Misschien heeft Europa wel betere leugens nodig

Tomas Vanheste
Correspondent Europa tussen macht en verbeelding
Uit de serie 'De verwondering van België'. Foto: Frank Penders

In Een unie van het eigen suggereert Joachim Pohlmann een cynische verklaring voor de afkeer van de Europese Unie. Zelf noemt hij zijn roman een update van Het verdriet van België - dat is wat te veel eer. Maar hij weet wél geloofwaardige personages te scheppen die de kwalen van Europa treffend verbeelden.

Het was, vond ik, een treurig schouwspel: het triomfantalisme van de winnaars van het referendum over Oekraïne die het nee tegen het associatieverdrag binnenhaalden als de eerste gewonnen slag in de oorlog tegen de Europese Unie. erkenden de initiatiefnemers van de volksraadpleging met een pijnlijke schaamteloosheid, kort voor ze hun slag sloegen. Er waren ook, dat besefte ik wel, mensen die nee stemden in de oprechte overtuiging dat het verdrag Oekraïne weinig goeds had te brengen. Maar het grijnzende nee van de initiatiefnemers was in mijn ogen een opgestoken middelvinger naar de Oekraïners die het wél iets kon schelen, van wie sommigen het leven hadden gegeven voor de strijd om aansluiting te vinden bij Europa.

Na de triomf van de EU-critici vroeg ik mij wanhopig af waarom de meerderheid van de Oekraïners de EU als het beloofde land ziet waar rechtsstatelijkheid en vrijheid heersen en de corruptie aan banden is gelegd, terwijl vele Nederlanders en andere Europeanen haar beschouwen als een bureaucratische bezettingsmacht die onze soevereiniteit afsnoept.

Uit de serie ‘De verwondering van België’. Foto’s: Frank Penders

Collega Marc Chavannes droeg een aan: veel mensen voelen zich verloren en verraden door een EU die vooral een neoliberale koers heeft gevaren. De Unie is te veel een marktproject gericht op het vrij laten stromen van kapitaal, te weinig de belichaming van de waarden waar ze volgens het eigen voor zegt te staan: eerbied voor de menselijke waardigheid, solidariteit en rechtvaardigheid.

Aanknopingspunten voor een cynischere, misschien nog wel fundamentelere verklaring voor de afkeer van de EU vond ik in Een unie van het eigen van Joachim Pohlmann, die ik las in de droeve dagen na het nee.

Pohlmann is in het dagelijkse leven woordvoerder van Bart De Wever, de leider van de Vlaams-nationalistische N-VA. In een interview noemde hij zichzelf een rechtse jongen en zijn boek een update van Het verdriet van België. Ik zal het bekennen: als iemand die vindt dat andere politieke voorkeuren heeft en Claus hoog acht, begon ik met argwaan aan de roman.

Een nieuwe Claus is Pohlmann niet. Diens meesterwerk is van een veel grotere taalrijkdom en literaire gelaagdheid. Het proza van Pohlmann is vooral efficiënt. Maar gelukkig is Een unie van het eigen veel te complex en gelaagd om het te lezen als een ideologisch pamflet. De schrijver in Pohlmann heeft geloofwaardige personages weten te scheppen die de kwalen van het huidige Europa treffend verbeelden.

Elke generatie valt voor een andere ideologie, van nazisme tot marxisme...

Hoofdpersonage van het boek is Armin Ickx, een medewerker van een bank die vanuit zijn raam uitkijkt over een demonstratie bij de zoveelste Eurotop. Tussen de demonstranten loopt een jongen die op zijn T-shirt de Europese vlag heeft, maar dan met swastika’s in plaats van sterren.

We leven alsof. Alsof de rechtsstaat, de democratie, de mensenrechten, de vrijheid, de gelijkheid enzovoort bestaan.

