkse Arbeiderspartij PT, die sinds 2003 aan de macht is.
De situatie vertoont inmiddels zoveel gelijkenis met de Netflixserie House of Cards, die op onthutsende wijze corruptie en machtswellust op het hoogste politieke niveau in beeld brengt, dat er een quiz bestaat met de titel: ‘Gebeurde dit in House of Cards of in Brazilië?’
De toch al gespannen verhoudingen in het politieke speelveld ontploften toen Lula 4 maart jongstleden werd opgepakt voor ondervraging in het grootschalige corruptieonderzoek rondom staatsoliebedrijf Petrobas. Een onderzoek genaamd operatie-Lava Jato (operatie Wasstraat), geleid door rechter Sérgio Moro. Een week later benoemde president Rousseff Lula opeens als haar nieuwe stafchef - volgens tegenstanders een slinkse zet om het corruptieonderzoek te dwarsbomen, aangezien regeringsleden enkel door het Hooggerechtshof berecht kunnen worden. Massademonstraties tegen de zittende regering volgden, waarvan de beelden de hele wereld overgingen.
De indruk die ze wekken: wat een potje maakt die regering er daar van. Ook bij ons luidden de nieuwskoppen (een variant op) ‘Bevolking Brazilië de straat op tegen corrupte regering.’ Het is een al te simpele voorstelling van zaken.
Neem een tweet van gerespecteerd politiek commentator en professor aan New York University Ian Bremmer, bij een foto van zo’n antiregeringsdemonstratie: ‘The People vs the President #Brazil.’
Wie dit leest, denkt al snel: die arme bevolking van Brazilië komt eindelijk in opstand tegen dat stelletje graaiers. De realiteit is anders.
Brazilië is verdeeld
De demonstranten zijn met name hoogopgeleide, witte mensen uit Braziliës boven- en middenklasse, die nooit blij zijn geweest met de PT en alle democratische hervormingen die de partij heeft doorgevoerd. De groeiende populariteit van de Arbeiderspartij en met name die van voormalig president Lula, die sinds 2003 veel maatregelen trof om de extreme ongelijkheid in zijn land aan te pakken, hebben bij deze mensen voor toenemend ongenoegen gezorgd. Het idee dat Lula na afloop van Rousseffs tweede termijn, in 2018, weleens opnieuw met de presidentsverkiezingen zou kunnen meedoen, maakt de rechtse partijen zenuwachtig.
Het idee dat Lula weleens opnieuw met de presidentsverkiezingen zou kunnen meedoen, maakt de rechtse partijen zenuwachtig
Een situatie die veel Brazilianen doet denken aan de maanden leidend tot de militaire staatsgreep van 1964 en de militaire dictatuur die erop volgde. De linkse president João Goulart werd toen met behulp van de Amerikaanse president Lyndon Johnson naar Uruguay verjaagd. Ruim twintig jaar van onderdrukking en grove mensenrechtenschendingen volgden, waarin leger en bovenklasse het voor het zeggen hadden. Pas in 1985 begon een proces van redemocratisering.
Maar nog steeds is de samenleving verdeeld. Veelzeggend was een foto die deze week op meerdere alternatieve Braziliaanse blogs werd gedeeld: die van een jong, wit koppel op weg naar de demonstraties met een rashondje aan de lijn, hun tweeling in een buggy achter ze voortgeduwd door een zwarte nanny in een dienstpakje. Het onderschrift luidde: ‘Speed it up, there, Maria, we have to get out to protest against this Brazilian centre-left government that made us pay you minimum wage.’
Een woedende reactie van de man van het stel volgde op Facebook, en de polarisatie van voorheen was compleet - met als enige verschil dat alles nu razendsnel en via internet verloopt.
En de media vergroten die verdeling
Er zijn meer spoken uit het verleden die de crisis van vandaag verklaren. De media worden een belangrijke rol toegedicht: het machtige Globo-conglomeraat van de steenrijke familie Marinho is van oudsher promilitair en voert al jaren een hetze tegen de regering. Globo-verslaggevers staan bekend om hun harde aanpak van Rousseff, de uitgelekte telefoongesprekken tussen haar en Lula waren als eerste op hun kanalen te zien en de antiregeringsdemonstraties werden uitgebreid in beeld gebracht. De selectieve verslaggeving viel zo op, dat de bekende soapactrice Leandra Leal afgelopen vrijdag 18 maart, de dag dat er proregeringsdemonstraties waren, een cynische tweet naar @GloboNews verstuurde met de strekking: ‘Ik ben aan het werk, maar wil graag de demonstraties volgen. Waar blijft de live-verslaggeving?’
De benoeming van Lula als Rousseffs nieuwe stafchef is inmiddels geblokkeerd door een rechter (die foto’s van zichzelf tijdens antiregeringsdemonstraties op Facebook plaatste), waardoor niets nader corruptieonderzoek in de weg staat. Rousseff ziet zichzelf nog steeds geconfronteerd met een mogelijke afzettingsprocedure wegens malversaties in de boekhouding, aangevoerd door haar aartsvijand Eduardo Cunha, zelf ook weer onderwerp van corruptieonderzoek. De leider van Operatie Lava Jato, rechter Moro, is zelfverklaard antiregering en gaf de telefoongesprekken tussen Lula en Rousseff vrij zonder de juiste procedure te volgen.
Het is duidelijk: niemand in dit politieke spel heeft schone handen, zeker ook de zittende regering, Lula en Rousseff, niet. Maar het is te makkelijk om de huidige antiregeringsdemonstraties te verslaan als het Braziliaanse volk dat een vuist tegen corruptie maakt. Het draait veel meer om de erfenis van een gruwelijk verleden, waarmee het land nooit helemaal in het reine is gekomen.