Je moet je paspoort laten zien, een detectiepoort door en een bezoekerspas op je kleding spelden voordat je de van mag betreden. Dan schittert het goud je tegemoet: in de vorm van gestolde plassen op de vloer, als een bijna doorzichtig wandkleed en in een grote kluwen glimmend draad. Het uitgangspunt voor al deze kunstwerken was de goudstaaf: de iconische vorm waarin een deel van de Nederlandse goudvoorraad opgeslagen ligt in een tot de verbeelding sprekende kluis diep onder deze expositieruimte.

Sarah van Sonsbeeck maakt afgietsels van de goudstaven in de kluis van de Nederlandsche Bank.

Terwijl een vingerafdruk van een sculptuur poetst, vertelt ze: ‘De afgelopen tijd was mijn atelier hier, maar soms ook bij een glashandel om de hoek, een bronsgieter in Cuijk of een Braziliaanse houtsnijder. En dus ook heel eventjes in de goudkluis.’

Ze laat een foto zien. Het ziet eruit als de naïefste voorstelling die je je van een goudkluis kan maken: kasten gevuld met rijen en rijen blinkende staven puur goud. ‘Die vorm, daar mag je echt niet aankomen. Ze smelten zelfs niet wanneer het gebouw afbrandt. Dus daar wilde ik iets mee doen: hoe zou het eruitzien wanneer het goud uit die vorm wordt bevrijd?’

Met siliconen maakte Van Sonsbeeck afgietsels van de staven. ‘Ik had nooit verwacht dat dat zou mogen. Sommige mensen zien een soort politieke aanklacht in de werken die ik ervan maakte. Dat het bankensysteem instabiel zou zijn. Tuurlijk, het staat je vrij jouw betekenis te kiezen. Maar je kan ook gewoon een vlek zien, of iets waardevols: goud. De Nederlandsche Bank had er in ieder geval geen problemen mee; ik mocht een van de werken zelfs op de directietrap tentoonstellen. Daar is trouwens al wel iemand over uitgegleden.’

Van Sonsbeeck is al langer gefascineerd door het materiaal. Eerder maakte ze veel werk rond het thema en dankzij het gezegde ‘spreken is zilver, zwijgen is goud’ kwam ze op haar huidige materiaal. ‘In de kunstwereld houdt men niet van goud: veel te kitscherig. Dat vind ik dan juist weer interessant. Hoe langer ik bezig ben, des te meer parallellen ik zie tussen stilte en goud. Het zijn allebei geen vaststaande waarden; ze worden gedefinieerd door hun omgeving.’

De gestolde plassen op de vloer zijn trouwens niet echt van ‘Dat zou veel te kostbaar zijn: een staaf is een half miljoen euro waard.’ Lachend: ‘Maar ik zou graag een sjeik tegenkomen die een exemplaar van puur goud wil hebben.’

Alles wat in het atelier gebeurt kan kunst zijn

Tijdens haar afstuderen aan de Rietveld Academie raakte Van Sonsbeeck gefascineerd door stilte. ‘Ik had heel luidruchtige buren. Hun lawaai vulde mijn hele huis, waar ik ook werkte. Ik werd er gek van. Tot ik een interview met las. Hij bedacht: alles wat in een atelier gebeurt, kan kunst zijn. Dus begon hij zichzelf te filmen terwijl hij door de ruimte ijsbeerde, er koffiedronk of viool speelde. Maar ook de muizen die over de vloer renden, werden vastgelegd. Dat zette me aan het denken: als dat geschreeuw van de buren mijn atelier binnendringt, kan ik het me toe-eigenen als materiaal voor mijn Sindsdien sta ik ook open voor ongewenste en mislukte dingen die in mijn atelier gebeuren.’

Zo’n mislukking is ook in de tentoonstelling beland: een verfrommeld A4’tje bedekt met een laagje bladgoud. ‘Hierop stond een idee voor een kunstwerk. Ik wilde de massa van een goudstaaf exact vertalen naar het aantal keer dat ik moest uitademen om dat gewicht te krijgen. Maar ik kwam er niet uit welke vorm dat moest worden. Een enorme ballon? Een tekst? Ik vond het allemaal niet goed genoeg.’

Uiteindelijk leidde het tot een geslaagd nieuw werk. ‘Tegenspoed en frustratie kunnen heel belangrijk zijn, maar het is echt een misvatting dat je alleen goede kunst kan maken als je ongelukkig bent. Toch kan kunstwerken afkeuren een pijnlijk proces zijn; het is een vorm van zelfcensuur. Ik deel mijn ideeën dan ook vaak met een paar mensen die ik echt vertrouw – de harde kern noem ik ze. Hun feedback heb ik echt nodig. Ik vind het ook lastig om in een goede flow te komen. Ideeën kunnen ontzettend lang in mijn hoofd zitten, maar zonder de druk van een deadline voer ik ze niet uit.’