Armin beziet de demonstranten met een meewarige blik. Zij denken dat het zin heeft te protesteren. Dat het systeem kan veranderen. Hij is een cynicus. Alles waar de mensen in geloven - God, hét Recht, dé Mens - ziet hij als fata morgana’s. ‘In deze wereld is geen waarheid meer te herkennen. We leven alsof. Alsof de rechtsstaat, de democratie, de mensenrechten, de vrijheid, de gelijkheid enzovoort bestaan,’ denkt hij.

Armin is de kleinzoon van een Duitse soldaat die de Vlaamse dochter van een halve collaborateur bezwangerde. In de familieroman Een unie van het eigen vallen personages uit vier generaties voor telkens weer andere ideologieën: het nazisme, het Vlaams-nationalisme en het marxisme. De laatste telg van de familie - Armin - heeft zich van alle ideologische ballast bevrijd. Denkt hij althans.

...maar verliest zich in illusies

Wat een Een unie van het eigen verwarrend en interessant maakt, is dat alle personages - welke ideologie ze ook aanhangen - sympathieke klootzakken zijn. Ook de oudoom van het hoofdpersonage, Mon Verdickt, die zich als jongeman in de oorlog bij de Waffen-SS meldde.

Later wordt hij actief in de Vlaams-nationalistische beweging. Dan huldigt hij standpunten die misschien het dichtst staan bij die van de partij van de schrijver. Maar hij krijgt stevig weerwerk van rode Rolf - Armins vader -, het kind dat een Duitse soldaat zijn zus bezorgde en over wie hij zich heeft ontfermd. Als jongeling bekent Rolf zich tot het marxisme. Hij steekt de draak met de manier waarop Mon en zijn partijgenoten een nationaal volksgevoel proberen te stutten met ‘In de negentiende eeuw hadden romantici die veldslag gebruikt,’ observeert hij, ‘om er een nationaal gevoel rond te verzinnen. Het volk was pas ontstaan nadat de staat was opgericht, dus als er al zoiets bestond als een volk, dan was het een bastaard van de staat.’

Dat kunnen de partijgenoten van Pohlmann en ook al die lieden die nu de afbraak van de Europese Unie en de terugkeer naar de natiestaat bepleiten in hun zak steken

Dat kunnen de partijgenoten van Pohlmann en ook al die lieden die nu de afbraak van de Europese Unie en de terugkeer naar de natiestaat bepleiten in hun zak steken.

Maar ook marxist Rolf verliest zich in ideologische illusies. Hij gelooft dat de mens pas vrij is als hij vrij is van verlangen naar bezit. Maar hij moet ontdekken dat de arbeiders waar hij denkt voor te strijden geen boodschap hebben aan zijn intellectuele praatjes en met een paar procenten meer loon tevreden zijn. En de Arbeiderspartij waaraan hij zijn ziel en zaligheid heeft gegeven, spuwt hem na een verkiezingsnederlaag uit.

Terwijl hij zijn eigen leven als een mislukking beschouwt, voedt Rolf zijn zoon Armin op in de hoop dat hij van de wereld een mooier oord zal maken. Maar tijdens zijn studie rechten valt Armin van zijn geloof dat recht en rechtvaardigheid synoniem zijn. De wet is de uitdrukking van de volkswil en juristen zijn niet de hoeders van rechtvaardigheid, maar van de wet. Na zijn studie begint hij zijn carrière nog wel als mensenrechtenadvocaat. Maar eigenlijk gelooft hij er niet meer in. Hij besluit ontslag te nemen, doet een MBA en belandt bij een bank.

Wat er overblijft als we afscheid nemen van alle ideologie

Armin denkt dat hij alle ideologische ballast heeft afgeschud. Toch gelooft ook hij ergens in: de onvermijdelijkheid van ‘het systeem’. Na de ondergang van de ideologieën is wat rest de blinde gehoorzaamheid aan de decreten van het koppel kapitalisme en technologie. ‘Het systeem heeft het individu uit traditionele gemeenschapsbanden als de familie, de lokale gemeenschap of het georganiseerd geloof bevrijd,’ analyseert hij. ‘Het individu heeft geen thuis. Het heeft geen wortels. Het moet bereid zijn zich op het even welk moment om het even waar in het systeem in te schakelen.’