Een nieuwe obsessie

Van Sonsbeeck woont op twee minuten fietsen van de bank. Ze heeft tijdelijk haar atelier ingericht op de zolderkamer van haar huis. Door raampjes in het hoge spitse dak valt zonlicht naar binnen, dat vlammend wordt gereflecteerd door de klosjes gouddraad, restjes bladgoud en testen met goudkleurige materialen.

‘Ik wil zo veel mogelijk zelf doen. Als je brons wilt gieten, moet je samenwerken met experts die dat vak beheersen. Maar met bladgoud werken heb ik mezelf aangeleerd via

Eerst stilte, nu goud. Komt er weer een nieuwe obsessie aan? Van Sonsbeeck bladert door een notitieboekje. Het staat vol schetsen, technisch uitziende tekeningen, aantekeningen. Op een van de pagina’s prijkt zelfs een soort spotprentje van Recep Tayyip Erdogan. ‘Die toon ik nooit als kunst, maar ik vind het ontzettend leuk om te tekenen.’

Ze slaat het boekje open op een pagina met stukjes aluminiumfolie en een tientallen figuren zitten op rotsen aan een guur uitziende kust. Ze hebben zich van top tot teen in zilverkleurige isolatiedekens gewikkeld. ‘Dit beeld fascineert me heel erg: de vluchtelingen worden totaal geabstraheerd, net als in de politieke discussie. Tegelijkertijd is zo’n emergency blanket op een bepaalde manier het allerkleinste huis. Ik heb het materiaal eerder gebruikt, voor het werk Maar door de actualiteit is de betekenis veranderd. Ik twijfel nu heel erg: wil ik mijn handen hier wel aan branden, is dat niet de uitbuiting van andermans ellende? En als ik er kunst van maak, wordt de politieke laag dan niet allesoverheersend? Ik weet het gewoon nog niet.’

In het notitieboekje staat het idee in ieder geval veilig opgeslagen. ‘Die boekjes zijn echt heilig. Er staan ideeën voor kunstwerken in die – godzijdank – nooit het daglicht zullen zien, maar soms denk ik ook na een paar jaar: shit, dit is een goed werk.’ Een potentiële goudmijn dus, die boekjes.

Foto’s: Sanja Marusic

De tentoonstelling Translating the standard gold bar (I only take risks I understand) loopt nog tot en met 3 juni. De expositie is doordeweeks op afspraak te bezoeken (legitimatie verplicht). Neem hiervoor contact op met +31(0)20-5242183 of kunstcommissie@dnb.nl

Dit was het derde verhaal in de reeks Op atelierbezoek. Daarin bezoek ik kunstenaars in hun atelier, om te zien hoe hun werk ontstaat.

Op de hoogte blijven van alle kunst en cultuur op De Correspondent? Cultuurcorrespondenten Lynn Berger, Marian Cousijn en Nina Polak houden je met de wekelijkse nieuwsbrief ‘het Cultuurberaad’ op de hoogte van alles wat er op De Correspondent verschijnt over kunst en cultuur. Daarnaast tippen ze boeken, films, tentoonstellingen en meer. Geef je hier op voor onze nieuwsbrief!

Lees en luister ook:

Conceptueel kunstenaar Marinus Boezem maakt werk van lucht, licht, polders en vogels Naar aanleiding van Artfest: De Natuureditie ging ik langs bij Marinus Boezem, een van de eerste Nederlandse conceptuele kunstenaars. Al bijna zestig jaar eigent hij zich onconventionele zaken toe om kunst mee te maken. In de reeks Op atelierbezoek: hoe de ideeën voor zijn werk ontstaan. Lees het verhaal hier terug In dit atelier worden enkel andere kunstenaars gekopieerd Voor de eerste editie in een reeks atelierbezoekverhalen ging ik op bezoek in het grote, lege atelier van kunstenaar Céline Manz, die volgende week te gast is op Artfest: de Copyrighteditie. Lees hier het eerste deel in de reeks atelierbezoeken. Kunstenares Sarah van Sonsbeeck leert je wat het belang van stilte is Lex Bohlmeijer interviewde Sarah van Sonsbeeck in 2014 voor De Correspondent. Luister hier de podcast terug.