Uit de serie ‘De verwondering van België’. Foto’s: Frank Penders

Wat betekent vrijheid dan nog in dit systeem? ‘De vrijheid van het individu zal zijn dat het zich niet meer gebonden weet door de menselijke beperkingen voor zover de technologie het toelaat. En dat is de vrijheid van een lijfeigene in de technologische feodaliteit,’ filosofeert Armin terwijl hij langs een citaat van Andy Warhol loopt: ‘I’d like to be a machine, wouldn’t you?’

En wat betekent democratie dan nog? ‘De inspraak van het individu zal tot nul worden gereduceerd, maar niemand zal dit storend vinden. Er bestaan binnen het systeem immers geen fundamentele tegenstellingen waarover men van mening kan verschillen,’ voorspelt hij. ‘Een aantal democratische symbolen zoals een parlement zullen nog bewaard blijven, maar hun impact op de beslissingen in het systeem zal marginaal zijn.’

Armins systeem is wat er overblijft nadat we afscheid hebben genomen van het geloof in alle ideologieën en de twee-eenheid markt en technologie in het ideologische gat zijn gesprongen. Hij staat voor een samenleving die geen enkele waarde meer serieus neemt en zijn eigen traditie is vergeten. In zijn achternaam - Ickx - herkennen we de naam van de befaamde Belgische autocoureur Jacky Ickx, symbool voor snelheid en technologie. En het woordje ik, teken van een samenleving die is verworden tot een collectie ikken, een unie van egoïsten, in plaats van een unie van het eigen, een wij gevormd door een gedeelde traditie die ons eigen is en ons bijeenhoudt.

Hebben we behoefte aan nobele leugens?

Terug naar die gedenkwaardige volksraadpleging op 6 april 2016. Het idee dat het luide ‘nee’ een reden is om eindelijk te gaan vechten voor een Europa van waarden, veronderstelt dat het de nee-stemmers daar om te doen was. Maar in de grijnslach van de mensen die zeggen dat Oekraïne hun niets kan schelen, is wellicht eerder de morele leegte van de unie van egoïsten te herkennen. De ander verschijnt daarin hoogstens nog als een financiële lastpost en een bedreiging van de vrijheid van het eigen ik.

Onderweg rekent hij uit hoeveel het zou kosten om de maagzuurvlekken te verwijderen uit de autobekleding, als zijn vader moet kotsen

Zoals zijn vader dat is voor Armin Ickx. Dat hij de laatste wens van zijn aan kanker stervende vader moet vervullen en met hem een reis naar Berlijn moet maken om te lijmen wat er tussen hen gebroken is, ziet hij vooral als een vervelend klusje. Onderweg rekent hij uit hoeveel het zou kosten om de maagzuurvlekken te verwijderen uit de autobekleding, als zijn vader moet kotsen.

Gelukkig is hij geen eendimensionale klootzak. Zijn cynisme is ook maar een verdedigingsscherm dat gedurende de reis met zijn vader barstjes begint te vertonen. Aan het eind van de rit komt hij tot een soort van inzicht. ‘In deze wereld valt geen waarheid meer te herkennen. Maar in een zee van leugens parelen nobele leugens. Leugens die ons aan elkaar smeden. Leugens die zo zuiver en edel zijn dat we ze willen geloven.’

Die boodschap dat we behoefte hebben aan nobele leugens die ons aan elkaar smeden is, geloof ik, zeer urgent. Reden te meer om niet de middelvinger op te steken maar de hand uit te steken naar hen die nog zonder ironie geloven dat Europa staat voor de rechtsstaat. Misschien kunnen zij ons helpen het geloof in de EU terug te vinden dat wij hebben verloren.

Uit de serie ‘De verwondering van België’. Foto: Frank Penders

Lees ook:

Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.

Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.

Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!